BoekenrecensieRebecca Gisler
Rebecca Gisler gaat op bezoek bij de oom die omeletten niest
‘Een keer zei mijn broer op de terugweg dat er geen boek in zat nu we wisten dat oom niet doodging, dat je voor een boek niet genoeg hebt aan vage herinneringen en ziekenhuisverhalen.’ Toch is dat precies het uitgangspunt van Over oom van de Zwitserse Rebecca Gisler.
‘Op een nacht werd ik wakker en wist ik zeker dat oom er door het gat van de wc vandoor was gegaan’, luidt Gislers openingszin, die zomaar uit een kinderboek zou kunnen komen. Het zo nadrukkelijk schrijven over ‘oom’ geeft de roman een wat kinderlijk cachet. Het verhaal doet in zekere opzichten ook denken aan kinderboek De Griezels van Roald Dahl; over de smerige meneer en mevrouw Griezel die elkaar het leven zuur maken. Gisler won De Zwitserse literatuurprijs met dit opvallende debuut.
Oom is een wat zonderling en in vele opzichten afschrikwekkend figuur die stukken omelet door de kamer niest, zich zelden tot nooit wast en leeft op een dieet van sigaretten, frisdrank, bier en chocoladekoekjes. Samen met zijn neef en nicht is hij kort geleden iets gaan vormen wat zijn nicht, ‘een spontaan samenlevingsverband zou willen noemen, of een commune van nietsnutten, of een orde van lediggangers’ in het familiehuis in Bretagne.
Die geest geheel indachtig is er nauwelijks sprake van een verhaal, ontwikkeling, vooruitgang (of achteruitgang). Nicht beschrijft de weerzinwekkende gewoonten van oom en door zijn ongezonde levensstijl belandt hij op een zeker moment in het ziekenhuis, waar hij ook weer uitkomt. Tot zover het handelingsverloop. Heel mondjesmaat deelt ze soms iets over zijn zus, haar moeder, en haar broer en haarzelf, ongeduldige eczeemlijers, die elkaar overstemmen met het raspende geluid van hun gekrab. Het is allemaal even onsmakelijk – Gisler schuwt de overdrijving absoluut niet – en geestig en vaardig opgeschreven, maar is dat genoeg?
Met statische romans hoeft niets mis te zijn (denk aan Mercier en Camier van Samuel Beckett). Gisler leunt echter wel erg veel op het gruweleffect dat soms ongeloofwaardige vormen aanneemt: op een gegeven moment klauwt oom, die van de dokter geen vlees meer mag, een meeuw uit de lucht, plukt deze en eet hem rauw op. Als lezer denk je: waarom zou je bij deze stinkende gek willen wonen? Wat maakt hem sympathiek? Wie ís die nicht? Die vraag blijft boven het verhaal hangen en laat de lezer ietwat onbevredigd achter.
Rebecca Gisler, Over oom, Vleugels, 110 p., 23,95 euro. Vertaling Maartje de Kort.