InterviewHerman Goossens
Microbioloog Herman Goossens: ‘Sneltests op grote schaal verkopen in de apotheek, daar ben ik geen voorstander van’
Woensdag start in veertien huisartsenpraktijken en een handvol test- en triagecentra een proefproject met sneltests tegen het coronavirus. Microbioloog Herman Goossens (UAntwerpen) legt uit waarom die zo nuttig kunnen zijn.
Sneltests zijn uiteraard snel. Waarom is dat zo belangrijk?
“In principe heb je binnen het kwartier het resultaat. Dat betekent dus in de eerste plaats al dat je arts een veel beter middel heeft om je te onderzoeken. Hij kan je meteen zeggen of je al dan niet het coronavirus hebt. Twee: wie negatief test en enkel banale symptomen heeft, hoeft zich dus niet te isoleren en kan dus veel sneller weer gaan werken dan bij een PCR-test, het type dat nu overal gebruikt wordt. Ten derde: de contactopsporing kan meteen beginnen.”
Betekent snel ook minder betrouwbaar?
“We weten dat bij zieke mensen de virale lading zeer hoog is in de eerste vijf dagen van de symptomen. Het is in die periode dat de test zeer betrouwbaar is. Bij 100 zieke mensen met Covid-19 zal de test in die eerste vijf dagen positief zijn bij minstens 95 patiënten. Bij de 5 overige patiënten is de test vals negatief.
“Wat ook belangrijk is: de test is bijzonder specifiek. Dat wil zeggen dat een positief resultaat met bijna 100 procent zekerheid wijst op het coronavirus – en dus niet op rsv, influenza, of een ander virus.”
Kunnen sneltests dan op termijn de PCR-test vervangen?
“Neen, voor mij vullen ze elkaar aan. Een PCR is nog veel gevoeliger, en blijft daarom de gouden standaard. Het grote nadeel is dat je een labo moet inschakelen om de test uit te voeren.”
Is het de bedoeling dat iedereen op termijn bij zichzelf sneltests kan afnemen?
“Neen. Om te beginnen: een PCR-test kun je uitvoeren op speeksel, maar voor een sneltest heb je een wisser in de neus of keel nodig. Dat moet uitgevoerd worden door een professional, die ook nog eens beschermende kledij moet dragen. Veel efficiënter zou zijn dat mensen, op termijn, thuis zelf een speekselstaal kunnen afnemen en ergens deponeren, zodat er daarna een PCR-test kan op gebeuren.”
Sneltests mogen niet zomaar aan het gewone publiek verkocht worden. Waarom niet?
“Er ligt een wettelijk kader klaar in het parlement dat inderdaad voorschrijft wie de test kan gebruiken. Ik ben er op dit moment zelf absoluut geen voorstander van dat sneltests bijvoorbeeld op grote schaal verkocht zouden worden in de apotheek. Dan zouden mensen die tests te pas en te onpas gebruiken om te kijken of ze kunnen feesten. Is de test negatief, dan gaan ze denken dat ze een hele week veilig zitten. Dat is niet juist: als je negatief test, dan weet je enkel dat je vandaag geen hoge virale lading hebt. Maar dat kan morgen helemaal anders zijn. Je moet daar dus enorm mee opletten.
“Anderzijds kun je je wel heel wat situaties voorstellen waarbij het goed zou zijn om het resultaat van een test meteen ter plaatse te kennen. Je zou bijvoorbeeld mensen kunnen laten testen vlak voor ze bij hun ouders of grootouders in het woon-zorgcentrum op bezoek gaan. We gaan nog lang met het virus te maken hebben, maar sneltests zijn wel een manier om intussen de maatschappij toch ergens open te houden.”