InterviewBroers Dardenne
In Cannes mikken de Dardennes weer voluit op het hart: ‘Wij hopen nog steeds dat cinema de wereld kan veranderen’
De broers Dardenne maken kans op hun derde Gouden Palm met Tori et Lokita, een sobere maar diep ontroerende film over twee Afrikaanse kinderen die in België proberen te overleven.
Met Tori et Lokita hebben de broers Dardenne hun mooiste film in vele jaren gemaakt. Een droevig maar sprankelend portret van een wrede wereld, en net als de twee andere Belgische films in de competitie in Cannes (De acht bergen en Close, dat pas donderdag in première gaat), een ode aan de kracht van vriendschap.
Tori (gespeeld door Pablo Schils) is een bruisende jongen van 12 uit Benin, Lokita (Joely Mbundu) een tienermeisje uit Kameroen. Ze trokken, elk vanuit hun eigen land, naar België. Onderweg kruisten hun wegen, nu zijn ze onafscheidelijk. Lokita ontfermt zich over Tori als een grote zus, maar hij zorgt evengoed voor haar.
De film maakt zonder veel woorden voelbaar hoe deze twee kinderen elkaar nodig hebben. Niet alleen om elkaar aan papieren te helpen of elkaar fysiek uit de nood te helpen, maar als zuurstof. Zonder Tori kan Lokita vaak letterlijk niet ademen: wanneer ze verplicht wordt om in totale afzondering in een cannabisplantage te gaan werken – in ruil voor een vervalst paspoort – en beseft dat ze Tori niet meer kan zien, valt ze hyperventilerend op de grond.
Het is maar een van de vele poëtische beelden en symbolen die de Dardennes in het elegante script verwerken. Ook wanneer er in de film gezongen wordt, is dat veel meer dan sfeerschepping: het Italiaanse liedje dat Tori en Lokita samen opvoeren voor de klanten van het Italiaanse restaurant van hun baas (voor wie ze ook dealen) raakt aan de essentie van de film: zoals hun stemmen vervlochten raken in deze melodie, zo klampen deze twee personages zich onvoorwaardelijk aan elkaar vast.
Zoals steeds bij de broers Dardenne is Tori et Lokita uiterst efficiënte en compacte cinema. Met zijn speelduur van nauwelijks anderhalf uur is dit een van de weinige films in Cannes waaruit je geen enkele scène zou kunnen schrappen. Die kernachtigheid gaat niet ten koste van de emotie: de Dardennes mikken deze keer weer voluit op het hart.
Negende keer zenuwachtig
Luc en Jean-Pierre Dardenne zijn veteranen in Cannes: ze hebben twee Gouden Palmen op hun palmares (voor Rosetta in 1999 en L’Enfant in 2005), en met Tori et Lokita zijn ze al voor de negende opeenvolgende keer geselecteerd in de officiële competitie. Toch zijn ze nerveus, enkele uren voor hun grote première. “Die zenuwachtigheid zal er altijd zijn”, zegt Jean-Pierre (71). Luc (68) vult aan: “Maar na al die tijd kennen we de machine die Cannes is heel goed. We vangen nu snel de eerste tekenen op die kunnen aangeven of onze film goed of slecht ontvangen zal worden.”
Die eerste tekenen zijn deze keer erg gunstig: op het moment dat we dit schrijven, mogen er nog geen recensies verschijnen, maar de betraande ogen van enkele internationale collega’s, dinsdagochtend na de persvisie, spraken boekdelen. Een groot contrast met de twee vorige films van de Dardennes, La fille inconnue en Le jeune Ahmed, die eerder cerebraal waren, en in Cannes een respectvolle, maar wat onderkoelde ontvangst genoten.
Tori et Lokita was daarentegen vanaf het prille begin een warme, emotionele film. “We vertrokken van het idee dat we simpelweg een film over een mooie vriendschap wilden maken”, zegt Luc Dardenne. “Dat was de basis. Daarnaast wilden we ook al langer iets schrijven rond de eenzaamheid die niet-begeleide minderjarige vreemdelingen ervaren: ze verlaten hun land zonder hun familie en komen hier dus helemaal alleen aan. Die twee onderwerpen vulden elkaar perfect aan.”
Het scenario is niet gebaseerd op een waargebeurd verhaal, maar wel gevoed door talloze gesprekken. Jean-Pierre: “We hebben veel mensen ontmoet die met niet-begeleide minderjarige vreemdelingen werken. Zo hebben we bijvoorbeeld geleerd dat er verschillende soorten kinderen zijn die vanuit Afrika naar Europa komen. Er zijn er bijvoorbeeld zoals Tori, die komen omdat ze in hun land vervolgd worden als ‘tovenaars’. Voor hen is het een kwestie van leven of dood, zij worden dus makkelijker erkend. Maar dan zijn er ook kinderen zoals Lokita, die door hun familie naar Europa worden gestuurd in de hoop dat ze er zullen studeren, werk zullen vinden en geld naar huis kunnen sturen.”
“Daarnaast hebben we ook bronnen bij de politie”, vult Luc aan. “Zo zijn we meer te weten gekomen over hoe het drugsmilieu in ons land werkt. Weet je bijvoorbeeld waarom er vaak migranten op plantages worden ingezet? Omdat zij hier niemand kennen. Als zij plots verdwijnen, kraait daar geen haan naar...”
Vechten tegen wreedheid
“We zijn erg blij dat we deze film hier in Cannes, op het grootst mogelijke podium, mogen komen voorstellen”, zegt Jean-Pierre. “Want het is ook een verhaal over de staat van de samenleving. Over de wreedheid van de machtsverhoudingen tussen de sterksten en de zwaksten. De personages in onze film zijn weerloos: het zijn kinderen, en ze hebben geen familie. Maar wat wij ook wilden tonen, is hoe hun vriendschap, hun inventiviteit en hun liefde voor het leven hen helpen om tegen die wreedheid te vechten.
“Wij hopen nog steeds dat cinema de wereld kan veranderen”, besluit Luc. “Door twee kinderen uit zwart Afrika centraal in beeld én in het middelpunt van de filmwereld te plaatsen, hier in Cannes. Net zoals we destijds in Rosetta een meisje dat in een caravan woont anderhalf uur lang centraal plaatsten.”
Tori et Lokita speelt dit najaar in de bioscoop.