ProfielBill Murray
Hoe Bill Murray op zijn 70ste een onvervalst cultfenomeen werd
Op zijn zeventigste is Bill Murray een levende legende, even geliefd bij boomers als bij jonge hipsters. Met dank aan zijn mysterieuze imago, zijn verrassende verschijningen, en aan Sofia Coppola, die zijn carrière met Lost in Translation nieuw leven inblies. Zeventien jaar later werken de twee opnieuw samen aan On the Rocks.
Met een fluffy hoed in de vorm van een wat miezerige verjaardagstaart, op een schaatsbaan in New York. Zo vierde Bill Murray vorige maandag zijn 70ste verjaardag. Helemaal in lijn met de malle, zelfrelativerende attitude waarvoor hij bekend staat. Eerder die avond kreeg hij al een mooi verjaardagscadeau van Sofia Coppola: de galapremière van On the Rocks, hun eerste langspeelfilm samen sinds Lost in Translation uit 2003.
Het was die film, over een jonge vrouw (Scarlett Johansson) die in de grootstedelijke chaos van Tokio een platonische romance beleeft met een weemoedige zestiger (Murray), die zeventien jaar geleden de artistieke wedergeboorte van Bill Murray compleet maakte. Tot dan toe was Murray vooral bekend om zijn komische rollen. Logisch, aangezien hij de filmwereld inrolde als professionele lolbroek.
Drugssmokkelaar
Na een mislukt avontuur als geneeskundestudent en drugssmokkelaar – Murray werd op zijn 20ste verjaardag op de luchthaven van Chicago gearresteerd met 4,5 kilo wiet in zijn bagage – ging hij aan de slag bij het improvisatiecomedygezelschap The Second City. De mensen die hij daar leerde kennen, zouden de eerste helft van zijn carrière bepalen.
Samen met collega John Belushi promoveerde hij in 1977 naar het iconische tv-programma Saturday Night Live, een heuse kweekvijver voor komisch acteertalent. Een andere Second City-makker, Harold Ramis, zorgde dan weer voor Murrays grote doorbraak in de filmwereld: hij is het die in de jaren tachtig de scenario’s pent voor succesvolle komedies als Meatballs (1979), Caddyshack (1980), Stripes (1981), en vooral Ghostbusters (1984). De rol van de cynische Dr. Peter Venkman – die Murray overneemt van zijn goede vriend John Belushi, die anderhalf jaar voor de opnames de geest geeft na een overdosis – is zijn ticket richting blockbustersterrendom.
Murray beleeft gouden jaren, met Groundhog Day (1993) als absoluut hoogtepunt. Het is de beste, maar ook de laatste film van de tandem Murray-Ramis. Op de set komt Murray, die zware huwelijksproblemen heeft, voortdurend te laat en snauwt hij iedereen af. Met Ramis, die de film regisseert, komt hij het zwaarst in aanvaring. De vete zal pas twee decennia later worden bijgelegd, wanneer Ramis stervende is.
Zonder Ramis loopt Murray steeds meer verloren in de filmwereld. Halverwege de jaren negentig speelt hij de ene na de andere middelmatige rol, en moet hij op zoek naar een tweede adem. Die vindt hij uiteindelijk in 1998 dankzij Wes Anderson, een jonge dandy die hem in zijn tweede langspeelfilm Rushmore cast als een eenzame industrieel. Het is het begin van een nieuwe fase: de grote publieksfilms laat Murray links liggen, hij specialiseert zich vanaf nu in hippe indieproducties, waarin hij een meer melancholische kant van zichzelf kan tonen. Ook fysiek is hij daaraan toen: nu hij de vijftig nadert, ziet hij er meer doorleefd uit.
Murray blijft hondstrouw aan Wes Anderson – zijn nieuwe film The French Dispatch, die volgend jaar in de bioscopen wordt verwacht, is intussen hun negende samenwerking. Maar het is Sofia Coppola die “Sad Bill Murray” het best tot zijn recht laat komen in Lost in Translation. In de film mag hij dan een acteur op zijn retour spelen, in de realiteit is het net omgekeerd: Murray is geliefder – en beter – dan ooit, en sleept zelfs zijn eerste (en nog altijd enige) Oscarnominatie in de wacht. Een nieuwe generatie filmliefhebbers ontdekt hem, zijn wedergeboorte als hipsteracteur is een feit.
Ouderwets antwoordapparaat
Nochtans had hij die tweede carrière even goed kunnen mislopen. Murray is namelijk verschrikkelijk moeilijk te bereiken – zelfs voor filmregisseurs die hem willen casten. In 2000 ontsloeg hij zijn agents omdat ze hem te vaak lastig vielen met nieuwe voorstellen. Hij verving hen door een ouderwets antwoordapparaat. Wie met Murray wil werken, moet eerst zijn nummer zien te bemachtigen, vervolgens een bericht achterlaten op zijn voicemail, en dan maar hopen op reactie. Zo kwam het dat Sofia Coppola, die de rol in Lost in Translation speciaal voor Murray had geschreven, maar liefst zeven maanden moest wachten op een teken van leven. Pas toen de acteur een week voor het begin van de opnames in Tokio landde, was ze helemaal zeker van zijn medewerking.
