Vrijdag 02/06/2023

InterviewArnout Hauben

Tv-maker Arnout Hauben: ‘Onderweg zijn is een deel van mijn identiteit’

Tv-maker Arnout Hauben. Beeld Kevin Faingnaert
Tv-maker Arnout Hauben.Beeld Kevin Faingnaert

Niemand die met zo’n aanstekelijk enthousiasme de niet-essentiële verplaatsing tot een hogere kunstvorm heeft verheven als tv-maker Arnout Hauben (45). Hij troonde ons mee naar de wilde Westhoek, voor een masterclass in alledaagse, kleine pleziertjes. ‘Ik zoek graag de imperfectie op.’

Els Maes

Soms zit alles mee. Bijvoorbeeld als je mag gaan wandelen en praten met iemand die van die twee activiteiten zijn carrière – nee, levenswerk – heeft gemaakt. Arnout Hauben, bekend van VRT-reportagereeksen als Ten oorlog, Rond de Noordzee en Dwars door België, kan heel goed wandelen en heel goed praten.

Bovendien is elk excuus welkom om even uit de bebouwde kom van onze beeldschermen te breken. Hauben zit net als velen op zijn stoel vast te roesten. Zijn dagen bestaan uit monteren, schrijven, Zoom-vergaderingen. Het vergt bijzonder weinig overredingskracht om hem een dag mee op pad te krijgen als posterboy voor onze wandel­special.

BIO * geboren in Leuven, 1976 * studeerde documentaire aan Sint-Lukas in Brussel * werkte jaren voor Woestijnvis, o.a. voor Man bijt hond * richtte in 2011 samen met zijn broer Harald Hauben, Elke Neuville en Mikhael Cops het productiehuis De chinezen op * kreeg veel waardering voor Eén-reportagereeksen als Ten oorlog, Rond de Noordzee, De helden van Arnout en Dwars door België * zal te zien zijn in de reeks Dwars door de ­Middellandse Zee, dit voorjaar op Eén * woont in Schaarbeek, heeft een zoon en een dochter

“Wandelen, dat is de essentie van het mens-zijn”, zo jubelde Hauben in Dwars door België. “Een mens is geboren met twee benen. Niet met een fiets, een auto of een ­vliegtuig. Sinds de mens bestaat, stapt hij. Als je tot jezelf wil komen, moet je dat al stappend doen.”

Hauben stelt voor om naar natuurgebied De Blankaart in Diksmuide te trekken. Samen met de fotograaf vormen we een dartel drietal: blije beestjes die eindelijk het kattenluik hebben gevonden om even te ontsnappen uit dit lockdown-lightleven.

Soms zit ook alles tegen. Als het natuurgebied waar je zou gaan wandelen bij aankomst overstroomd blijkt, bijvoorbeeld, en de geplande tocht in het water valt. Gelukkig heeft Arnout Hauben een master in improvisatie en een bachelor in de kunst van alles-komt-wel-goed. Dat je al ­wandelend leert om geduld en vertrouwen te hebben, weet hij. Dat tegenslag erbij hoort. Dat een tocht pas echt de moeite loont als je iets vindt waar je niet naar op zoek was.

Vorig jaar was Hauben met zijn tv-ploegje onderweg van Gibraltar naar Jeruzalem, toen ze halverwege een erg ­vervelend kiezeltje in hun schoenen kregen: de coronacrisis dwong hen naar huis terug te keren. De nieuwe reportagereeks Dwars door de Middellandse Zee komt binnen een paar weken op het scherm en heeft voorlopig dus nog een open einde. “Zoals het er nu naar uitziet, geraken we waarschijnlijk niet in Jeruzalem. We zijn de laatste afleveringen aan het afwerken, en zijn voorbereid om te vertrekken zodra het kan en mag. Nu zitten we in dubio: verzinnen we een ­alternatief einde, of raken we toch nog op onze eind­bestemming?”

