Maandag 05/06/2023

InterviewPa Salieu

‘Ik wil zelfs méér muziek horen die de lelijkheid in deze wereld blootlegt. Het moet verteld worden’

Pa Salieu. Beeld ALIYAH OTCHERE
Pa Salieu.Beeld ALIYAH OTCHERE

Zijn beste vriend werd doodgestoken op straat, zelf overleefde hij ternauwernood een schietpartij. Met Pa Salieu (23) koos de BBC allesbehalve een onbeschreven blad als winnaar van zijn ‘Sound of… 2021’. Salieus muziek – een mix van UK drill en afrobeat, zijn roots liggen in Gambia – komt recht van de straten van Coventry, waar de realiteit er één is van verslaving en geweld. ‘Ik spreek voor onze doden, die dit alles níét kunnen navertellen.’

Katia Vlerick

Een bende jongemannen bij nacht, allen gehuld in hoody’s en met een pitbullterriër aan de leiband: de video voor ‘Frontline’, de debuutsingle van Pa Salieu van begin 2020, was op zijn zachtst gezegd sinister. Net als de song zelf. Over een minimale beat rapt Salieu bezweringen als ‘Bad man run up in your bando / Knick knack mash that work like Rambo / Whip that white I feel like Django’. In deze jongen zijn buurt krijg je slaag, zoveel is duidelijk.

Pa Salieus muziek staat met één poot in UK drill, het Britse grootstedelijke muziekgenre verwant aan hiphop en grime dat sinds zijn ontstaan circa 2014 een barslechte reputatie meesleurt. UK drill-collectieven in Londen en Coventry – waar Salieu opgroeide – werden meer dan eens gelinkt aan criminele bendes. Begin dit jaar berichtte de krant Coventry Telegraph nog over de postcode wars, een straatoorlog tussen bendes uit de postcodes RB7 en C2 – voluit CV2 – die hun strijd ook muzikaal uitvechten, online, via bedreigende video’s. Als UK drill-rappers gezichtsmaskers dragen, is dat níét omdat ze brave jongetjes zijn die zich aan de coronaregels houden – de maskers zijn zowat een vast onderdeel van het genre geworden. UK drill bezingt een grootstedelijke leefwereld van genormaliseerd geweld en territoriumdrift.

Waarom koos het panel van de BBC voor zijn jaarlijkse ‘Sound of…’ dit jaar dan voor iemand als Pa Salieu? Omdat hij somethin’ else is. Luister naar ‘Betty’, zowat de beste track op zijn eind vorig jaar uitgebrachte debuut ‘Send Them to Coventry’: een even simpele als mooie melodie waarin Salieu weet te hypnotiseren als een medicijnman from outer space. 2021 wordt dé doorbraak van afrobeat, de verzamelnaam voor de West-Afrikaanse popmuziek van nu, en het is in dat genre dat Pa Salieu kniediep met z’n andere been staat, met dank aan zijn kindertijd in Gambia.

Gezeten op de achterbank van een taxi verschijnt Pa Salieu dan toch op mijn Zoomscherm, vijf minuten na het afgesproken uur. Hij is onderweg naar de opnamestudio en excuseert zich meteen met een kamerbrede glimlach.

Je bent pas verhuisd van Coventry naar Londen?

Pa Salieu: “Ja, vijf maanden geleden. Er zijn hier meer studio’s. En Coventry, waar mijn moeder nog woont, ligt op anderhalf uur rijden. Het was een kans die ik móést grijpen. Ik hou van dit bestaan, ik hou van muziek maken, en wil zijn waar het allemaal gebeurt.”

Zet die BBC-prijs meteen extra druk, of is het een duwtje in de rug?

Salieu: “Het laatste. Druk voel ik van mezelf al, en als het van mij afhing, hadden Griff en Berwyn gewonnen: die zijn zó getalenteerd.”

