MuziekUitgezongen
Kim Wilde scoorde met ‘Kids in America’ een wereldhit en mag haar familie daarvoor bedanken
‘We’re the kids in America!’, scandeerde Kim Wilde in 1981, ook al was ze zo Brits als baked beans en black pudding. Ze scoorde er prompt een wereldhit mee.
Noem ‘Kids in America’ gerust de vrucht van een uit de hand gelopen gezinsactiviteit. Want alvorens Kim Smith zichzelf tot Kim Wilde omdoopte, was ze simpelweg een kunststudente aan St Albans in Hertfordshire, zusje van ene Richard Smith en dochter van Reginald Smith, een singer-songwriter die in de jaren 50 rock-’n-rollhitjes had gescoord met ‘Teenager in Love’ en ‘Bad Boy’.
In die tijd noemde Reginald zich Marty Wilde, dus niemand keek raar op toen zijn zoon op z’n 16de de school vaarwel zei en songs begon te schrijven onder de naam Ricky Wilde. Al gauw klopte hij met zijn demo’s aan bij platenfirma’s en sloot hij een deal met RAK Records, een Brits label dat Suzi Quatro en Hot Chocolate onderdak bood.
Kim wilde maar wat graag profiteren van de kansen die haar broer in de muziekwereld kreeg. Ze vroeg hem of ze de achtergrondzang mocht verzorgen in de liedjes die hij opnam in RAK Studios, waar ze meer dan eens excentriek uitgedost opdaagde. “Ik wilde koste wat het kost aan de bak komen als sessiezangeres”, vertelde ze aan Louder Sound. “Op een dag wandelde ik er binnen in een zwart-rood gestreepte broek en het legerjasje van mijn pa. In die tijd kleurde ik mijn haar al heel fel, dus zonder het te beseffen profileerde ik me toen al als Kim Wilde.”
Haar X-factor was ook Mickie Most, de uitbater van RAK Studios, opgevallen. Ricky hoorde hem, tot zijn ontsteltenis, overleggen met zijn producer: “Deze meid hééft het. Ze ziet er goed uit, ze kan zingen en ze toont star power. Ik denk dat we iets met haar moeten doen.” Ricky, die zelf op een solocarrière aasde en zijn getalenteerde zus niet graag zijn plekje zag innemen zonder er zelf bij betrokken te zijn, stak daar een stokje voor.
Fantaseren over de drive-in
In het ouderlijk huis in Hertfordshire ging hij aan de slag met een Wasp-synthesizertje: een klein zoemend ding waarmee je dreinende pulsen kon creëren. “Onze slaapkamers grensden aan elkaar”, aldus Kim Wilde, “en ik werd stapelgek van dat keyboardje. Ik dacht: als het niet snel ophoudt, storm ik bij hem binnen en duw ik het ding door zijn strot.” Hun vader, Marty, hoorde wél goud in de compositie van zijn zoon en verzon er prompt een liedjestekst voor. “Ik had net een tv-reportage gezien over jongeren in de Verenigde Staten”, aldus Marty in The Guardian. “Die joeg me de stuipen op het lijf. Het was alsof ik een X-rated film zag. Waarschijnlijk keek ik even meewarig naar die kids als mijn ouders hadden gedaan toen ik zelf met rock-’n-roll begon.”
Gestuwd door de synth van zijn zoon kwam de rest vanzelf: ‘Looking out a dirty old window / Down below the cars in the city go rushing by / I sit here alone and I wonder why’. Dochter Kim zong het met een sexy verveling die slim de apathie van de punk en de newwave uit die dagen in zich droeg. In de achtergrond van de song smokkelden de Wildes allerlei stadslawaai om de rusteloosheid van de protagonisten kracht bij te zetten: verkeerschaos en drilboren van wegenwerkers.
“Als kids uit Hertfordshire die met Saturday Night Fever opgroeiden, stelden we ons Amerikaanse tieners altijd voor als gelukzakken met een veel cooler leven dan wij”, verklaarde Kim Wilde de tekst. “Ze droegen fantastische kleren, gingen naar de drive-in, aten voortdurend hamburgers, vormden koppeltjes met andere coole kids. Het was een fantasie die we met veel generatiegenoten deelden. En nét daarom werkte ‘Kids in America’.”