Woensdag 22/03/2023

Reportage100 jaar Raveel

Honderd jaar Roger Raveel: beroemd in België, blinde vlek in het buitenland

Curator Franz Wilhelm Kaiser overschouwt een van Raveels schilderwerken tijdens de opbouw van de retrospectieve in Bozar.  Beeld Thomas Nolf
Curator Franz Wilhelm Kaiser overschouwt een van Raveels schilderwerken tijdens de opbouw van de retrospectieve in Bozar.Beeld Thomas Nolf

In eigen land is hij wereldtop, in het buitenland een blinde vlek. Weinig Vlaamse kunstenaars lokten zulke uiteenlopende reacties over hun werk op als Roger Raveel, die dit jaar 100 zou zijn geworden. En dat wordt in verschillende kunsthuizen gevierd.

Sofie Van Hyfte

Het is vroeg in Machelen-aan-de-Leie. Een oplettende buurman kijkt op als ik aarzelend plaatsneem voor het nog gesloten Roger Raveel Museum. Ik schrik van zijn warme maar luide begroeting. Na vele jaren in de stad verwateren regels die vooral in dorpen lijken te gelden. Juist ja, een goeie dag begint met een ‘goeiedag’. Ik lach vriendelijk terug. De buurman in kwestie, Luc Levrau, was jaren de trouwe rechterhand van Roger Raveel (1921-2013).

Levrau ontmoette Raveel tijdens een protestactie in 1977 tegen een geplande ringweg in Machelen. Het was het begin van een langdurige vriendschap en meer. Levrau werd Raveels technisch adviseur, zijn persoonlijke chauffeur, zijn klusjesman en al die tijd ook zijn steun en toeverlaat.

Raveel dacht al vroeg ver buiten de grenzen van zijn doek: zo gebruikte hij later onder meer ook spiegels in zijn werken.  Beeld Thomas Nolf
Raveel dacht al vroeg ver buiten de grenzen van zijn doek: zo gebruikte hij later onder meer ook spiegels in zijn werken.Beeld Thomas Nolf

Levrau is een man van de anekdotes. Door zijn vertelsels heen ademt de geest van de kunstenaar. “Raveel was een fantast. Aan zijn eigen bescheidenheid zal het niet gelegen hebben”, lacht hij. “Hij was in alles de beste. Was hij een wielrenner geweest, hij was beslist een flandrien. En mocht hij een carrière als zanger gestart zijn, hij was meteen een wereldster. In zijn hoofd kon alles.”

“Het ontbrak hem inderdaad niet aan ambitie”, beaamt Melanie Deboutte, die inmiddels een jaar conservator van het Roger Raveel Museum is, even later over een kopje koffie in de oude pastorie van het museum. “Ik had hier niet gestaan, was hij niet zo ambitieus geweest. Er zijn weinig kunstenaars die bij leven hun eigen museum hebben opgebouwd zien worden en ook nog eens konden meebeslissen over het ontwerp en de inhoud ervan. Raveel is er tien jaar mee bezig geweest: ministers overtuigen, het dorp betrekken. Het is zijn geesteskind en zijn erfenis, na zijn oeuvre natuurlijk.”

Roger Raveel keek in 1948 zoals geen ander naar de wereld rondom zich. Hij raakte verknocht aan de banaliteit van het alledaagse leven, taferelen die hij elke dag deelde met zijn teergeliefde vrouw Zulma, met wie hij dat jaar ook trouwde. Raveel focuste niet op het romantische of pittoreske, zoals de Vlaamse expressionisten in Latem wel deden, maar nam zijn omgeving waar zoals die was, met betonpaaltjes, ijzeren poorten, robuuste omheiningen en koterijen. Hij plaatste die alledaagse dingen in relatie tot elkaar, tot de omgeving en de tijd.