Agility’ noemen ze dat in dure consultancytermen. De mentale behendigheid om je snel aan te passen aan een veranderende realiteit. “Ik denk dat ik al langer wist dat je niet te veel in het leven kan controleren. Als wij op tocht vertrekken, dan stippelen we ons traject tot in de puntjes uit. En vanaf dag één begin ik de planning om te gooien en sla ik ­zijwegen in. Als je te rigide vasthoudt aan je plannen, dan is er geen plaats voor toeval, voor intuïtie, voor avontuur.”

null Beeld Kevin Faingnaert
Beeld Kevin Faingnaert

Nadat zijn geplande trip on hold was gezet, zette Hauben een plan B in gang: de in coronatijden bijzonder populair gebleken wandeltocht Dwars door België. De mediterrane eilanden maakten plaats voor Vlaamse weilanden en Ardense bossen. “De goesting om op tocht te vertrekken was gewoon te groot. Mijn rugzak stond daar maar naar mij te lonken.” Misschien is het een beetje vluchtgedrag, zegt hij. Het heeft iets verslavends, eens je hebt geproefd van de vrijheid die trektochten bieden.

“Het werd een heel andere tocht dan we normaal ondernemen, met minder voorbereiding, zonder grote verwachtingen. En we zijn er ruimschoots voor beloond: ik had nooit gedacht dat er zo veel prachtige plekken te ontdekken waren dicht bij huis, en de respons was overweldigend.” Dat hij ook thuis in een hoekje bij de pakken neer had kunnen blijven zitten, kwam niet eens in hem op. Sinds hij mee het productiehuis De chinezen oprichtte, is Hauben niet alleen tv-maker maar ook ondernemer. “Ik heb die stap toen gezet om zo vrij mogelijk te kunnen zijn, en mijn eigen koers te kunnen uitzetten. Maar met die vrijheid komt ook verantwoordelijkheid. Je hebt medewerkers onder je hoede, er moeten genoeg opdrachten op de plank liggen. Dat is de moeilijke evenwichtsoefening tussen vrijheid en verantwoordelijkheid.”

“Ik ben niet het type dat heel bedreven is in Powerpoint-presentaties en spreadsheets, dat laat ik graag aan anderen over. Ondernemen is voor mij vooral een manier om zo veel mogelijk zelf aan het stuur van mijn leven te zitten. Ik besef heel goed dat niet iedereen in deze coronatijden die mogelijkheden heeft. Ik had onlangs een goeie vriend, een acteur, aan de lijn. Die heeft het moeilijk en kan niet zomaar zelf beslissen dat hij dit weekend aan het werk gaat.”

Daten op een onbewoond eiland

Ons decor baadt ondertussen in het frisse, heldere licht dat enkel van een ijskoude zon kan komen. De winter is bijna uitgeprikt, de half bevroren plassen hebben smeltvrees. De Blankaart blijkt dus blank te staan. We slagen erin om op het verhoogde vlonderpad te klauteren, zodat we een eind op planken, schuifelend achter elkaar, over het overstroomde rietmoeras kunnen wandelen. We kijken uit over een ­uitgestrekte vlakte waar water, sneeuw en ijs prachtig met elkaar botsen, alsof die drie nog niet doorhebben dat ze au fond hetzelfde zijn, en straks helemaal in elkaar zullen ­wegsmelten.

Het plankenpad brengt ons naar een vogelkijkhut. Honderden trekvogels strijken hier in een prachtige ­choreografie neer in de natte graslanden, om even bij te ­tanken op hun lange tocht.

We zijn al lang vergeten dat we hier voor een interview waren. De recorder blijkt achteraf enkel voetstappen in de krakende sneeuw, gierende wind en af en toe in de verte een ‘kijk daar hoe mooi’ te hebben geregistreerd. En ook wat scheldwoordjes, want het pad blijkt spiegelglad.

Bij wandelen hoort een beetje afzien. “Ik herinner me nog elke keer dat ik onderuit ben gegaan”, zegt Hauben. Nog een bekentenis: hij heeft een bijzonder slecht ­oriëntatievermogen. “Het is soms een wonder dat ik op mijn bestemming raak. Omdat ik vaak in gedachten verzonken raak en even niet meer op de route let.”

