InterviewDeborah Levy
‘Jonge vrouwen kunnen de wereld veranderen’: auteur Deborah Levy onderzoekt wat vrouw-zijn betekent
Deborah Levy over vrouwen en macht: ‘We moeten ons de vraag stellen hoe vrouwen en meisjes zich thuis kunnen voelen in een wereld die niet in hun voordeel is georganiseerd.’
‘Het kon zomaar zijn dat vrouwelijkheid, in de vorm die mij is geleerd, aan haar eind is gekomen’, schrijft de 61-jarige Deborah Levy in De prijs van het bestaan, het tweede deel van haar autobiografische trilogie, waarvoor ze het voorbije jaar nog de Prix Femina étranger won.
‘Het was duidelijk dat vrouwelijkheid, in de vorm die bedacht was door mannen en vertolkt werd door vrouwen, het uitgeputte spook was dat aan het begin van de eenentwintigste eeuw nog altijd rondwaarde.’
In dit drieluik neemt de schrijfster haar ervaringen als veertiger, vijftiger en zestiger onder de loep. Het zijn memoires geschreven ‘in de volle storm van het leven, in plaats van achteraf’, waarin Levy moeiteloos reisliteratuur, filosofie en gendertheorie met elkaar vervlecht.
“Macht als woord an sich zegt mij niet zoveel”, zegt de schrijfster nu vanuit haar Londense flat. “Ik ben meer geïnteresseerd in vrouwen die meerdere dingen tegelijk mogen zijn: machtig, maar ook fragiel; succesvol, maar ook verloren.
“Schrijven is machtig wanneer je jezelf de vrijheid geeft om gewoon jezelf te zijn, zonder die last van te moeten presteren voor het patriarchaat.”
Waarom wilde u onderzoeken wat vrouw-zijn betekent?
“In mijn boeken kijk ik naar een ouderwets idee van vrouwelijkheid. Volgens dat idee offert de vrouw zichzelf eindeloos op, is altijd geduldig en verleent aan alle verlangens en noden van anderen voorrang. Volgt ze wel haar eigen verlangens, dan wordt dat gezien als het verwaarlozen van haar mythische verantwoordelijkheid.
“Simone De Beauvoir beschreef onomwonden hoe vrouwen van haar generatie geacht werden hun leven zo klein mogelijk te houden, terwijl mannen wel een ‘uitvoerig leven’, zoals zij het noemde, mochten leiden.
“Ook al is dit idee tegenwoordig achterhaald, afgeleiden van dit vintage vrouwbeeld leven wel degelijk verder. Onze samenleving vertelt vrouwen en meisjes nog steeds hoe ze zich horen te gedragen, wat ze wel en niet mogen dragen, hoe ze hun lichaam mogen gebruiken.
“Maar mijn boeken zijn zeker geen manifesto’s. Het zijn memoires die voortkomen uit de persoonlijke omstandigheden van een ik-verteller van wie de stem erg op de mijne lijkt, maar die toch niet helemaal met mij samenvalt.”
Feminisme kan vandaag een mijnenveld zijn. Sommigen associëren het afkerig met ‘altijd maar in een slachtofferrol kruipen’, anderen vinden dat het een marketinginstrument is geworden. Hoe kijkt u daarnaar?
“Goed of slecht feminisme? Is dat niet gewoon een ‘constructie’ van de media?
“Ik geloof dat de jonge vrouwen van vandaag de wereld kunnen veranderen. Zij zijn de generatie die hun doel in het leven opnieuw kunnen uitvinden. En daarbij, zo hoop ik toch, veel plezier hebben. Ze bevinden zich op de goede weg, zo lijkt mij.”
U hebt twee jongvolwassen dochters. Het moederschap, dat u in Dingen die ik niet wil weten ‘een institutie verwekt door het mannelijke bewustzijn’ noemt, is een terugkerend thema in uw werk. Was moeder worden een moeilijke beslissing voor u?
“Als twintiger leidde ik een echt kunstenaarsleven. Ik schreef voor het theater, we wilden voorstellingen zoals die van Pina Bausch (Duitse choreografe, 1940-2009, red.) op de planken zetten. Maar op een bepaald moment was ik het beu om steeds met zoveel mensen in een kamer te moeten zitten. Toen ben ik overgestapt op proza, op mijn 28ste verscheen mijn eerste roman.
“Ik had kinderen eigenlijk nooit echt overwogen. Een leven in het teken van creëren kan namelijk best meedogenloos zijn. Maar dan werd ik erg verliefd en dacht ik, ja, laten we kinderen nemen. Niets is uiteindelijk in steen gebeiteld.”
De moeder en de echtgenote zijn nog steeds de bekendste rollen die onze samenleving voor vrouwen reserveert. Wanneer de protagoniste uit De prijs van het bestaan op middelbare leeftijd haar gezinshuis ontmantelt, gaat ze op zoek naar een nieuwe bestaansstructuur; een ander leven. Ook Levy scheidde als vijftiger van de vader van haar dochters.
