InterviewSam De Bruyn
Sam De Bruyn over zijn afscheid bij Qmusic en zijn toekomstplannen: ‘Ik heb geleerd bewuster te leven’
Vijf maanden geleden verdween Sam De Bruyn uit het zendschema van Qmusic. Nu is hij terug. Met een nieuw programma op een andere zender. ‘Je maandenlang te pletter werken en dan te horen krijgen dat het nog wat meer mag zijn. Daar werd ik niet vrolijk van.’
De plaats van afspraak maakt het meteen duidelijk: le nouveau Sam De Bruyn est arrivé. Een interview? Dat kan, maar enkel als we daarvoor af willen zakken naar Poelkapelle, een ingeslapen dorp diep in West-Vlaanderen. Daar geniet De Bruyn, samen met zijn man, van een korte vakantie in een wel heel tiny house met hot tub en zonder internetverbinding. “Die vakantie had ik na één uitzending van mijn nieuwe programma wel verdiend, vond ik.” De Bruyn vertelt het al lachend maar tegelijk toont het grapje aan hoe De Bruyn tegenwoordig in het leven probeert te staan. “Ik heb geleerd om veel bewuster te leven”, zal hij even later zeggen.
Om te weten hoe dat komt moeten we een jaar terug spoelen. Naar het moment waarop de lockdown De Bruyn, net als de rest van werkend Vlaanderen, tot thuiswerk veroordeelde. Een openbaring zo bleek. “Terwijl ik radio maakte vanuit onze living zag ik hoe Wannes, mijn man, zijn dagen indeelde. Hij werkte, net als ik, heel hard maar deed dat wel op de momenten waarop hij dat wou. Wanneer hij zin had in een lunchpauze van twee uur, dan kon dat gewoon. Dat heeft me aan het denken gezet. Ik kwam tot de vaststelling dat ik heel veel en heel hard werkte. En dat het bovendien nooit genoeg bleek te zijn.”
Hoe bedoel je?
“Ik ben sowieso een perfectionist. Ik steek het vaak in mijn kop dat wat ik doe niet goed genoeg is. Ik heb dus sowieso al de neiging om mezelf tot het uiterste te drijven. Als daar dan ook nog eens vanuit je werkomgeving extra druk bij komt, als mensen nog meer van je gaan eisen dan kom je in de gevarenzone. Ik wist dat als ik mee zou blijven draaien in dat systeem het vroeg of laat fout zou lopen. Ik heb dat al eens meegemaakt. Dat wil ik niet meer.”
Heb je het dan over een burn-out?
“Ja, al wist ik toen nog niet dat het zo heette en had ik aanvankelijk ook niet door dat het fout liep. Tot ik op gegeven moment, puur fysiek, de trap naar de slaapkamer niet meer op raakte. Gelukkig ging het toen om de beginfase van zo’n burn-out en heb ik bij Studio Brussel, waar ik toen werkte, alle tijd en ruimte gekregen om dat op te lossen. Ik was er redelijk snel weer bovenop maar die periode heeft me wel geleerd dat ik absoluut niet nog eens die weg op wou gaan. Ik beweer zeker niet dat ze me bij Qmusic in een burn-out gingen storten. Maar ik weet wel dat mijn persoonlijkheid in combinatie met de managementstijl die daar gehanteerd wordt voor problemen zou zorgen.”
Wat is er mis met die managementstijl?
“Ik vind het niet verkeerd om mensen tot het uiterste te drijven. Maar als je dat doet is het wel belangrijk dat je die mensen ook laat weten dat je hun harde werk apprecieert. Dat gevoel heb ik nooit gekregen. Integendeel zelfs. Ik werkte me te pletter en kreeg te horen dat het nog wat meer mocht zijn. Op die manier hoefde het voor mij niet meer.”
Kon je daar met je bazen niet over praten?
“Ik had al meerdere malen aangegeven dat het nogal veel werd. Maar in de praktijk veranderde er niets. Dan heeft het geen zin om daar tegen te blijven vechten. Als het management een bepaalde richting kiest en dat is niet de richting die ik uit wil dan is het voor alle partijen beter dat de wegen scheiden. Al had het wel wat voeten in de aarde voor ik dat durfde zeggen. Het was uiteindelijk mijn man die zei: ‘Als je niet gelooft dat er beterschap op komst is, stop dan gewoon.’”
Toen je dat effectief deed, zat je van de ene dag op andere plots zonder job. Zorgt dat voor stress?
“Natuurlijk. Veel mensen denken blijkbaar dat ik zo goed heb verdiend dat ik op mijn vierendertigste kan stoppen met werken, maar dat is voor alle duidelijkheid dus niet het geval. Ik heb voor ik uiteindelijk besliste om te stoppen bij Qmusic een paar keer in blinde paniek met mijn boekhouder aan de lijn gehangen. Uiteindelijk hebben we een scenario uitgetekend. Ik weet nu perfect hoe lang ik zonder inkomsten kan. Komt er na die periode nog steeds niks binnen dan moet ik mijn auto verkopen. Dat geeft me wat extra tijd. Zijn er dan nog steeds geen concrete plannen, dan moeten we na gaan denken of we wel zo’n groot huis nodig hebben. Ik ga er van uit dat het nooit zo ver zal komen, maar de kennis dat er een zekere marge is gaf me de rust die nodig was om ook echt te stoppen met werken. Al is dat geld maar één aspect. Ik besef dat ik in een luxepositie zit maar ik ben er van overtuigd dat iedereen het roer om kan gooien. Je zal misschien anders moeten gaan leven, maar het kan altijd.”
