Concert
Thurston Moore predikt liefde en revolutie in Les Ateliers Claus
Voor de derde keer in evenveel jaar stond Thurston Moore in het Brusselse zaaltje Les Ateliers Claus. Zijn gitaar hanteerde hij nu eens als penseel der liefde, dan weer als wapen tegen fascisten.
Thurston Moore is de underground nooit ontgroeid. Zelfs toen Sonic Youth nog bestond en grote zalen vulde, kon je hem af en toe aan het werk zien op onverwachte, alternatieve locaties. Maar wat zich destijds nog vooral in zijn toenmalige thuishaven New York afspeelde, gebeurt nu almaar vaker bij ons.
Op Cafe Oto in zijn nieuwe thuishaven Londen na, krijgen Belgische zaaltjes Moore het vaakst over de vloer. Gisteravond speelde Moore opnieuw in Les Ateliers Claus, amper vier maanden na zijn vorige passage in Sint-Gillis, en drie jaar na zijn eerste show daar. Vanavond staat hij nog in De Studio in Antwerpen, en dat concert is – net als het concert van gisteren – uitverkocht.
De voordelen van zulke kleinschalige shows zijn duidelijk. Moore kan nieuw werk of nieuwe invalshoeken uitproberen en mag daarbij zelfs even de mist in gaan, zoals in Brussel gebeurde tijdens bisnummer ‘Mx Liberty’, over een transgender Vrijheidsbeeld. Fans krijgen dan weer de kans bij Moore op schoot te kruipen, en dat gebeurde gisteren bijna letterlijk. Het publiek puilde uit tot op de trappen achteraan én tot op het podium vooraan. Het kleurige tapijtje op de bühne versterkte de huiskamersfeer nog.
Gevecht met gitaar
Nieuw is dat Moore dit soort concerten niet meer alleen gebruikt om experimentele gevechten aan te gaan met zijn gitaar – al zal hij dat vanavond in Antwerpen weer wél doen met zijn partners in noise Dennis Tyfus en Cameron Jamie, die in Brussel het voorprogramma verzorgden.
Net als eind 2016 in Brussel speelde Moore ook nu weer vooral echte songs: twee stuks uit The Best Day (2014), twee tracks van zijn eind april te verschijnen album Rock N Roll Consciousness, twee nieuwe, (nog) niet voor een plaat bestemde nummers en – het blijft Thurston Moore – één stevige improvisatie vol nukkige noise en fabuleuze feedback waarin hij zijn versterker te lijf ging en we zelfs even kerklokken hoorden beieren.
Nu ja, het onderscheid tussen song en improvisatie is zelden helder bij Moore. Ook nu weer zaten er in ‘Turn On’ en ‘Aphrodite’, allebei uit Rock N Roll Consciousness, lange uitweidingen die Moore de gelegenheid boden elke vierkante centimeter van zijn instrument te betasten – de akoestische twelve string van vorige keer was ingeruild voor een afbladderende Fender die bij momenten in stukken uiteen leek te gaan vallen.
Verliefde zot
De manier waarop Moore aan het begin van zijn show de achterkant van zijn gitaarhals voorzichtig betokkelde, zijn schuine blik op de boxen die al dat lawaai de zaal in moesten pompen, ze spraken boekdelen: Moore blijft een verkenner van het pure geluid dat een gitaar kan voortbrengen.
Tegelijk wil hij ook een poëet zijn: hij verkocht in Brussel Stereo Sanctity, zijn verzamelde songteksten en gedichten, en werkte voor een paar songs op zijn nieuwe album samen met een dichter die zich Radio Radieux laat noemen. Niet dat die inbreng meteen duidelijk werd, want bijvoorbeeld ‘Aphrodite’ bleek vooral vintage Moore met zijn tekst vol verwijzingen naar geluid, spiritualiteit en liefde, en zo’n krullerig gitaarmotiefje dat je hart telkens weer een tel doet missen.
Yep, Moore is nog altijd de verliefde zot die hij al in 1985 was. Alleen zong hij toen ‘I Love Her All the Time’ over Kim Gordon, terwijl hij zijn lief tegenwoordig rechtstreeks toezingt in ‘Forevermore’, al een paar jaar en ook nu weer een hoogtepunt van elk Thurston Moore-concert. Moore bleek zozeer te zijn opgegaan in die lang uitgesponnen song dat hij na afloop moest checken hoeveel tijd hij nog over had en zijn droge keel moest smeren met een vanuit het publiek aangereikte pint.
Oproer en vervoering
Maar Moore gebruikte zijn gitaar niet alleen om zijn liefde voor het leven en zijn vrouw te bezingen, het ding diende evengoed als een wapen tegen fascisten, en dan vooral tegen die ene die hij niet bij naam noemde: het “corporate thug child” dat later dit jaar de stad komt bezoeken die hij eerder als hellhole omschreef. Moore vroeg Brussel “to fuck with him as hard as you can”, maar wel zonder geweld te gebruiken.
Zo’n oproep tot artistieke revolutie had naïef kunnen klinken als Moore niet net had laten horen hoe je tegelijk kunt opruien én ontroeren. Het onlangs als losse single uitgebrachte ‘Cease Fire’ en vooral ‘Speak to the Wild’, misschien wel zijn beste post-Sonic Youth-nummer, paarden allebei oproer aan vervoering. De boodschap: laat je niet meeslepen door het donker, geef je alleen over aan de liefde. De punker en de hippie in Thurston Moore hebben elkaar voorgoed gevonden.
Thurston Moore, gezien op 13/3 in Les Ateliers Claus. Vanavond (14/3) in DE Studio in Antwerpen (uitverkocht).