Recensie
Het Boekenweekgeschenk van Griet Op de Beeck: "Zij was zoveel platitudes nu"
Griet Op de Beecks Boekenweekgeschenk borduurt voort op eerder uitgekauwde thema's. Hoe je leven omgooien terwijl je stuit op tegenstand van je familie en zelfs alledaags racisme?
"Het gaat mij om het contrast tussen wie we proberen te zijn, willen lijken te zijn, wie we laten uitschijnen te zijn en wie we echt zijn. Hoe we met elkaar praten en wat we graag zouden willen zeggen, maar niet durven of kunnen."
U raadt het al. Dit is een mondvol zinnen van Griet Op de Beeck, gevat in haar typisch cryptische meng-Vlaams dat in Nederland zo 'schattig' wordt bevonden. Nee, ze zijn niet afkomstig uit haar zopas van de persen gerolde Boekenweeknovelle, wel uit een interview met La Op de Beeck in het Algemeen Dagblad. Maar het had gekund. Want in de novelle Gezien de feiten haalt ze dit thema wederom in vol ornaat van stal. Heus, het is nooit te laat om gelukkig te worden, als je maar niet bij de pakken blijft zitten en je verleden onverschrokken in de ogen kijkt.
De Bond Zonder Naam is nooit veraf bij Op De Beeck. Je vraagt je af waarom de organisatie haar nog niet als voltijds ambassadeur heeft gecharterd. Op pagina 52 staat de simpele boodschap nog eens klip en klaar: "Ge weet toch wat mensen als ze gaan sterven het meest betreuren? De dingen die ze onuitgesproken hebben gelaten, de keuzes die ze niet hebben gemaakt, de mooie kansen die ze zichzelf hebben ontzegd, de foute constructies die ze in stand hebben gehouden, meestal omdat ze bang waren en ze niet eens onderkennen."
De bejaarde Olivia is de wandelende illustratie van dit adagium. Wanneer haar man Ludo komt te overlijden, beseft ze pas goed hoezeer ze zichzelf heeft tekortgedaan in dat matte huwelijk. Maar haar dochter Roos is ontroostbaar over de dood van haar geïdealiseerde vader. En dat zit Olivia in de weg om haar bestaan in een andere bedding te gieten. Toch wil ze uitbreken. Ze kiest voor ontwikkelingshulp in een door burgeroorlog geteisterd land.
Al snel raakt Olivia er in bekoring van haar ngo-collega Daniël, een charmante, oudere zwarte man in wie ze een zielsverwant treft. Hoeft het gezegd dat dochter Roos nog meer moord en brand gaat schreeuwen als ze lucht krijgt van de nog aarzelende verhouding? Maar Olivia zet door, ook als de omstandigheden tegenzitten. Langeafstandsrelaties, het is geen sinecure. Het drijft Olivia tot verwarring: "Zij was zoveel mensen nu, allemaal met een hoofd vol gedachten."
Afleggertje
Op de Beeck tapt uit een welbekend vaatje. Een aantal plotwendingen zijn rommelig uitgevoerd, terwijl Roos wel zeer karikaturaal door de dagen stapt. Er wordt gezucht, gezweet, gehuild. En men zit veel op de toiletpot, peinzend in dat kleinste kamertje, waar zich een paar sleutelscènes afspelen.
Pas aan het eind van Gezien de feiten laat Op de Beeck meer ambiguïteit toe. Maar daarmee zijn de meubels niet gered. Ongetwijfeld bedient ze haar trouwe fans op hun wenken met dit boekje 'over het wapen dat liefde kan zijn, als ze echt is tenminste'. Als staalkaart van haar oeuvre - wat een boekenweekgeschenk toch pretendeert te zijn - blijft het een voorspelbaar afleggertje.