Je maakte een steile opgang in 2020, terwijl veel muzikanten klaagden dat ze door de lockdowns niet eens inspiratie vonden.

Salieu: “Ik kijk niet links of rechts, ik ben gewoon altijd aan het werk. De muziekbusiness is ook compleet nieuw voor mij – ik leer letterlijk elke dag bij.”

Je ouders verhuisden een kwarteeuw geleden van Gambia naar Slough, een voorstad van Londen. Waarom?

Salieu: “In Gambia hadden ze veel broers en zussen: als ze hier kwamen werken, konden ze geld opsturen naar mijn grootouders. Ze kwamen naar het VK voor een beter leven, ook voor mij en mijn broers.

“Mijn moeder is poetsvrouw, mijn vader werkt in een opslagplaats voor auto-onderdelen. Mijn ouders hebben hard gewerkt voor mij, nu werk ik hard voor hen.”

Je werd geboren in het VK, maar als baby van amper 1 jaar werd je naar Gambia gestuurd om er bij je grootmoeder te gaan wonen.

Salieu: “Haar huis in Gambia was vernield door een brand, dus besliste mijn moeder om zich volledig op haar werk te richten, zodat ze meer geld kon opsturen. Met een baby in huis was dat moeilijk, dus stuurde ze me naar mijn grootmoeder. Zo zorgde ze ook voor mij, want ik heb een prachtige kindertijd gehad in Gambia. Ik zou een heel ander mens zijn, had ik mijn vroegste jeugd níét in Gambia doorgebracht. Op mijn 7de keerde ik terug naar het VK met een sterk zelfbewustzijn en een gevoel van trots.”

Waar kwam die trots vandaan?

Salieu: “Mijn beide Gambiaanse grootmoeders behoorden tot de ‘ouderen’ van de gemeenschap: mensen kwamen naar hen voor advies. Andere familieleden behoorden dan weer tot de groep van entertainers: dichters en muzikanten wier taak het is de geschiedenis vast te leggen voor latere generaties. Dat heeft me op jonge leeftijd verbonden met mijn achtergrond – I know my soul.”

Je had in Gambia ook een bijzondere tante die muziek maakte, je samplet haar al zingend in je song ‘B***K’ (lees: ‘Black’).

Salieu: “Ja, auntie Chuche Njie. Ze trad veel op, tot in Senegal toe. Ongewild heeft zij me gepusht om muziek te maken. Dat was allesbehalve evident. Zij was de reden waarom ik me zo aan muziek vastklampte. In Gambia heeft ze vaak op me gepast – ik denk graag dat zij dat zaadje in me heeft geplant.”

Onlangs trad je – coronaproof, met een ingestuurde video – op in de Amerikaanse Tonight Show Starring Jimmy Fallon. Je had voor dat ‘optreden’ een met rode slierten uitgedoste Afrikaanse danser bij je.

Salieu: “Een kankurang, een gemaskerde figuur uit de Gambiaanse volkscultuur die al dansend inwijdingsrituelen begeleidt. Dat heb ik allemaal met mijn eigen ogen gezien. Ach, ik heb zovéél meegemaakt in Gambia. Toen ik op mijn 7de in Coventry terechtkwam, was ik in Gambia al gaan jagen met mijn neef (lacht).”

NEERGESCHOTEN

Voelde het VK toen als een kil land? Of was je blij je ouders te zien?

Salieu: “Vooral dat laatste. In Gambia had ik vaak gedroomd over mijn moeder, of beter: over hoe ik mij haar voorstelde. Eindelijk zag ik mijn moeder in het echt.

“Ik was ook blij dat ik voor het eerst sneeuw zag. En ik herinner me dat ik als de dood was voor honden (lacht). In Gambia liepen die op straat, en ze beten. De eerste keer dat ik hier als kind een hond zag, gaf ik hem een trap en liep ik snel weg – ik wist niet beter. Ik vond het ook vreemd dat we de buren niet gingen halen als het etenstijd was, en dat we allemaal onze plaats aan tafel hadden. In Gambia aten we uit één grote kom, en de hele straat werd binnengeroepen.

