Albumrecensies
Smelten voor Roméo, trippen op techno en stedelijke krijgers: dit moet je deze week beluisterd hebben
De gevaren van chocolade, stedelijke krijgers en een adrenalishot op de dansvloer. Wàt een spannende muziekweek met Roméo Elvis, The Chemical Brothers en Black Flower!
Roméo Elvis - ‘Chocolat’ ★★★★
Was 2018 het jaar van Angèle, dan zou dit wel eens het boerenjaar kunnen worden voor grote broer Roméo Elvis. Le Croco klinkt alleszins ambitieuzer dan ooit op zijn eerste officiële soloplaat, waar maatjes als Le Motel, Zwangere Guy, Témé Tan en zelfs Damon Albarn op de gastenlijst prijken. Elvis noemt Chocolat een blockbuster, en muzikaal valt daar inderdaad wel iets voor te zeggen. De songs liggen bijzonder makkelijk in het gehoor. Maar tegelijk boort Elvis heel wat gevoelige onderwerpen en taboes aan. In ‘La Belgique Afrique’ neemt de rapper zowel ons koloniaal verleden als het migratiebeleid op de hak. Zichzelf spaart hij evenmin: zijn verleden als domme cokedealer onthult hij met enige pudeur. Met “faut pas commencer le chocolat” waarschuwt hij in de titeltrack dan weer voor weed. Maar pas écht aangrijpend wordt het tijdens ‘En silence’, het persoonlijkste nummer op de plaat, over de dood van twee jeugdvrienden. Denk wat u wil, maar wij smelten voor deze Chocolat.
The Chemical Brothers - ‘No Geography’ ★★★
Hoe zou het nog gaan op Planet Dust? Bijna een kwarteeuw na hun legendarische debuut zoeken The Chemical Brothers met hun negende langspeler aansluiting bij de geweldige sound van de beginjaren. Op No Geography pendel je voortdurend tussen big beat, krautrock, techno, house en funk. Tom Rowlands en Ed Simons duwen daarmee na enkele mindere albums op de resetknop, en bewijzen dat nostalgie en frisse ideeën elkaar niet hoeven uit te sluiten. ’Mad as Hell’ klinkt alsof James Brown zou trippen op acid techno, terwijl ‘We’ve Got to Try’ – de soundtrack van het volgende formule 1-seizoen – een onweerstaanbare floorfiller is met seventies-vibe. De Noorse zangeres Aurora leent haar zoete stem aan het merendeel van de songs, wat een fraai tegenwicht vormt tegen de onbezonnen adrenalineshot die The Chemical Brothers toedienen.
Black Flower - ‘Future Flora’ ★★★★
Het vijfkoppige Black Flower maakt geen muziek voor kasplantjes, wél voor avontuurlijke oren. Waar psychedelische slangenbezweerdersmuziek, Ethio-oriëntaalse folklore en moderne jazz elkaar vrolijk voor de voeten lopen, daar puurt Black Flower een onweerstaanbare groove uit. Onder auspiciën van saxofonist en fluitist Nathan Daems brengt dit kwintet instrumentale songs die inventief, soms dreigend en altijd hypnotiserend klinken. Future flora is een metafoor voor revolutionaire ideeën die onze wereld kunnen redden: als ‘stedelijke krijgers’ schieten deze plantjes tussen de straatstenen op. Dat aan de rand van het ravijn de mooiste bloemen bloeien, bewijst Black Flower op zijn beurt.