MuziekSoundtracks
Hoe filmmuziek een eigen leven ging leiden: ‘Het is niet meer weg te denken uit het repertoire’
Zaterdag vindt de hoogmis van de filmmuziek plaats: dan sluit Film Fest Gent immers af met de 20ste editie van de World Soundtrack Awards, waar filmmuziek de beelden mag overstijgen. Het is een evolutie die al langer bezig is, blijkt ook uit het boek The Original Soundtrack. ‘Filmmuziek is niet meer weg te denken uit het repertoire.’
Toen de onlangs overleden meestercomponist Ennio Morricone vier jaar geleden optrad op het Sint-Pietersplein in Gent, hadden zijn concerten de kaap van 350.000 tickets overschreden. Toepasselijker kon haast niet: het was immers in de Arteveldestad dat zijn muziek voor iconische films als The Good, The Bad and the Ugly en Novecento een eigen leven ging leiden. “Avonden als deze tonen voor mij dat filmmuziek, die specifiek voor films is geschreven, ook een autonoom leven kan leiden”, zei maestro Morricone toen hij in 1987 één van zijn eerste concerten speelde tijdens het Filmfestival van Gent.
Tot dan waren filmcomponisten eerder eenzaten die hele dagen in een donkere kamer muziek schreven, zonder dat die live werd gebracht. “Halverwege de jaren 80 zocht Jacques Dubrulle, de toenmalige directeur van Film Fest Gent, een manier om om het festival op de kaart te zetten”, herinnert Dirk Brossé zich, die tijdens de World Soundtrack Awards het Brussels Philharmonic dirigeert. “Er is toen gekozen om te focussen op de impact van muziek op film. Dat gebeurde toen op geen enkel ander filmfestival. En daardoor is Film Fest Gent één van de twintig beste filmfestivals ter wereld geworden.”
Aanvankelijk werden er, parallel aan het festival, filmmuziekconcerten georganiseerd, waarbij filmcomponisten de kans kregen om hun muziek live voor een publiek te brengen. “Dat was toen uniek”, herinnert Brossé zich. “Dat gebeurde nergens anders, en filmmuziek stond bij geen enkel symfonisch orkest op het repertoire.” In 2000 speelde onder meer Hans Zimmer, toen vooral bekend van Gladiator, zijn allereerste concert in Gent. Vanaf 2001 groeiden die concerten uit tot de World Soundtrack Awards – “de Oscars van de filmmuziek”, aldus Brossé – die dit jaar hun twintigste verjaardag vieren. Tweevoudig Oscarwinnar Alexandre Desplat (The Shape of Water, The Grand Budapest Hotel) noemt de WSA “het grootste festival voor filmmuziek”.
Mozart
Filmmuziek kan dus ook perfect zonder de film bestaan, weet filmjournalist Robin Broos. Hij presenteerde op Klara het programma The Original Soundtrack en bracht net onder dezelfde titel een boek uit. “Ik heb soundtracks waarvan ik de film nooit heb gezien. Morricone, bijvoorbeeld, heeft geweldige muziek geschreven voor obscure Italiaanse films die hier nooit zijn uitgekomen. Of neem Personal Effects: dat was de eerste soundtrack die Jóhann Jóhannsson ooit heeft geschreven. De soundtrack van die film is populairder dan de film zelf.”
Broos had al snel door hoe krachtig een score kan zijn, ook zonder de beelden. “De eerste cd met filmmuziek die ik had, was John Williams Conducts John Williams, met allemaal muziek uit de eerste Star Wars-trilogie. Ik kende die films van op tv, maar door die cd beleefde ik ze opnieuw. Je linkt de muziek vanzelf aan bepaalde scènes. Nadien kocht ik soundtracks zoals die van Jurassic Park nadat ik de film in de bioscoop had gezien: het was een manier om de film mee naar huis te nemen, lang voor die op video werd uitgebracht.”
Inmiddels brengen labels als Mondo luxe-uitgaves uit van de muziek van Jaws en The Big Lebowski, op vinyl. Maar de eerste soundtrack die ooit naast de film werd uitgebracht, was die van Snow White and the Seven Dwarfs, weet Broos. “Drie jaar later, bij Pinocchio, stond voor het eerst ‘The Original Sound Track’ op de hoes.” Soms gaan die soundtracks ook een eigen leven leiden. De beroemde muziek van Yann Tiersen voor Le fabuleux destin d’Amélie Poulain heeft de film overstegen: die muziek is nu de soundtrack van Parijs. Tot ergernis van Tiersen zelf, overigens.
“Sommige muziek is onlosmakelijk verbonden met een film”, legt Broos uit. “Zoals de motieven uit Star Wars. Maar het omgekeerde gebeurt ook. Quentin Tarantino schrijft zijn scenario’s terwijl hij naar filmmuziek luistert. Nadien hergebruikt hij die muziek voor zijn eigen film, en krijgen die soundtracks een andere invulling.”
Het was Tarantino die tijdens de Golden Globes in 2016 zou zeggen dat Ennio Morricone thuishoorde in het rijtje met klassieke componisten als Mozart, Beethoven en Schubert. Maar twintig jaar eerder was dat niet zo’n gangbare theorie. “Ik was 17 jaar toen ik voor de eerste keer de muziek uit Star Wars hoorde”, vertelt Brossé. “Toen al wist ik: dit is fantastische concertmuziek. Als 21-jarige was ik dirigent van een jeugdorkest”, vertelt Brossé. “Toen al nam ik filmmuziek op in het repertoire. Maar ik werd daarvoor ook op de vingers getikt door de directie. Filmmuziek en Beethoven, dat ging toen niet samen. Maar nu spelen alle grote orkesten filmmuziek.”
Dat weten de componisten zelf ook, merkt Brossé nog op. “Niet alle filmmuziek is geschikt voor concerten: vaak zit je met korte cues van 30 of 40 seconden. Maar ik merkt dat componisten er nu rekening houden dat hun muziek lang genoeg moet zijn voor concerten. Dan herwerken ze die cues in een suite van vijf of zes minuten. Dat merk ik zelfs bij een componist als John Williams, die zijn partituren achteraf nog wat aandikt, opdat zijn muziek tijdens concerten kan voortleven.”
Omwille van de coronamaatregelen vindt het gala van de World Soundtrack Awards op 24 oktober digitaal plaats.