Filmreview
Spectre: de beste Bond ooit gemaakt?
Als we de Britse pers mogen geloven, is Spectre de beste Bond ooit gemaakt. Overal regent het vieren vijfsterrenrecensies en daar zijn we het volmondig mee eens. Maar dé beste Bond?
Is Spectre de beste Bond-film ooit gemaakt? Dat is een appelen-met-peren-vergelijking. Elke Bond-acteur heeft zijn eigen interpretatie aan het personage gegeven, hem weer relevant gemaakt voor zijn tijd. Daniel Craig heeft bewezen dat hij op dit moment de best denkbare Bond is. En van zijn vier films, is Spectre zonder twijfel de beste.
Spectre doet wat het moet doen: het is een entertainende actiefilm, maar eentje met veel diepgang. Dat is vooral te danken aan Craig, die in een context van onrealistische gebeurtenissen een geloofwaardig karakter neerzet, met diepmenselijke reacties. Daarvoor werd de kiem al gelegd in de vorige Skyfall (2012), waar de fysiek zwakke Bond werd geconfronteerd met zijn verleden. In Spectre staat het achtergrondverhaal van zijn jeugd opnieuw centraal. Bond staat er weer, maar wel getekend door innerlijke conflicten. En dat uit zich in onverwachte keuzes en verrassende eerste keren voor 007.
De film opent met de woorden: "The dead are alive". Een subtiele knipoog naar de hele plot, maar ook naar de spectaculaire openingsscene. Het is Dia de Muertos en een gemaskerde 007 bevindt zich tussen de feestende massa in Mexico City, in een weinig flatterend skelettenpak. In een enkel shot vertrekken Bond en camera op straat en eindigen ze op het dak van een hotel. Nog voor de openingscredits heeft Bond zijn eerste meisje afgeschud, zichzelf gered uit een instortend gebouw en de controle over een manoeuvrerende helikop- ter overgenomen.
Eens terug in Londen moet Bond zijn missie staken. Het double o-programma staat onder vuur en de nieuwe M (Ralph Fiennes) roept hem op het matje voor zijn lone wolf-operatie. Met het nieuwste (en enige) hoogtechnologische snufje in de film, wil het MI6 zijn zevende agent kort houden. Maar dat is buiten Bond gerekend. Die trekt naar Rome, naar de begrafenis van de door hem in Mexico uitgeschakelde seriemoordenaar Sciarra.
Diens weduwe - de rol van Monica Bellucci (51) als oudste bondgirl ooit - is een eerste schakel in het opsporen van Spectre, een donkere organisatie die profiteert van conflicten tussen supermachten. Het ondergrondse netwerk wordt voorgegaan door Franz Oberhauser, meesterlijk vertolkt door Christoph Waltz. Zijn personage lijkt op het eerste gezicht wat oppervlakkig. Op een gereserveerde toon spreekt hij zijn volgelingen toe. Met zachte stem, perfect getimed.
Aantrekken en afstoten
Maar de mooiste rol is weggelegd voor de Franse Léa Seydoux (La vie d'Adèle). Zij speelt Madeleine Swann, het Bond-meisje dat niet gratuit voor zijn charmes valt. Maar hij heeft haar nodig in zijn poging om Spectre te ontmantelen. Het zorgt voor een heerlijk aantrekken en afstoten, iets waar 007 maar niet gewend aan raakt.
Wat onterecht onderbelicht is de rol van Ben Whishaw, die van Q een komisch personage aan de zijlijn maakt. Eentje die zorgt voor de welgekomen lach. De muziek is opnieuw van de hand van Thomas Newman. Hij weet de exotiek van de locaties (Mexico, Oostenrijk, Marokko) perfect te combineren met de beroemde en onvermijdelijke fanfare van de eerste James Bond.
Regisseur Sam Mendes slaagt erin om met zijn tweede Bond een hedendaags en relevant verhaal te vertellen. Met vrouwen in een dragende, geen dienende rol. Met een virtuoos gevoel voor detail, en een prachtig kleurenpalet. En met een verhaal dat het logische vervolg lijkt op de drie vorige samen.
Als deze lijnen tien jaar geleden al werden uitgezet, mogen de we schrijvers van enige genialiteit verdenken. Spectre lijkt in dat opzicht een mooi sluitstuk. En tegelijk de voorbode van een nieuwe Bond. Een mens mag hopen.
SPECTRE
Actie/avontuur
Regie: Sam Mendes
Met: Daniel Craig, Monica Bellucci, Léa Seydoux, Christoph Waltz
Duur: 148 minuten