PostuumBart Plouvier
Plouviers weemoedige pen zwijgt voorgoed
Schrijver Bart Plouvier (70) is vorige week onverwacht overleden. Tijdens zijn carrière bouwde hij een uitgebreid oeuvre op met romans, theaterteksten en kortverhalen. Na zijn pensioen publiceerde hij haast uitsluitend poëzie.
De literaire carrière van Bart Van Schaeren, zoals Plouvier eigenlijk heette, begon vrij laat. Hij debuteerde als rijpe dertiger en werd pas in 1997 voltijds schrijver. De man was dan ook van vele markten thuis.
Als tiener in het Antwerpse artiestenmilieu nam hij zich oorspronkelijk voor om muzikant te worden. Wel kluste hij bij als barman, bouwvakker en tuinier. In 1980 had hij genoeg van dat leven als ‘rusteloze romanticus’ en koos hij voor een meer gestructureerd bestaan als matroos. Vier jaar voer hij mee met een zeesleper. Ondertussen zocht hij afleiding door voor het eerst te schrijven.
De ervaringen op de boot vormden in 1987 de belangrijkste inspiratiebron voor zijn debuut De maquette, een verhalenbundel waarin een ex-zeeman zijn leven overdenkt. In de jaren die volgden baatte Plouvier een restaurant uit en bracht hij verschillende boeken met kortverhalen op de markt. Pas in 1995 schreef hij met Het gelag zijn eerste volwaardige roman. Het werk, deels autobiografisch en opgevat als een eerbetoon aan mensen aan de rand van de samenleving, haalde de longlist van de AKO Literatuurprijs. Zijn gedreven vertelstijl, waarin weemoed en humeur met elkaar verstrengeld raakten, werd daarbij als zijn grote sterkte beschouwd.
Beste dichtbundel
Het succes van Het gelag zorgde er mee voor dat Plouvier besloot om zich voltijds op zijn activiteiten als schrijver toe te leggen. Hij sloot de deuren van zijn restaurant en pende nog meer romans, theaterteksten en reisverhalen.
Ook zijn poëzie kon op veel appreciatie rekenen. Weerslag, een jaarcyclus werd in 2005 door de lezers van poëzieblad Rottend staal en weblog De Contrabas tot beste dichtbundel van het jaar uitgeroepen. Plouvier wist ook twee keer de Lode Baekelmansprijs in de wacht te slepen en kreeg de prijs voor letterkunde van de provincie Oost-Vlaanderen in 2003.
Na zijn pensioen schreef de auteur voornamelijk poëzie. Zijn laatste drie dichtbundels werden door Uitgeverij Vrijdag gepubliceerd. Deze zomer bracht hij met De zon regent koperen spijkers een laatste werk uit.