Luc Levrau, jarenlang de trouwe rechterhand van Raveel, aan de 'Muur van de verbeelding'. Beeld Thomas Nolf
Luc Levrau, jarenlang de trouwe rechterhand van Raveel, aan de 'Muur van de verbeelding'.Beeld Thomas Nolf

Raveel dacht al vroeg ver buiten de grenzen van zijn doek. Hij was zich er snel van bewust dat schilderijen niet eindigen bij het oppervlak en de kader. Hij doorbrak meermaals de conventies van de schilderkunst en liet op die manier een groot deel van de moderne schilders achter zich.

Zo verwerkte hij al vroeg in de jaren 50 objecten in zijn werk, stukken van het kader en later ook spiegels, fietswielen en zelfs levende dieren. Toen hij in 1962 in Bern een groepstentoonstelling bezocht met werk van popartkunstenaar Robert Rauschenberg, voelde hij zich gesterkt in zijn visie. “Ik mikte hoog”, vertelde hij over die periode. “Ik wilde iemand zijn die zijn tijd in zich opneemt en uitkristalliseert. Ik wilde dingen aanpakken die nog niet gedaan waren en iets toevoegen aan de kunstgeschiedenis.”

Nog 500 jaar

“Raveel zei altijd: zoek het niet te ver, maak het niet te moeilijk”, gaat Deboutte verder. “Het zijn heel waardevolle lessen in de perceptie van en het kijken naar de werkelijkheid. Hij was er erg koppig in, maar dat was ook zijn sterkte. Hij bleef verwoed voortschilderen in tijden dat schilderkunst dood werd verklaard.”

Ook in die volharding schuilt zijn tijdloos karakter. Raveel leidde een erg eenvoudig leven. De jaren na de oorlog waren jaren van armoede. Zijn zuinige levensstijl hield hij aan tot aan zijn dood in 2013. Hij was een natuurmens. Hij at enkel groenten en fruit uit zijn tuin, onbesproeid. Zijn vlees kocht hij bij een biologische slager in Gent.

Een kapel in Machelen-aan-de-Leie.  Beeld Thomas Nolf
Een kapel in Machelen-aan-de-Leie.Beeld Thomas Nolf

Ook zijn verf werd aangepast: hij gebruikte speciale biologische verdunners. Al was dat ook uit eigenbelang: Raveel had een longaandoening en was enorm begaan met zijn gezondheid. Het werd zijn zwakke plek, maar soms speelde hij die ook uit in zijn voordeel.

“Raveel was erg loyaal, maar ook zeer kieskeurig”, herinnert Levrau zich. “Als hij niet tevreden was met de gang van zaken, werd hij plots ziek en moest hij in allerijl naar het ziekenhuis. Marc Coucke vroeg hem ooit om een schilderij te maken voor Omega Pharma. Hij plaatste een donderwolk boven het omega-teken. Een statement, want Raveel had het niet voor al te chemische producten. Toen Omega hem uitnodigde op zijn bedrijfsfeest om hem te eren voor zijn werk, ging hij daar op in. Maar toen het bedrijf zijn producten begon voor te stellen, werd hij plotsklaps ziek. Het was bijna een spelletje voor hem. Hij wist heel goed waar hij mee bezig was, met wie hij zich wou verbinden en wat hij wou bereiken.”

Wereldberoemd worden, bij voorkeur. Een hartenwens van de kunstenaar die tot nu toe nog niet helemaal is uitgekomen, maar waar hij hardnekkig in bleef geloven. Vandaag is hij wellicht de belangrijkste naoorlogse kunstenaar van België, maar toch hebben een heel pak mensen nog nooit van hem gehoord. “Raveel zelf wist ook dat zijn werk moeilijk was en dat het nog een hele tijd zou duren alvorens het grote publiek het zou begrijpen. Hij liet zelfs eens optekenen dat er nog 500 jaar voor nodig was. Zo zeker was hij over zichzelf.”

