Muziek
Huzarenstuk in Antwerpen: alle pianosonates van Beethoven in één weekend spelen op historische instrumenten
In één weekend alle 32 pianosonates van Ludwig van Beethoven spelen op historische instrumenten zoals de componist ze bedoeld had? Du jamais vu et entendu, maar het festival BEETHOVENinPRIMETIME doet het dit weekend wel in Antwerpen. Wat is de meerwaarde daarvan?
Nadat muzikanten jarenlang hun eigen interpretatie gaven aan composities, stond in de jaren zestig en zeventig een generatie musici op die streefde naar echtheid, naar de historische uitvoeringspraktijk (historically informed performance of HIP). Zo authentiek mogelijk een werk brengen, zoals de componist het waarschijnlijk bedoeld en in zijn hoofd had, en bij voorkeur dan nog op een instrument uit de juiste tijdsperiode. Een beweging die niet zonder slag of stoot ging: in die tijd ontspon zich een strijd tussen deze HIP-aanhangers – zoals in ons land Sigiswald Kuijken, Jos van Immerseel, Philippe Herreweghe en René Jacobs – en meer ‘traditionele’ muzikanten.
“In die begintijd zag men dat ook veel meer zwart-wit”, zegt dirigent, musicoloog en Beethoven-expert en -biograaf Jan Caeyers. “Traditionele musici vonden de HIP-pioniers een stel starre, arrogante hippies die meenden dat HIP een must en elke vorm van HIP top was, terwijl deze laatste groep de tegenstanders ervan beschuldigde niet historisch correct of authentiek te zijn. Ondertussen is er gelukkig een soort symbiose ontstaan tussen de impulsen van de historische en moderne uitvoeringspraktijk. Jonge muzikanten switchen tussen beide en leraren integreren HIP in hun lespraktijk.”
Het mag duidelijk zijn dat Caeyers dit toejuicht: “Een instrument is uiteindelijk maar een middel om wat je in je hoofd hebt om te zetten. HIP kan daarbij een groot voordeel zijn. Maar zulke uitvoeringen zijn soms gewoon niet boeiend, omdat de muzikant er niet genoeg mee doet. HIP op zich volstaat dus niet.”
Eenheidsworst
Caeyers ziet het ontstaan van historisch correcte uitvoeringen als een reactie op een reeks uiterst complexe ontwikkelingen in de klassieke muziek: de behoefte aan een steeds grotere klankintensiteit omwille van de grotere zalen; de evolutie naar steeds zwaardere, diepgaandere instrumenten met meer power maar minder flexibiliteit en nuance; na WOI de hang naar objectivering in het spel en een soort fixatie op de partituur waarbij alle uitvoeringen van een bepaald werk als het ware eenheidsworst werden. Ook de geschiedenis van de opnametechniek speelde een rol. “De HIP-pioniers waren echt een soort beeldenstormers die de moed hebben gehad tegen de heersende opvattingen in te gaan op basis van een buikgevoel, want er was toen nog zo weinig onderzoek naar gedaan. En dat leverde dubbele winst op: niet alleen de herontdekking van de muzikale ‘taal’ van toen, maar ook de vrijheid om opnieuw fantasievol en intuïtief met de partituur om te gaan.”
Waar het in de begindagen van HIP echt de bedoeling was een exacte, definitieve kopie van de allereerste uitvoering van een werk te creëren, is nu duidelijk dat dit een utopie is, weet Caeyers: “In de ideale wereld laten we fantastische musici die HIP kennen en beheersen, spelen in veel kleinere zalen dan nu, voor een publiek dat vertrouwd is met de taal van klassiek maar nog nooit Beethoven heeft gehoord – laat staan Stravinsky of Shostakovich – en dat niet vooraf de hele dag geprikkeld werd door een niet aflatende stroom van beelden en geluiden. Dat kán gewoon niet. Een festival als BEETHOVENinPRIMETIME is al een compromis op zichzelf, aangezien de pianosonates van Beethoven niet voor een groot publiek werden uitgevoerd, en al zeker niet achter elkaar. Maar het is zeker eervol en legitiem om ze nu als één corpus te zien en zo te consumeren.”
Bart Demuyt, algemeen en artistiek directeur van AMUZ [Festival van Vlaanderen - Antwerpen], is de eerste om dat te beamen: “Het uitgangspunt van HIP is dat het nooit kan zijn zoals het geweest is. Dat is ook de essentie van muziek: het is een gegeven dat continu leeft, met de nadruk op de lettergreep ‘nu’. (lacht) Het gaat om de eeuwige zoektocht, díe is interessant. Bovendien werd en wordt HIP soms nog steeds gezien als de wereld van de waarheid. Dat klopt niet: het is altijd interpretatie.”
Demuyt vergelijkt de meerwaarde van HIP met de wereldkeuken van de Brits-Israëlische chef Yotam Ottolenghi: “Hij snort vergeten kruiden op die eeuwen geleden gebruikt werden, en vraagt zich af wat hij er nu mee kan doen. HIP is hetzelfde. In zijn vrij korte leven is Beethoven enorm beïnvloed door een wereld in voortdurende evolutie, ook op het vlak van instrumentenbouw. Dit hoor je in zijn oeuvre, en de extra dimensie van die zoektocht naar het perfecte klavier willen we toevoegen aan ons festival. Uiteraard heeft Jan Caeyers gelijk dat de 32 pianosonates nooit op die manier chronologisch zijn uitgevoerd, maar we zijn dan ook op zoek naar een ‘hertaling’: wat kunnen we toevoegen met die extra ingrediënten van vroeger, zijnde zes oude instrumenten en dertien pianisten die al jaren op hun manier bezig zijn met HIP.”
Volgens Demuyt keren musici van over de hele wereld steeds terug naar het oeuvre van Beethoven omwille van diens drang naar innovatie: “Ook in zijn eigen tijd al werd Beethoven beschouwd als een enorme voorloper, omwille van zijn zoeken, aftasten en overschrijden van de muzikale grenzen.”
BEETHOVEN inPRIMETIME, dit weekend in AMUZ Antwerpen. amuz.be