Het fameuze antwoordapparaat levert soms hilarische misverstanden op: dat Murray in 2004 zijn stem leende aan de rosse kater in de povere familiefilm Garfield, kwam omdat hij uit een voicemailbericht had opgemaakt dat de broers Coen de film hadden geschreven. Een van de scenaristen heette Joel Cohen – maar die “h” hoor je niet aan de telefoon. Maar door zijn eigenzinnige methode loopt Murray ook weleens mooie rollen mis. Het suïcidale personage van Steve Carell in Little Miss Sunshine werd bedacht met hem in het achterhoofd, maar de makers zouden Murray simpelweg niet hebben kunnen bereiken.
Wanneer we Murray enkele jaren geleden in Berlijn vragen of hij zich dat antwoordapparaat nog nooit heeft beklaagd, antwoordt hij – uiteraard – laconiek: “Eén keertje heb ik er eens een mooie rol door gemist – ik ben alweer vergeten dewelke. Maar hey, denk eens aan alle last die ik mezelf zo al heb bespaard. Dat is die ene gemiste kans wel waard.”
#BillMurrayStories
Zo onbereikbaar als hij kan zijn voor filmmakers, zo toegankelijk is hij op andere momenten voor mensen zoals u en ik. De talloze verhalen van mensen die hem plots zien verschijnen op hun trouwfeest, in een karaokebar of een restaurant – waar hij ongegeneerd enkele frietjes van hun bord plukt – vindt u op sociale media gebundeld onder de hasthag #BillMurrayStories. Meestal eindigen ze met Bill Murray die zijn stomverbaasde fans toefluistert: “Niemand zal je ooit geloven als je dit vertelt!”
De combinatie van pakkende rollen in films van hippe regisseurs enerzijds, en zijn compleet eigenzinnige gedrag anderzijds, heeft Murray niet alleen op het bioscoopscherm, maar ook op het internet een ongekende faam bezorgd. Bill Murray is meer geworden dan een acteur. Hij is een cultfenomeen, een graag gedeelde meme. Online zijn er niet alleen T-shirts met zijn beeltenis te vinden, maar ook mokken, smartphonehoesjes, en zelfs een volledig kleurboek. In Toronto en Sydney zijn er bars in Bill Murray-thema, en over de hele wereld lopen mensen met tattoos van zijn gezicht rond.
Zelf heeft Murray een kurkdroge verklaring voor het feit dat hij in de herfst van zijn leven zo populair is geworden: “Het is simpel”, vertelt hij ons in Berlijn: “Ik heb gewoon steeds minder concurrentie in mijn leeftijdscategorie. Vroeger moest ik met twintig andere acteurs strijden voor een rol, nu zijn er nog hooguit zes. Daarom blijf ik makkelijk werk vinden. Als je jezelf niet al te belachelijk maakt, kom je wel opnieuw aan de bak.” Zijn cultstatus vindt hij wel amusant: “Het voelt best goed”, monkelt hij zoals alleen Bill Murray kan monkelen. “Tegelijkertijd denk ik altijd: ‘Maar wacht tot ze ontdekken wie ik écht ben.’ De teleurstelling zal verpletterend zijn. Het zal zo triestig zijn voor al die mensen met stickers van mij op hun auto, of Ghostbuster-tattoos op hun armen en benen...”
Murray-isme
Murray zegt het met een knipoog, maar er zijn effectief ook minder positieve geluiden over hem. Uitgerekend Harvey Weinstein liet zich ooit grappend ontvallen dat hij zich minder slecht voelde over zijn eigen slechte gedrag, sinds hij Murray ontmoette. “Het Murray-isme is een religie waar je mensen kan aandoen wat je maar wil, en toch blijven ze van je houden”, zei hij in 2014. Murrays tweede vrouw Jennifer Butler beschuldigde hem in 2008 van de meest grove wandaden – van mishandeling over ontrouw tot seksverslaving –, maar trok die beweringen intussen weer in.
In On the Rocks mag Murray ook dat toxische kantje enigszins laten doorschemeren: zijn personage Felix is een charmante ex-galerist die iedereen – inclusief de kijker – rond zijn vinger windt. Op het eerste zicht herinnert hij aan Murrays personage uit Lost in Translation, maar na verloop van tijd wordt hij meer de slechterik van het verhaal dan de tragische held. On the Rocks is het verhaal van een dochter die haar vader confronteert met de steken die hij liet vallen. Een stilzwijgend mea culpa van een acteur die terugblikt op zijn eigen leven?
‘On the Rocks’ speelt vanaf vrijdag in Vlaamse en Brusselse arthousebioscopen.