‘Ik ben een paar keer van school moeten veranderen, was een beetje dwars en zoekende. Maar zodra ik wist wat ik wilde doen en op de filmschool terechtkwam, heb ik me keihard gesmeten.’ Beeld Kevin Faingnaert
‘Ik ben een paar keer van school moeten veranderen, was een beetje dwars en zoekende. Maar zodra ik wist wat ik wilde doen en op de filmschool terechtkwam, heb ik me keihard gesmeten.’Beeld Kevin Faingnaert

Als u gouden do’s-and-don’ts verwacht van de ervaren stapper: vergeet het. Wandelen is per definitie iets voor amateurs. Het is geen discipline waarin iets te winnen of te excelleren valt. Zo was er die trektocht met het hele gezin door Noorwegen. “Ik had alles goed uitgestippeld, dacht ik. De afstanden die we elke dag moesten afleggen leken me wel te doen met de rugzak. Maar misschien had ik iets beter op de hoogtelijntjes moeten letten. (lacht) Als we met de tv-ploeg op stap zijn, dan zeg je gewoon ‘gast, stop met zagen’. Maar met het gezin… dat was toch lastiger. (lacht) Maar de kinderen spreken er nog over, wat een prachtige ervaring dat was. Achteraf is alles toch mooier.”

Ondertussen heeft het echte leven zich via een ringtone aangemeld: blijkt dat Arnout Hauben al de hele dag om ­bitcoins aan het bedelen is. Zijn accounts op sociale media zijn gehackt. Dus moeten er toch wat telefoontjes gepleegd worden. Een vlucht ganzen trekt met veel lawaai boven onze hoofden voorbij. Het is duidelijk dat ze ons uitlachen, hoe wij ons hele leven in onze jaszak helemaal mee naar deze paradijselijke setting hebben gesleept. “Waar je ook bent, het wordt steeds moeilijker om te ontsnappen”, zegt Hauben. “Tijdens de tocht op de Middellandse Zee ontmoette ik een kluizenaar die al dertig jaar lang op een onbewoond eilandje woont. Sinds de komst van de smartphone is zijn rustige leven helemaal verstoord. Die man had via het internet een vrouw ontmoet die aan de andere kant van Italië woont. Resultaat: liefdesverdriet, weg harmonie. Een paar eilanden verder, weer hetzelfde verhaal bij een schaapsherder, die op zijn internetbruid zat te wachten. Dan sta je daar op een prachtige afgelegen locatie, waar het leven wat trager en authentieker is gebleven, en zie je hoe die telefoon vooral ellende veroorzaakt.”

Zoals dat gebruikelijk is in het oeuvre van Arnout Hauben zijn het de toevallige passanten die op onze dagtocht een glansrol spelen. Zo is er een toevallige cameo door Annemie Struyf, die op deze random weekdag net als wij zomaar had beslist om De Blankaart te verkennen. Er is Karl Vannieuwkerke, die hier in de buurt woont en als hulplijn wordt ingeschakeld wanneer we vaststellen dat er in De Blankaart niet verder gewandeld kan worden – hij geeft ons een gouden tip. Er zijn de lieve mensen aan de inkom van het bezoekerscentrum die ons even laten opwarmen met thee en koffie.

En er zijn de medewandelaars die we ontmoeten. Volgens een ruwe streekproef blijkt 100 procent van hen Arnout Hauben te herkennen. Hij wordt hartelijk begroet, er worden anekdotes, grapjes en complimenten uitgedeeld. We stellen onze nieuwe vrienden teleur door spontaan aangeboden slaapplekken af te slaan.

“Zie, dat is het voorrecht van de wandelaar”, zegt Hauben. “Je krijgt altijd wel een warme koffie, een boterham en een bed aangeboden. Terwijl fietsers in hun lelijke koersbroek direct naar de dichtstbijzijnde b&b worden gestuurd. (lacht) Ik vraag me soms af wat die fietsfanaten eigenlijk zien van hun omgeving, behalve hun eigen hartslagmeter. Als wandelaar is het makkelijk om direct connectie te maken met anderen omdat je niet intimiderend overkomt. Die spontaniteit en kwetsbaarheid, daar is het mij altijd om te doen.”

“Ik stel vragen omdat ik oprecht benieuwd ben naar het antwoord, en iets nieuws wil leren of ontdekken. Dat klinkt nu misschien evident, maar heel veel journalisten hebben op voorhand al duidelijk het verhaal dat ze willen vertellen in gedachten en gaan dan op zoek naar een bevestiging daarvan. Ik snap dat actualiteitsprogramma’s soms zo werken, maar voor mij is het de verwondering die primeert.”

Geen wonder dat wandelen zo populair is dezer dagen, zegt Hauben. “Het is een levensstijl die mij heel erg aantrekt: alles is wat trager, echter, intenser. Dit is toch waar iedereen nu naar snakt, naar eenvoud en verstilling. Een simpele boterham met kaas van de plaatselijke boer, dat smaakt nooit zo goed als wanneer je op trektocht bent.”

