Interview
Volgens ‘Time’ schreef deze vrouw de beste roman van 2018
In het Amerika van de toekomst worden ‘Persoonswetten’ uitgevaardigd die de levens van vrouwen ernstig inperken. Haar roman Rode klok, volgens Time Magazine het boek van het jaar, kan zomaar werkelijkheid worden, waarschuwt Leni Zumas (46),
“Dus we ontmoeten elkaar aan de tegenovergestelde uiteinden van deze dag”, zegt Leni Zumas (46) vanuit Portland. We spreken elkaar via Skype over haar dystopische roman Rode klok (Red Clocks), waarin de zogenaamde ‘Persoonswetten’ de levens van vijf vrouwen ernstig beperken: het recht op abortus, ivf en adoptie voor alleenstaande wensouders is komen te vervallen.
Rode klok is door Time Magazine uitgeroepen tot beste boek van 2018. Maar wanneer we elkaar spreken, verkeert Zumas in een staat tussen woede en depressie. “Het is verschrikkelijk. Het gegeven dat de conservatief Brett Kavanaugh is benoemd als lid van het Amerikaanse Hooggerechtshof, heeft de weg vrijgemaakt voor de Conservatieven als het gaat over het terugdraaien van het recht op abortus.
“Voor veel vrouwen in Amerika is het nu al onmogelijk om abortus te plegen, omdat ze te arm zijn of te ver van een kliniek wonen. Ik denk dat Trump zelf geen ideeën over abortus heeft. Hij maakt zich alleen druk om zijn populariteit. Maar iemand als vicepresident Mike Pence, een fundamentalistische christen, zal er alles aan doen om abortus illegaal te maken. En hij heeft nu de middelen om dat te laten gebeuren.”
De vijf vrouwelijke hoofdpersonages in Rode klok lijken de invoering van de Persoonswetten gelaten te ondergaan. Vindt u dat vrouwen in het algemeen te weinig ingaan tegen mannelijke onderdrukking?
Leni Zumas: “Aan het begin van de roman bevinden de personages zich in een apathische toestand, waaruit ze langzaam ontwaken, zodat ze de urgentie van hun problemen onder ogen moeten komen. Gaandeweg in het verhaal zie je hoe die apathie wordt bestraft. Maar de meeste vrouwen en mensen van onbepaald geslacht uit mijn eigen omgeving reageren altijd op mannelijke onderdrukking! Ik zou zeggen dat het vooral cisgender mannen zijn die onvoldoende op mannelijke onderdrukking reageren.”
U bent inmiddels moeder van een zoon, maar u hebt lang geworsteld met uw vruchtbaarheid. Hoe heeft dat de roman beïnvloed?
“Toen ik 34 was, had ik geen partner en besloot ik dat ik als alleenstaande moeder een kind op de wereld wilde zetten. Ik kwam erachter dat ik het polycysteus-ovariumsyndroom (PCOS) heb, waardoor ik verminderd vruchtbaar ben. Ik kreeg zes ivf-behandelingen, die allemaal mislukten. Mijn ervaring met artsen was erg naar. Ze behandelden mijn lichaam als een object.
“Nadat ik tien jaar geleden mijn huidige partner had ontmoet, besloten we opnieuw een poging te doen. Ook mijn tweede ervaring met artsen was slecht, ze bleven maar herhalen: de tijd raakt op, je bent te oud, je hoort je zorgen te maken. Ik was erg bang om oud te worden en geen kinderen te krijgen. Ik ben research gaan doen naar hoe er door de eeuwen heen werd aangekeken tegen vruchtbaarheid en gynaecologische behandelingen. Hysterie werd bijvoorbeeld gezien als een probleem van de baarmoeder, onvruchtbaarheid werd geweten aan een slechte geestelijke gesteldheid. Ik wilde daar een essay over schrijven, maar kwam erachter dat ik dit verhaal beter middels een personage kon vertellen. De Biografe werd geboren, en zij vertelt over verminderde vruchtbaarheid en haar kinderwens.
“Omdat ik verschillende perspectieven op vruchtbaarheid wilde geven, werden ook al snel De Moeder en De Genezeres geboren. Ik laat maar een klein aantal perspectieven zien, want de vrouwen in mijn boek verkeren allemaal in een soort geprivilegieerde staat: ze zijn niet per se rijk, maar ze lijden ook geen honger en leven niet in oorlog.”
Uw hoofdpersonages worden op functionele wijze gereduceerd door ze terug te brengen tot hun rol door ze ‘De Echtgenote’, ‘De Biografe’, ‘De Genezeres’, ‘De Dochter’ te noemen. Is dat een manier om kritiek uit te oefenen op de positie van de vrouw?
“Het uitdelen van etiketten begon als een experiment. Ik bewonder de roman Visitation van Jenny Erpenbeck, waarin de hoofdstukken zijn vernoemd naar de namen van de verschillende inwoners van een kleine gemeenschap aan het water – de Tuinier, de Architect, de Jeugdvriend. Ik probeerde iets soortgelijks bij de hoofdstukken van Rode klok, en ik werd direct gegrepen door het effect: de reductie van een karakter tot haar rol. Dat zorgt voor een kritische distantie: de lezer wordt uitgenodigd om te overdenken wat de consequenties zijn als je niet meer als individu maar als generieke rolvervuller wordt gezien.”
Een mooi voorbeeld van hoe stigmatiserend deze rollen kunnen zijn, is Gin Percival, ‘De Genezeres’ in uw verhaal – een kruidendokter die gratis abortussen uitvoert. Ze is een soort heks. Waarom denkt u dat mensen bang zijn voor vrouwen die zich niet aanpassen?
“Ik zou een heks omschrijven als iemand die dingen ziet en fenomenen erkent die andere mensen door sociale aanpassing niet kunnen verdragen, of er zelfs maar ontvankelijk voor zijn. Een heks is een visionair, een profetische antenne, iemand die het wonderlijke en het alarmerende onthult, vaak omdat ze op plekken komt waar wij niet durven te komen. Gin excuseert zich niet voor de manier waarop ze afwijkt van de norm. Ze probeert niet eens aan de norm te voldoen. Dat is waarschijnlijk wat mensen het meest bedreigend vinden.”
Rode klok is een geëngageerde roman, maar u heeft geen concessies gedaan op de literaire kwaliteit – de opbouw en stijl zijn complex en gelaagd, het is zeker geen pamflet geworden.
“Fictie is op haar best als ze de scheuren en de gaten laat zien; de ambivalente ruimtes. Ik heb nooit de intentie om een boodschap de wereld in te sturen: dat is geen goede fictie. Ik dacht ook niet: ik ga een feministische roman schrijven, maar ik kijk naar de wereld met een feministische blik, dus daar zal zeker iets van doorgesijpeld zijn.”
Is het vandaag de dag belangrijk om feminist te zijn?
“O god, ja! Feminist zijn betekent voor mij dat ik de wereld door een kritische en nieuwsgierige lens bekijk, waarbij ik de kennis die ik heb naast me neerleg en verder probeer te kijken dan het gladde oppervlak, naar alle tegenstrijdigheden en complexiteiten die eronder liggen. Het is een vorm van generatieve en noodzakelijke scepsis.”
Leni Zumas, Rode klok, Atlas Contact, 416 p., 24,99 euro. Vertaald door Linda Broeder.