“Ik voelde in Coventry natuurlijk vooral dat ik anders was: donker, en Afrikaans. Maar dé verandering was dat ik op straat fiends zag.”

Fans van The Wire, de serie die zich afspeelde in het Amerikaanse Baltimore, weten wat je bedoelt: de dolende drugsverslaafden worden steevast fiends genoemd. Begreep je als kind dat zij verslaafden waren?

Salieu: “Ik zag in elk geval dat er iets mis was met die mensen. Op weg naar school zag ik ze nog ronddolen van de nacht tevoren. In Gambia heb ik ruggengraat gekweekt, in het VK heb ik het échte leven leren kennen.”

De titel van je eerste mixtape, Send Them to Coventry, is een oude Engelse uitdrukking. ‘Iemand naar Coventry sturen’ betekent zoveel als die persoon uit de maatschappij verbannen.

Salieu: “Die hele leefwereld in Coventry voelde aan als een val: ofwel ging je niet naar school en hing je rond met fiends, ofwel ging je wél naar school en zag je bij het buitenkomen alleen maar fiends. En zelfs als je erin slaagde je diploma te halen, zag je de meeste van je vrienden fiends worden. Je moest zélf iets in beweging zetten, maar niet iedereen is daar sterk genoeg voor. Ik heb vrienden wiens beide ouders crackheads zijn. Probeer dan maar eens een normaal leven op te bouwen.

“Ik heb me daardoor altijd afgesneden gevoeld van het systeem, en véél mensen die ik ken voelen zich zo. Zelfs als ze nog in leven zijn, zullen ze nooit de zoete smaak van iets lekkers proeven. Ze zullen zelfs nooit vrij kunnen ademen – ze zitten vast in hun verleden, in hun situatie. Ik heb wat meer geluk gehad, door dat zelfbewustzijn dat ik opdeed in Gambia. Meer nog dan mijn eigen verhaal is Send Them to Coventry het verhaal van de mensen met wie ik opgroeide.”

Een paar jaar geleden werd je beschoten aan de ingang van een pub in Coventry. Je had hier zélf al niet meer kunnen zijn.

Salieu: “En ik had ook het ziekenhuis kunnen uitkomen en iets geks kunnen doen – wraak nemen op de schutter. Maar ik deed dat níét. I protected my energy.

‘Protect your energy’, dat zing je letterlijk, samen met Mahalia, in je meest poppy song tot op heden, ‘Energy’. ‘They put us in the dirt so we keep dyin’ / I died a hundred times and I keep fightin’’, rap je daarin ook.

Salieu: “Weet je wat het is met mijn generatie? En die vóór mij? Veel mensen geven veel te makkelijk op. Ik zeg: verspil je energie niet aan de verkeerde dingen, spaar ze voor de juiste zaken, dan zul je ook niet zo snel opgeven. Ik had lang geleden al kunnen ontsporen. Ik heb dingen gezien die ik niet had moeten zien. Ik heb mensen rond me jong weten sterven. Ik móést mijn energie wel beschermen. Ach, er zijn véél manieren waarop deze wereld je ziel kan verpulveren. Als je dat toelaat, is het over.”

Je wierp je pas op de muziek nadat je was beschoten. Was dat hét keerpunt in je leven? ‘Geen tijd meer te verliezen’?

Salieu: “Nah. Ik had alle belangrijke lessen al geleerd voor ik werd beschoten. Over de hele wereld worden er alle dagen mensen beschoten.”

Niet waar ik woon.

Salieu: “Dan heb je geluk.”

Werd de dader gevat?

Salieu: “Nee, maar ik wéét wie hij was. Ik zou die persoon nog kunnen tegenkomen, maar ik ben niet bang. En ik ben ook niet uit op wraak.”