“Na een bepaalde leeftijd hoort je leven zogezegd stabieler en rustiger te worden”, vertelt ze. “Maar ik belandde met vijftig net in een stroomversnelling. Ik leerde moeder en vader tegelijk zijn, maar ook daarbuiten werd mijn wereld groter. Ik reisde veel meer. Met het ouder worden verlies je een paar dingen, zo ontdekte ik, maar je wint ook een heleboel.”
Wat zijn de voordelen van ouder worden?
“Je hebt voldoende levenservaring geaccumuleerd om meer jezelf te zijn, je eigen leven op te eisen. Je probeert niet langer iedereen te behagen.
“Maar misschien is voor een schrijver het allerbeste aan ouder worden wel dat je minder oordeelt. Met het vingertje wijzen in literatuur wordt gewoon minder interessant zodra je begrijpt hoe complex het is om in intrinsieke verbintenis met anderen te leven.
“Toch zijn vrouwen van middelbare leeftijd vaak onzichtbaar. In films en tv-series zijn de weinige rollen voor oudere vrouwen die van de gekke tante, de moeder, of de verpleegster. Meestal een bijrolletje, zelden de hoofdrol. Waarom zien we amper tevreden vrouwen van middelbare leeftijd die een vol leven leiden?
“Deze vraag stel ik me ook in mijn nieuwste boek, Real Estate.”
Kunt u alvast wat meer vertellen over dat derde luik van uw trilogie?
“Het hoofdpersonage van Real Estate verlangt hevig naar een thuis. Ze heeft een heleboel fantasieën over het soort huis waarin ze wil wonen. Maar dan is de vraag: wie houdt haar in dat huis gezelschap?
“Tegelijk werpt het natuurlijk ook de grotere vraag op hoe vrouwen en meisjes zich thuis kunnen voelen in een wereld die niet in hun voordeel georganiseerd is.
“Ik ga na wat vrouwen bezitten, later in hun leven. Wat eisen we op, wat gooien we weg, wat houden we bij? Hoe worden we eigenaar van ons eigen leven? Voor wie is dat subversief of bedreigend?
“Allemaal existentiële vragen die ik op speelse wijze onderzoek via het vocabulaire van de vastgoedmarkt, aangezien het boek over ownership gaat.”
Deborah Levy
• Britse auteur
• Geboren in 1959 in Johannesburg, Zuid-Afrika; vader was lid van het ANC, grootouders waren Litouwse immigranten
• Verhalenbundel Swimming Home en roman Hot Milk haalden in 2012 en 2016 de shortlist van de Man Booker Prize
• Real Estate, het derde deel van haar autobiografische trilogie, komt begin mei uit
Thuis is na één jaar pandemie een beladen plek geworden.
“Klopt. Een goede thuisbasis is belangrijk, maar sinds corona is het net heel fijn om even niét thuis te zijn. Dit extreem huiselijke leven is niet waarvoor we tekenden.
“Normaal houd ik tijdens mijn vele reizen altijd dagboeken bij, die vaak hun weg in mijn werk vinden. Schrijvers hebben andere talen, culturen en perspectieven nodig. Los daarvan is het ook gewoon leuk om te observeren wat mensen aan hebben, hoe ze zich gedragen. Daarnaast mis ik ook mijn vrienden in Europa ontzettend.”
Hoe blikt u vooruit?
“Momenteel bevinden we ons voornamelijk in de handen van politici die vaardig zijn in de politiek van de vijandigheid, maar nooit geleerd hebben het welzijn van hun gemeenschap te verzorgen.
“Als de pandemie ons iets bijgebracht heeft dan wel dat we ons politieke systeem moeten aanpassen. We moeten af van het denken in termen van winnaars en verliezers. In plaats daarvan moeten we nadenken over hoe we voortaan voor elkaar, maar ook voor onze planeet, zullen zorgen. Hoe gaan we samenleven?
“Mensen vragen me voortdurend wat ik persoonlijk van deze periode heb opgestoken, maar ik geloof dat het nog te vroeg is voor een sluitend antwoord op die vraag.
“Wel ben ik door al die eindeloze wandelingen mijn stad en mijn vrienden in Londen nog meer gaan appreciëren. Sommige van die momenten zullen me voor altijd bijblijven.
“Zo kreeg een voormalige studente vanop het Royal College of Art, waar ik schrijven doceer, onlangs haar eerste baby. Om dat te vieren hadden we in putje winter buiten afgesproken. De smeltende sneeuw had het park in een grote modderpoel omgetoverd. We hadden warme wijn en een kaars meegebracht. Op een boomstronk te midden van al die modder vertelde zij hoe ze verliefd was geworden, hoe zij als artieste die van alles te doen heeft in de wereld, het risico had genomen moeder te worden tijdens een pandemie. Ze was blij, maar moe.”