ReportageHarry Styles
Hij heeft Styles: Harry in Madison Square Garden
Maar liefst vijftien keer heeft popster en vedette Harry Styles de New Yorkse muziekhal Madison Square Garden uitverkocht. Slechts een handvol iconen deden het hem voor. Journalist Mark Coenen kon drie maanden geleden tickets bemachtigen en trok naar The Big Apple met zijn dochter.
Als we bij Penn Station in de loeiend hete bouillabaisse – die de metro van New York op het einde van augustus nog altijd is – de trap nemen naar 34th Street, worden we verwelkomd door een kleurrijke menigte. In veren en glitters gehulde medemensen van veelal vrouwelijke kunne staan braaf in de rij om de luchtgekoelde tempel van Madison Square Garden te betreden na het scannen van hun duurbetaalde ticket.
Velen dragen een parelsnoer en een vrolijk vestje, twee vestimentaire attributen waarin hun held zelf wel eens gesignaleerd wordt. Iedereen is opgekleed, wat in een tropisch New York eigenlijk gelijk staat met half uitgekleed: nog nooit zoveel blote buiken gezien.
Toen wij eind mei met drie computers tegelijk inlogden om mee te doen aan de loterij om tickets te bemachtigen voor een van zijn concerten in de Garden moesten die minstens 500 dollar kosten, nu zijn de goedkoopste tickets toch nog 133 dollar.
Bijzonder pittige bedragen, maar een schijntje voor een echte Harrie – zoals de fans van Styles genoemd worden, want de geëngageerde stoottroepen van een wereldvedette hebben tegenwoordig meestal een naam: zo heten de fans van Lady Gaga Little Monsters en die van Taylor Swift Swifties.
Ze zijn even fanatiek als een doorsnee hooligan van een Engelse voetbalploeg uit tweede klasse, maar wel modebewuster en gelukkig ook toonvaster. Hun grootste wapen is hun gsm, waarop ze elke aanval op hun idool afslaan met welgemikte tweets.
Ik bevind mij in het gezelschap van zo’n exemplaar dat al heel de week slecht slaapt naar aanloop van het concert. Al kan het ook aan de jetlag liggen, maar ik denk het niet.
Tieneridool
Men kan wat cynisch doen over het feit dat de fanbase van Styles bovenmatig vrouwelijk is, maar ooit was Elvis Presley ook een zogenaamd tieneridool, moet u maar denken. Styles werd ontdekt en gekneed in de muziekfabriek van Simon Cowell die meteen door had dat hij goud in zijn handen had: een teenager met veel humor, charisma én een geweldige stem. One Direction won de crochetwedstrijd van X-Factor in 2010 wel niet, maar groeide toch uit tot een wereldwijd tienerfenomeen, tot de groep na vijf jaar ‘voor onbepaalde tijd’ uit elkaar ging.
Die tijd duurt nog altijd en ondertussen is Styles op zijn eentje een intergalactische vedette geworden. Hij doet ook wat alleen voor de allergrootste is weggelegd: hij speelt niet één keer, maar vele keren op dezelfde plek. Dat systeem bestond al lang in Las Vegas, waar voornoemde Elvis Presley bijvoorbeeld van 1969 tot 1976 636 concerten na elkaar speelde in de plaatselijke Hilton, maar werd voor het eerst in New York uitgeprobeerd door Billy Joel, die in 2014 naast de New York Knicks (basketball) en de New York Rangers (ijshockey) lid werd van de franchise van Madison Square Garden.
Hij speelt er sinds dan minstens een keer per maand, al tachtig maanden na elkaar. In het wat verder gelegen Walter Kerr-theater op Broadway speelde Springsteen 236 keer na elkaar dezelfde show, alleen begeleid door zichzelf met een akoestische gitaar.
Een slimme manier om met minimale kost een maximale opbrengst te combineren. Styles doet hetzelfde en al zit hij nog lang niet aan die cijfers, hij staat wel al 15 keer na elkaar in Madison Square Garden.
“Blij dat hij wel eens een dagje verlof neemt”, bromde Billy Joel die met moeite een gaatje vond om zijn maandelijks afspraak te plannen. Ik ben veruit de oudste in de zaal, maar gelukkig gaat al snel het licht uit zodat niemand dat merkt. Amerikanen blijven Amerikanen en slepen scheepsladingen frisdranken en kippenbouten aan. Alsof een concert een sportwedstrijd is.
Oorverdovend
Traditiegetrouw wordt net voor Harry begint Bohemian Rhapsody van Queen gespeeld om de ledematen en stembanden op te warmen, maar omdat we in New York zijn volgt daar nog de gelijknamige song van Frank Sinatra op. Het wordt minder meegezongen dan gedacht: het dateert ook uit een tijd dat het merendeel van het publiek nog niet geboren was.
“Filmen, pap!”, beveelt mijn dochter al helemaal over haar toeren als Styles zijn set inzet met een krachtige versie van ‘Daydreaming’, begeleid door het oorverdovende geluid uit 20.000 kelen die de zanger constant de woorden uit de mond zingen en dat het hele concert bijven doen.
Styles is een mensgeworden stuiterbal die barst van de energie en de zaal alle hoeken van het podium laat zien met een efficiënt orkest als rugdekking: als een trein dondert de muziek, als een dolleman danst Harry.
Hij is een vuurbal. Minder vulgair dan Prince, minder melodramatisch dan George Michael, maar met evenveel panache en klasse. Dat ik de enige ben die niet al zijn teksten meezingt dondert niet, dat doet mijn dochter voor twee, en haar plezier is mijn plezier: we amuseren ons samen geheel te pletter.
Harry maakt praatjes met het publiek en helpt een meisje om aan haar zus te zeggen dat ze lesbisch is, eigenlijk is het een sociaal werker die fantastisch kan zingen. Dat doen we zelf ook: de longen uit ons lijf, op het o zo toepasselijke ‘Sign of the times’, de geweldige oorwurm ‘As it was’ en het dynamiet van ‘Kiwi’, na krap 90 minuten al het laatste nummer.
Veel beter dan in Antwerpen, zegt mijn dochter volkomen hees maar tevreden, als we op Times Square de metro induiken. Vanaf wanneer kan je tickets bestellen voor dat concert op Rock Werchter in juni volgend jaar?