Literatuur
Nederlander Rob van Essen wint licht verrassend de Libris Literatuurprijs
Veel lof van de kritiek. Schouderklopjes en nominaties. Maar die grote literaire prijs, die ontglipte hem steeds. Nu is het bingo voor de Nederlander Rob van Essen. Met zijn avontuurlijke roman De goede zoon wint hij de Libris Literatuurprijs en geeft hij topfavoriet Ilja Leonard Pfeijffer het nakijken.
“Een boek voor literaire avonturiers die voor geen kleintje vervaard zijn.” Dat schreef criticus Rob Schouten in Trouw ooit over De goede zoon. De nagel op de kop. Want dit is wellicht met voorsprong de meest complexe roman in jaren die een Libris-erelijst opsiert.
Ook de jury besefte dat ze in haar laudatio-rapport een kleine waarschuwing moest inbouwen voor het proza van Rob van Essen (°1963). “Met al zijn bizarre invallen, groteske wendingen, lijnen en lagen laat Van Essens meesterwerk ons zien en voelen wat het betekent om te leven in deze tijd, met zijn overdaad aan vrije tijd en luxe, met zijn robots en computers”, zo ronkte het.
In Van Essens bekroonde roman stuiten we zelfs op een pratende, zelfrijdende auto en ironische robots. Nochtans is dit boek ook een ‘moederroman’, met goed gedoseerde ontroering. Het basisverhaal draait rond een 60-jarige man die met een kompaan een autoreis maakt, herinneringen ophalend aan zijn pas overleden moeder. Maar algauw doen bevreemdende sciencefictionelementen à la Murakami hun intrede.
Verbijstering
Zelf stak Van Essen, die in 1996 debuteerde, zijn ambitie niet onder stoelen of banken. In de Volkskrant van zaterdag zei hij: “De goede zoon is wel een boek waarmee ik graag de Libris zou winnen. Het is op een bepaalde manier mijn meest autobiografische boek tot nu toe, de culminatie van alles wat ik hiervoor heb geschreven.”
Hij werd op zijn wenken bediend. In het Amstel Hotel kreeg hij maandagavond de begeerde cheque van 50.000 euro toegestopt door juryvoorzitter Jet Bussemaker en cultuurminister Ingrid van Engelshoven. Ja, hij schreef “de beste Nederlandstalige roman van het jaar”, vond de jury.
Dat er een golfje van verbijstering door de zaal ging, hoeft geen betoog. Oké, Van Essen was vooraf getipt door kenners. Maar dat de gedoodverfde favoriet Ilja Leonard Pfeijffer zijn nominatie voor het monumentale Grand Hotel Europa niet kon verzilveren, leek voor sommigen heiligschennis. Gunde de jury het de dandyesk uitgedoste Pfeijffer niet dat hij – na La Superba – voor de tweede keer de Libris Literatuurprijs naar Genua zou meevoeren?
Ook voor Esther Gerritsen, genomineerd met De trooster, werd het allicht een wrange avond. Al voor de vierde keer prijkte ze op de shortlist. Opnieuw werd het niks. De andere drie genomineerden, Bregje Hofstede (Drift), Jan van Aken (De ommegang) en enige Vlaming Johan de Boose, golden eerder als outsiders.
Dedicated taste
Is Rob van Essen in Nederland de status van cultauteur volop ontstegen, in Vlaanderen moet hij het voorlopig nog doen met een portie lezers met een dedicated taste. Daar kan na de Libris ferm verandering in komen.
Precies tien jaar geleden, in 2009, prijkte Van Essen nochtans al eens op de Libris-shortlist met Visser. Toen moest hij het onderspit delven tegen Godverdomse dagen op een godverdomse bol van Dimitri Verhulst. Sinds zijn debuut in 1996 met Reddend zwemmen publiceerde Van Essen acht romans, twee autobiografische kronieken en twee verhalenbundels. Als kenner van de Amerikaanse literatuur schrijft hij voor NRC en is hij ook een geprezen vertaler.
De kentering kwam er in 2015 toen de verhalenbundel Hier wonen ook mensen de J.M.A. Biesheuvelprijs ontving. De laatste tijd rees zijn ster verder. Joost de Vries prees Van Essen onlangs nog uitbundig op de Das Magazin-podcast. “ Dit is echt heel bijzondere literatuur, waarin je als lezer aan het werk wordt gezet, waarin je ook beloond wordt als lezer.”
Van Essen is de opvolger van Murat Isik op het Libris-palmares, die met zijn roman Wees onzichtbaar aanzienlijke verkoopsuccessen boekte.