Heb jij je levensstijl drastisch aan moeten passen?
“Corona was wat dat betreft een zegen. (lacht) Ik ben het afgelopen jaar amper op café of restaurant gegaan. Het is absurd wat dat voor mijn budget betekent. Ook reizen zat er niet of amper in en ook dat was een pittige uitgavenpost. Ik heb wel geleerd om op een andere manier na te denken over mijn uitgaven. Ik besef dat ik waarschijnlijk nooit meer zal verdienen wat ik in de media heb verdiend. Maar dat hoeft ook niet. Het heeft geen zin om koste wat het kost naar een hoog loon te streven. Denk eerst eens na over wat je echt belangrijk vindt in het leven en zoek daarna een job waarmee je genoeg geld verdient om die dingen te betalen.”
Wat heeft die denkoefening bij jou opgeleverd?
“Ik ben een liefhebber van zeer goede koffie, ik ben een liefhebber van zeer goede wijn, ik ben een autofreak en ook reizen doe ik graag. Al hoeft dat laatste absoluut niet duur te zijn. Vroeger moest ik per se het vliegtuig op naar pakweg Indonesië om daar mooie foto’s te maken voor mijn Instagram. Ik heb nu beseft dat ik in een tiny house in fucking Poelkapelle even gelukkig ben.
“Eigenlijk is het absurd dat we zo weinig stil staan bij wat we allemaal kopen. We worden met z’n allen constant beïnvloed en aangezet om te consumeren. Maar de vraag of we dat allemaal wel nodig hebben, wordt amper gesteld. We stappen in de ratrace en blijven maar rondjes lopen. Het zou goed zijn mochten we wat vaker nadenken over wat we echt willen doen.”
In jouw geval is dat blijkbaar radio maken. Je bent sinds vorige week weer op Studio Brussel te horen.
“Dat is toeval. Een aantal mensen bij die zender zijn doorheen de jaren vrienden gebleven. En dan babbel je over bepaalde zaken. Zoals je lege agenda bijvoorbeeld. Waarop één van die gasten stomweg zegt: ‘We hebben nog negen weken op zondag te vullen. Geen zin om een programmaatje te bedenken?’. De dingen waar ik nu voor mezelf mee bezig ben hebben niks met media te maken. Ik heb bijvoorbeeld altijd gevoeld dat er een ondernemer in me zat. Ik wil onderzoeken of ik in mijn eentje de zaak kan openen die ik wil. Veel kan ik daar nog niet over zeggen, maar ik ben wel met een winkelconcept bezig. Gewoon, om te zien of dat iets kan worden. Horeca is nog zo’n ding. Ik heb al in een miljard interviews gezegd dat ik ooit een eigen horecazaak wou. Misschien is dit wel het moment om die droom te realiseren.”
De coronacrisis deed De Bruyn niet alleen nadenken over zijn eigen toekomst. Hij was één van de ondertekenaars van een open brief waarin werd opgeroepen om bij de vaccinatiecampagne jongeren voorrang te geven. Een noodzaak vindt hij nog steeds en de enige manier om een zondvloed aan psychische problemen bij die jongeren te vermijden.
“Ik ben bij Qmusic de afgelopen jaren met Rode Neuzen Dag bezig geweest. Ik heb op die manier heel veel jongeren ontmoet die, ook zonder corona, in stevige psychische problemen zijn geraakt. Ik heb gezien hoe kwetsbaar die groep is. Nu worden net die jongeren nog eens extra op de proef gesteld. En daar is amper aandacht voor. Je hoort wel politici roepen: ‘We moeten daar iets aan doen’. Maar in de praktijk gebeurt er niks. Dat maakt me kwaad. Op het vlak van welzijn hebben we in dit Westerse land nog heel wat te leren. Ik ben altijd een heel optimistisch persoon geweest. Ook op politiek vlak. Wie er ook aan de macht was, ik had altijd wel het gevoel: ‘het komt wel goed’. Voor het eerst ben ik dat gevoel helemaal kwijt.”
Door de coronacrisis en de manier waarop die aangepakt wordt?
“Absoluut. Ik weet dat het een quasi onmogelijke taak is om zo’n crisis aan te pakken. Maar ik heb nu constant het idee dat we zomaar wat aanmodderen. Ik heb nog weinig vertrouwen in de mensen die het voor het zeggen hebben. Zelfs de mensen waar ik voor gestemd heb, stellen me teleur.”
Hoe ver gaat die teleurstelling? Ga je bij de volgende verkiezingen nog stemmen?
“Ja, omdat ik het net super belangrijk vind om te gaan stemmen wanneer je kwaad bent. Al weet ik ook wat voor gevolgen dat kan hebben. Ik heb me er al bij neergelegd dat ik niet vrolijk zal worden van de volgende verkiezingsuitslag. Het is wel heel moeilijk om een keuze te maken. Ik voel me bij geen enkele politieke partij nog thuis. Mocht er een goed alternatief zijn voor de klassieke partijen dan zou ik me daar volledig achter scharen. Maar dat alternatief is er gewoon niet.”
Misschien moet je een carrière in de politiek overwegen?
(lacht) “Een paar jaar geleden zou ik dat interessant gevonden hebben. Maar nu staat het vrees ik wel heel ver af van het leven dat ik wil leiden.”
Reizen De Bruyn, elke zondag van 10u tot 12u op Studio Brussel