Enkele werken van Raveel die geëtaleerd worden in Bozar.  Beeld Thomas Nolf
Enkele werken van Raveel die geëtaleerd worden in Bozar.Beeld Thomas Nolf

Dichter, eerste conservator van het museum en nauwe vriend van de kunstenaar Roland Jooris lacht als hij de woorden van Levrau hoort. “Raveel deed steeds grote uitspraken, maar daar was toch altijd een korreltje humor mee gemoeid”, benadrukt hij. “Hij spotte vooral met het hele wereldje erbuiten dat zo zenuwachtig wilde doordringen in de mondiale kunstwereld. Hij was ervan overtuigd dat ze nog altijd niet begrepen hadden wie hij werkelijk was. Hij hield niet vast aan één welbepaald genre. Of aan een welbepaalde stijl of richting. Hij wou kunst maken die al die richtingen in zich droeg. Maar voor een strak afgelijnde wereld als die van de kunsten ging dat er erg moeilijk in.”

Jooris countert de kritiek dat Raveel mogelijk te verslingerd was aan zijn eigen dorp. Hij gelooft niet in gemiste successen in het buitenland. “Raveel heeft zich nooit willen verbinden aan een galerie. Hij was gewoon niet zo commercieel ingesteld. Hij zag er het nut niet van in om uit Machelen weg te trekken. Hij kon evengoed naar Londen of Parijs getrokken zijn, maar zei steevast: als ik het hier niet kan waarmaken, waar dan wel? Raveel had een onvoorwaardelijk geloof in zijn eigen kleine wereld. Morandi is ook nooit buiten Bologna geweest met zijn drie zussen. Het is een mythe dat je voortdurend naar het buitenland moet trekken als kunstenaar. Dat bevordert de kwaliteit van het werk niet per se.”

Vlaams fenomeen

Van Machelen naar het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel, waar een grote overzichtstentoonstelling over Raveel te zien is. Daar klinkt de toon toch wat anders. “Was Roger Raveel een Fransman geweest, hij was al lang wereldberoemd”, stelt directeur tentoonstellingen Sophie Lauwers. “We kozen er bewust voor om met de internationale curator Franz Wilhelm Kaiser aan de slag te gaan, net om Raveel even uit dat lokale te trekken. Het is verbazingwekkend hoe weinig mensen van zijn oeuvre op de hoogte zijn.”

Kaiser had er een kluif aan om dat te onderzoeken. Hij ging in gesprek met Reinier Lucassen, de enige nog levende kunstenaar met wie Raveel in ’66 de keldergangen van het Kasteel van Beervelde schilderde. De Amsterdammer Lucassen zorgde er toen voor dat hij in Nederland doorbrak.

“Volgens hem is het een taalkwestie”, zegt Kaiser. “Raveel kende geen Engels of Frans en dat bemoeilijkte contact met buitenlandse artiesten. Ik vind het vooral een erg Vlaams fenomeen dat kunstenaars lokaal gewaardeerd worden en nauwelijks de behoefte lijken te hebben om elders door te breken. Daar kunnen we vandaag misschien verandering in brengen.”

Opbouw van de Raveel-retrospectieve in Bozar.  Beeld Thomas Nolf
Opbouw van de Raveel-retrospectieve in Bozar.Beeld Thomas Nolf

“Het is een kwestie van tijd”, besluit Stéphane Beel, een van de velen die zich lieten inspireren door de kunstenaar. Als jonge architect werd hij in 1990 door de architectuurcriticus Geert Bekaert naar voren geschoven voor het ontwerp van het Raveelmuseum.

Tien jaar lang werkte hij nauw samen met de kunstenaar. “Het heeft ook zijn voordeel dat hij bij leven niet is doorgebroken. Zijn coherent werk is er het resultaat van. En die nalatenschap was tenslotte het allerbelangrijkste. Hij liet me een andere werkelijkheid zien en scherpte mijn vaardigheden aan. Ook dat draag ik vandaag nog mee in mijn architectuur.”

Roger Raveel, een retrospectieve loopt tot 21 juli in Bozar.
De schildersklas van Roger Raveel loopt tot 6 juni in het MUDEL.
Zien, denken, schilderen loopt van 28 maart tot 18 juli
in het Roger Raveel Museum.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234