“Ik breng geen spectaculair avontuur zoals een Tom Waes die aan de hoogste berg bengelt. Ik moet het hebben van de alledaagsheid, het bijzondere ontdekken in de kleine verhalen van iedereen. Ik zoek graag de imperfectie op. De eenvoudige huis-tuin-en-keukenavontuurtjes.”

We blijken hetzelfde lievelingswandelboek te koesteren: Over een voettocht door de kou, het intrigerende relaas van Werner Herzog over de tocht die hij begin jaren 70 ­gedurende drie weken te voet ondernam van München naar zijn zieke vriendin in Parijs. Alsof hij met elke stap de dood kon bezweren. Het boek van de Duitse regisseur bestaat uit flarden, gedachten, observaties. Het zijn woorden om steeds opnieuw te herlezen: ‘Nieuwsgierigheid wijst altijd de juiste weg’.

‘Als wij op tocht vertrekken, sla ik vanaf dag één zijwegen in. Houd je te rigide vast aan je plannen, dan is er geen plaats voor toeval, voor intuïtie, voor avontuur.’ Beeld Kevin Faingnaert
‘Als wij op tocht vertrekken, sla ik vanaf dag één zijwegen in. Houd je te rigide vast aan je plannen, dan is er geen plaats voor toeval, voor intuïtie, voor avontuur.’Beeld Kevin Faingnaert

Reset voor het hoofd

Mogelijk maakt uw hart niet meteen een sprongetje als iemand u aanraadt om langs een kanaal te gaan wandelen. En misschien laat u zich toch overhalen, zoals wij dat deden, en blijken we plots op een wondermooie locatie te staan (dank voor de tip, Karl Vannieuwkerke). Zo zijn we ondertussen serendipiteitsgewijs in Drie-Grachten beland, een gehucht ten westen van Merkem, dat zijn naam dankt aan de samenvloeiing van de Martjesvaart, de Ieperlee en het kanaal Ieper-IJzer – een belangrijke militaire voorpost ­tijdens WO I.

De met populieren omzoomde oever schenkt ons prachtige vergezichten over half besneeuwde weilanden. Eindelijk kunnen we doorstappen, aan een steviger tempo, met de blik op oneindig. Zonder slipgevaar. Onze woordenschat, met ocharme één woord voor wandelen, is veel te beperkt voor de waaier aan staptochten die een mens kan ­ondernemen, meent Hauben. “Het hoeft niet altijd de grote natuurpracht te zijn zoals vandaag. Zelfs een lelijke, saaie wandeling doet deugd. Zo is er wat ik ‘de draafwandeling’ noem. In de buurt waar ik woon in Schaarbeek doe ik altijd krak dezelfde route. Ik stap ongeveer anderhalf uur aan een heel stevig tempo. Dat is de no-brainer. Ik hoef niet op de weg te letten, kijk nauwelijks om mij heen. Soms heb ik een koptelefoon in mijn oren, dan luister ik naar muziek of een podcast. Het is op zich een volstrekt oninteressant parcours, dat voor een groot stuk langs de Brusselse binnenring loopt. Gewoon stappen om te stappen. Die beweging, die cadans, het ritme van je hartslag en je ademhaling… dat helpt om wat dingen los te laten en mijn gedachten te ordenen. Het is een vorm van mentale hygiëne voor mij, een reset voor het hoofd.” Op andere momenten is er de verdwaalwandeling, om een nieuwe stad te ontdekken, bijvoorbeeld. Aan een slentertempo dat ruimte laat om wat rond te kijken, mensen te ontmoeten, terrasjes te doen.

