Zondag 04/06/2023

AlbumrecensiesSkrillex

Reboot van een stekelige egel met puppy-oogjes: Skrillex viert zijn terugkeer met twee nieuwe platen

Skrillex tijdens een show in Las Vegas, in 2019.  Beeld Getty Images for Palms Casino Re
Skrillex tijdens een show in Las Vegas, in 2019.Beeld Getty Images for Palms Casino Re

Het duurde bijna tien jaar, maar de even vaak gelauwerde als verguisde Skrillex maakt een comeback. Nu ja, ‘reboot’ lijkt het betere woord voor de peetvader van brostep, die je andermaal an offer you can’t refuse door de heupen probeert te splitsen.

Gunter Van Assche

Sonny John Moore heet hij volgens de burgerlijke stand. Maar sinds een jaar of dertien kent de goegemeente deze Amerikaanse producer het best als Skrillex. Een nerdy dubstepper met overmaatse bril. Opgeschoten emo-kid, opgeschoren haardos. Gelijk met zijn asymmetrische kapsel werd zijn bastaardvorm van EDM plots een razende hype. Songs als ‘Bangarang’ en ‘First of the Year (Equinox)’ zetten de toon voor een nieuw reveil in de dancewereld. Hoe dat ongeveer klonk? Als een een tornado van drieste beats en drops die onbesuisd over je schedeldak raasde. Of nog: als een Transformer met barensweeën. Skrrrrrrt! Ti-tit-ti-ti-boooooom! Wrrrrrrraaaa! Whomp whomp whomp!

The Guardian cementeerde zijn dubieuze reputatie als “the most hated man in electronic music”. Maar net die hyperkinetische aanpak bracht miljoenen fistpumpende pubers op de been, die wél brood lustten van een metal-variant op dubstep, mercantiel op stadionmaat gesneden. De wereldwijde schijnwerpers en het moordende tempo van tourleven (eat-sleep-rave-repeat) betekenden bijna de doodsteek voor deze disruptieve techneut. Het overlijden van zijn moeder in 2015 zorgde er bovendien voor dat hij besloot om “de pijn weg te zuipen”, terwijl hij op dat ogenblik al iets te lang en te vaak opstond met een fles wodka in de hand. De muziekstijl die hij eigenhandig op kaart had gezet, bleek een jaar of vier na zijn debuut Scary Monsters and Nice Sprites (2010) tot overmaat van ramp op zijn retour.

De laatste jaren koos de Amerikaanse producers daarom doelbewust voor een anoniemer leven achter de schermen. Met Diplo vormde hij Jack Ü , waarmee hij de wereldhit ‘Where Are Ü Now’ bedacht voor Justin Bieber. Hij dwong een remix af bij Kendrick Lamar, en werkte voor Beyoncé op Renaissance. Maar net zo goed ging hij aan de rol achter de decks met goed volk als Four Tet en Fred Again. Verdwijnen deed Moore nooit écht. Maar de vraag of Skrillex er nog toe deed op het mondiale platform? Die werd steeds meer legitiem.

Het meer introverte en soulvolle ‘Don’t Get Too Close’ is beter uitgebalanceerd dan ‘Quest for Fire’. Beeld Marilyn Hue
Het meer introverte en soulvolle ‘Don’t Get Too Close’ is beter uitgebalanceerd dan ‘Quest for Fire’.Beeld Marilyn Hue

Kakofonisch ratjetoe

Verlengd bestaansrecht probeert de Amerikaanse brostepper vandaag af te dwingen met liefst twéé langspelers die met een dag verschil verschenen. Beide albums voelen aan als een bloemlezing en terugblik. Zo gaat ‘Leave Me Like This’ aan de slag met de iconische ‘Yes Oh My God’-sample waarmee hij ooit doorbrak. ‘RATATA’ gaat dan weer te rade bij de ogenschijnlijke fremdkörper Missy Elliott en katapulteert je naar haar eigen millenniumclassic ‘Work It’. Grappig detail: ook de flat beats van producer Mr. Oizo komen in de mix piepen. Knettergek combo, maar het wérkt. Net als zijn samenwerkingen met de Palestijnse fluitiste Nai Barghouti of de New Yorkse avantgarde-percussionist Eli Keszler.

Het verschil tussen Quest for Fire en Don’t Get Too Close is bepaald groot. Die eerste plaat is een kakofonisch ratjetoe, waarbij Skrillex zonder veel nuance jaagt op adrenaline en TikTok-clout, terwijl hij zoveel mogelijk dance-invloeden binnensmokkelt. Opwindend? Vaak wel. Maar tegelijk voelt het soms aan alsof je suikerspin en kermisappels gedwangvoerd werd, om dan in een op hol geslagen achtbaan je maaginhoud bij elkaar te moeten houden. Bijwijlen spreekt er méér glimmend spierballenvertoon dan visie uit zijn producties. ‘Kijk eens wat ik durf én kan!’, toeteren die tracks. Het gaat van emopunk over bombastische house tot monsterlijke stofzuigerdubstep. Zelfs de overduidelijke hand van collaboratie-kameraad Fred Again.. verandert daar niet veel aan.

Het meer introverte en soulvolle Don’t Get Too Close is beter uitgebalanceerd. Die plaat focust eerder op songs en sfeer, maar toont dan weer het grootste manco van Skrillex: een grootse songsmid is niet aan de 35-jarige knoppendraaier verloren gegaan. In het titelnummer hoor je Sonny Moore bijvoorbeeld melodramatisch uit zijn dagboek voordragen: “I’m on my PC / I see famous people / I think they’re likе me / So why aren’t we еqual? / Don’t get too close / Nobody knows me.” Het kost geen doorgewinterde psychotherapeut om te beseffen dat de driedimensionale, stekelige egel met droeve puppy-oogjes op de hoes een karikatuur van Skrillex zélf is. Zonde dat de songs op diezelfde plaat het met twee dimensies minder moeten stellen.

Quest for Fire (***) en Don’t Get Too Close (**) zijn zopas verschenen bij Atlantic Records.

Ook nieuw deze week

Algiers – Shook ****

Tien jaar ver in zijn bestaan stuurt Algiers, een kwartet uit Atlanta, eindelijk zijn vervaarlijk schommelende ark ongeschonden de meest woeste stormen door. Met de ziedende gospelstrot van frontman Franklin James Fisher voorop vindt de band een evenwicht tussen de postpunk, blues, soul en de industriële bombast die de vorige albums soms lieten verdrinken in chaos. Op Shook verklaart de band prachtig de oorlog aan het witte kapitalistische patriarchaat, bijgestaan door o.a. Zach De La Rocha.

DIRK. - Idiot Paradise ***

“You can have a dick, just don’t be a dick”, gelooft DIRK. in ‘No’. De Tien Geboden werden zelden beter samengebald. Frontman Jelle Denturck schudt de bon mots wel vaker nonchalant uit zijn mouw. De kroonprins van sarcastische slackers etst kurkdroge tegeltjesspreuken op infectieuze powerpop en nerveuze punkuitbarstingen. Fans van een tegendraadse Pavement, naar garage meurende Weezer en gitaren die weleens als klauwhamers uithalen, zijn aan het juiste adres in Idiot Paradise.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234