Wat vind je van de kritiek dat UK drill criminaliteit verheerlijkt?

Salieu: “Niet akkoord. Of laat ik alleen voor míjn muziek spreken: ik verheerlijk niks. Voor mij heeft muziek dezelfde functie als voor de Gambiaanse folk singers, zoals mijn tante: zij zien het als hun taak te documenteren. Hoe erg de feiten ook zijn, dit is wat er aan het gebeuren is. Als het niet wordt verteld, raakt het vergeten en blijft het voor buitenstaanders als jij onzichtbaar.”

Zowel in je debuutsingle ‘Frontline’ als in de bijbehorende video beschrijf je de op z’n zachtst gezegd grimmige sfeer in je wijk Hillfields in Coventry. Wat vond je Gambiaanse tante van die song?

Salieu (lacht): “Mijn neef heeft al mijn songs voor haar moeten vertalen. Bij ‘Frontline’ heb ik haar ook wel enige uitleg moeten geven. Tja, ik zal voor haar nu eenmaal altijd dat onschuldige jongetje zijn. Ik probeer haar dus ook niet té veel uit te leggen. Ze is wél blij dat ik muziek maak, dat had ze niet verwacht na alle problemen waarin ik was terechtgekomen – ik was vaak aan het vechten, en ook vaak stil.”

Het Verenigd Koninkrijk zag zijn knife crime-cijfers de voorbije jaren alleen maar stijgen. Heb je het geweld in Hillfields ook zien toenemen?

Salieu: “Het wordt alleen maar erger. Hoeveel kids worden er in onze steden niet gesnapt met messen bij zich, waardoor ze meteen een strafblad krijgen? En daardoor geen job vinden? Ik zeg niet dat het normaal is, maar velen hebben een mes op zak om zich te beschermen. Besef dat zij niet altijd criminelen zijn, maar ook bange kids. Ik ben zélf ooit zonder reden gestoken.”

Je hebt drie jaar geleden je beste vriend verloren aan een steekpartij. Fidel Glasgow werd op zijn 21ste doodgestoken aan een nachtclub in Coventry. Hij was de kleinzoon van Neville Staple van The Specials, de groep uit Coventry die in 1981 al ‘Ghost Town’ maakte, over het verval van de stad.

Salieu: “Het is voor onze doden dat ik spreek, want zij kunnen het niet meer. Ik móét voor hen spreken, want de buitenwereld denkt niks goeds over hen. Mijn vriend had plannen – hij was bezig met het ontwerp van T-shirts – maar hij is niks meer kunnen worden dan een naam in een krantenbericht over een dodelijke steekpartij.

“Stel dat ik was gestorven na die schietpartij, dan had niemand ooit van mij of mijn muziek gehoord. Dan was ook ik een naam geweest in een krantenartikel waarin zeker de term ‘gang related violence’ was gevallen, en had jij meteen een mening over me gevormd.

“Nee, ik wil zelfs méér muziek horen die de lelijkheid in deze wereld blootlegt. Het móét verteld worden.”

EERSTE PAAR NIKES

In de video van ‘B***K’ laat je zwarte stereotypen opdraven: van een Afrikaanse krijger tot militante Black Panthers uit de sixties. Schreef je de song voor of na de moord op George Floyd?

Salieu: “Wat telt, is dat die song altijd in mij heeft gezeten, lang vóór de BLM-protesten. Ik geloof dat iedereen een king of een queen is, ongeacht kleur, geslacht of leeftijd. Huidskleur betekent niks – de kleur van ons bloed is dezelfde. Dat is wat ik zeg in ‘B***K’. C’mon man, het zit allemaal in ons hart.”

In de video heb je je uitgedost met een vette knipoog naar het personage Omar Little uit The Wire, de sympathieke boef die zelfs Barack Obama’s favoriete figuur was.