“Maar het echte werk zijn de meerdaagse tochten. Wanneer je niet in een cirkeltje draait en ’s avonds terug op je beginpunt staat. Dagenlang ergens naartoe stappen, dat doet iets met een mens”, weet Hauben als ervaringsdeskundige. Meer dan twintig jaar geleden trok hij voor zijn eindwerk aan de filmschool voor het eerst naar Compostella, op alternatieve pelgrimstocht met de vzw Oikoten, die jongeren uit de bijzondere jeugdzorg mee op pad neemt. “Ik volgde de tocht van een meisje dat een woelige jeugd in allerlei instellingen achter de rug had. Van de jeugdrechter kreeg ze een kans op een nieuw leven, op voorwaarde dat ze deze tocht zou afronden. De transformatie die zij voor onze ogen al wandelend doormaakte, was prachtig om te zien. Ik zag dat meisje veranderen en groeien, van een zombie die onder de pillen zat, naar iemand die vertrouwen tankte, structuur vond en letterlijk op eigen benen leerde staan. Dat is de kracht van zo’n tocht: je zintuigen staan op scherp, je moet tegenslag en pijn overwinnen. Ze is letterlijk naar ­zichzelf toe gestapt.”

“Voor we aan de kathedraal van Santiago de Compostella zouden arriveren, is ze ervandoor gegaan. Voor de film was dat... een verrassende plotwending. (lacht) Wat er precies in haar is omgegaan zal ik nooit weten. Ze had dankzij die tocht van de vrijheid geproefd, denk ik, en is een nieuw leven gestart. Jaren nadien heb ik opnieuw contact gezocht met haar en haar begeleidster, om terug te blikken.” (voor de kortfilm ‘4x7’, red.)

Je kan op voorhand niet inschatten hoe ingrijpend zo’n tocht je kijk op het leven kan veranderen, zegt Hauben. “Ik heb veel later, voor Man bijt hond, de volledige 2.300 kilometer naar Compostella gewandeld. Wat telkens terugkwam in de getuigenissen van de pelgrims die ik achteraf sprak, is dat de terugkeer naar het echte leven niet evident is. Het is voor iedereen afkicken, zowel fysiek als mentaal.”

Zelf had hij als tiener een zacht rebels kantje. “Ik was een beetje dwars en zoekende, had slechte punten, ben een paar keer van school moeten veranderen. Maar zodra ik in mijn hoofd had wat ik graag wilde doen en op de filmschool terechtkwam, heb ik me keihard gesmeten. Nog altijd: ik ben niet de grote kunstenaar met een uniek talent, maar wel een noeste, harde werker.”

'Wandelen is een vorm van mentale hygiëne voor mij, een reset voor het hoofd.' Beeld Kevin Faingnaert
'Wandelen is een vorm van mentale hygiëne voor mij, een reset voor het hoofd.'Beeld Kevin Faingnaert

Ondertussen is het vele onderweg zijn een deel van zijn identiteit geworden, zegt hij. “Ik krijg vaak de vraag of dat niet moeilijk te combineren is met een gezin. Maar ik denk dat mijn kinderen het vooral vreemd zouden vinden als ik altijd thuis zou zijn, als het werk veel stress of lange kantoordagen met zich zou meebrengen. We zijn vier mensen die onder één dak wonen en een hechte eenheid vormen, maar ook daarbuiten elk ons eigen ding doen. Vier mensen met grote passies: mijn vrouw heeft haar eigen carrière en ­schildert. Ik heb mijn werk en wandeltochten, mijn dochter speelt volleybal op topniveau. Mijn zoon is 17. Hij zou nu eigenlijk van alles moeten uitvreten dat mij boos of ongerust maakt. (lacht) Voor die jonge gasten is corona echt heel hard. Het laatste middelbaar is een belangrijk schakeljaar. Ik weet hoe ik op die leeftijd zoekende was. Je moet op ­ontdekking kunnen gaan, aan het leven snuffelen en ­indrukken opdoen om je eigen weg uit te stippelen. Die ­jongeren missen een heel cruciaal jaar dat ze nooit ­terugkrijgen. Voor een veertiger als ik is de impact van een coronajaartje toch veel beperkter.”

“Zeg, is ons gesprek niet te somber?” vraagt Hauben. Merkem trakteert ons op een rozerode zonsondergang, en een of andere regisseur heeft ervoor gezorgd dat net voor onze neus een koppel zwanen met een sierlijke zwaai op het water neerstrijkt. “Ik ben een beetje allergisch voor pseudo-ernst en faux-diepgang. Misschien heb ik ook niet echt grote filosofische beschouwingen in petto. Moeten we niet aan de mensen melden dat wandelen gewoon heel plezant moet zijn? Simpel, genieten van wat er is.”

Enfin, behalve één ding. “Hoe zalig zou het zijn als er een café open was, waar we nu een goeie pint konden drinken.”

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234