Salieu: “Dat wist ik niet! Ik had net weer een heleboel afleveringen van The Wire gebinged, en ik móést dat personage in die video steken. Omar Little is de Robin Hood van de reeks: hij staat symbool voor al die mensen die nog zo slecht niet zijn, zelfs getalenteerd soms, maar nu eenmaal op straat vastzitten.”

Intussen poseerde je al in een campagne voor het kledingmerk Burberry, mag je modeontwerper Virgil Abloh tot je fans rekenen en poseer je in Lacoste voor glossy magazines. Geef je veel geld uit aan sneakers en designerkleren, of krijg jij al die luxespullen nu gratis?

Salieu: “Het laatste, hè. En ik kan niet zeggen dat ik dat onprettig vind (lacht). Ik heb mijn eerste paar Nikes pas gekregen toen ik 16 was. Mijn moeder werkte zich te pletter, maar no way dat ze een paar schoenen van 100 pond kon betalen, met vier kinderen te voeden. En ik begreep dat. Ik was geduldig, zeker niet kwaad. Want ik zag dat mijn ouders worstelden. Zo heb ik al vroeg met geld leren omgaan. Ik ben nu een huis aan het bouwen voor mijn moeder in Gambia. Ze mist haar thuisland, en ik wil haar weg uit Coventry. Haar dromen waarmaken, dat is nu mijn missie.”

Heb je eigenlijk al live-ervaring kunnen opbouwen in tijden van corona?

Salieu: “Mijn allereerste optreden, zomer 2019, bracht me meteen op het podium van het Lovebox-festival in Londen. Ik bracht er ‘Frontline’ nog vóór die track was uitgekomen. Erna heb ik zeven à acht shows kunnen doen. Had ik vorige zomer wél de kans gehad om op festivals te spelen, dan denk ik dat die nog te vroeg waren gekomen voor mij. Corona is allesbehalve de perfecte situatie, maar ik heb nu wél het voordeel dat ik in de luwte kan leren.

“Ik wil me met de groten kunnen meten: Fela Kuti, Stevie Wonder en Jimi Hendrix – heb je diens live-beelden al eens bekeken?! En mijn grote droom is een song opnemen met Stevie Wonder.”

Heb jij nu het gevoel dat je via je muziek ontsnapt bent aan de straat? Of moet je er net mee in contact blijven om je muziek te kunnen maken?

Salieu: “Ik wil mensen motiveren en pushen, mijn stem telt nu. Ik kan het cool maken om in een mooi huis in Londen te wonen, in plaats van met een hoop bling rond je nek op straat te lopen pronken. En tegelijkertijd heb ik het gevoel dat ik altijd onderdeel van die wereld zal blijven.

“Onderschat de kracht van muziek niet. Ik zag onlangs de film One Night in Miami, over een fictieve ontmoeting tussen Malcolm X, Sam Cooke en Muhammad Ali. In een hotelkamer in de jaren 60 – Ali heeft net gewonnen van Sonny Liston – komen ze bijeen om de zwarte revolutie te smeden. In één scène probeert Malcolm X Sam Cooke ervan te overtuigen dat muziek één van de sterkste manieren is om een boodschap de wereld in te sturen. Dus ja, ik denk dat ik een verschil kan maken. Maar ik ben nog onderweg, ik gebruik mijn stem zeker nog niet op de juiste manier. I’m still learning.

Wordt 2021 hét jaar van de afrobeats?

Salieu: “Yeah man, om de simpele reden dat het een universele taal is, door het ritme. Ik heb intussen ook al een paar songs opgenomen in het Wolof, de taal die ik sprak in Gambia. Ik sprak daar ook Frans, maar dat ben ik helaas kwijtgeraakt. Al heb ik mijn Frans onlangs nog moeten afstoffen: ik had de Belgische rapper Hamza op bezoek in mijn studio in Londen. We hebben wat dingen opgenomen samen, wacht maar! (lacht)”

© Humo

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234