Reportage
Gluren in de Belgische backstage: ‘We eten fruit en humus en poetsen onze tanden’
De festivalzomer is bijna voorbij, op een paar stuiptrekkingen na. Hoe ruig ging het er backstage bij de muzikanten aan toe? Of was er juist geen zuchtje rock-’n-roll te bespeuren? We gingen even checken bij SX, Ertebrekers en Whispering Sons.
‘Alcohol is nooit een goed idee. Toch niet bij ons’
Backstage met SX tijdens de Lokerse Feesten, 7 augustus
De magnetiserende electro van SX bedwelmt je vanop het podium, en dat ligt zeker niet aan de onververste sokken van de bandleden.
“Ik hoop dat de zon straks goed zit”, zegt Benjamin, de mannelijke helft van SX. “Vorige keer dat we hier optraden, hing er een gouden bol op ons podium en het licht weerkaatste er magisch in.”
Zangeres Stefanie beaamt: “En het machtige was dat Helmut Lotti daar een foto van had getrokken en ons had getagd op Facebook.” We zitten buiten onder een parasol, daar krijgen je hersens net wat meer zuurstof dan in een kleedkamercontainer. Al wordt de band gesoigneerd, want ze kregen twéé kleedkamers. “Die delen we met de crew en muzikanten. Als Stefanie zich omkleedt, kruipt de rest in de andere kleedkamer.”
Niet dat ze een preutse mie is. “Je moet zo vaak uit de kleren in deze business. Tijdens fotoshoots sta je ook in je ondergoed.” Het blijkt meer een kwestie van focus. “Anderhalf uur voor de show trek ik mij terug. Ik doe stemoefeningen en relax, zodat ik in the zone zit.”
Benjamin vindt het belangrijk om een vers paar sokken aan te trekken. “Dat doe ik voor elke show. Misschien is het bijgeloof, maar het frist me op.”
Fris op het podium staan, is een punt bij SX. Stefanie beleefde al een paar minder heldere momenten nadat ze wat had geborreld. “We traden ooit op tijdens Into the Great Wide Open op Vlieland, en ik had rum gedronken. Ik liep verloren op het eiland en uiteindelijk hebben de jongens van dEUS mij op het strand gevonden. Nu zijn we ouder en wijzer. Ik zeg ook meestal tegen de anderen dat ze niet mogen drinken.”
Een beetje fun moet natuurlijk kunnen. Als ik vraag met wie ze weleens wil rollebollen in de kleedkamer, gaat Stefanie niet al te ver terug in de tijd: “Eergisteren stond Charlotte Gainsbourg op de Lokerse Feesten. Toen ik haar gitarist zag, dacht ik: wow, megaschone kerel! Maar daarna kwam ik hem backstage tegen en bleek hij superklein te zijn.”
Alweer een illusie armer. Tja, soms is het gewoon mooier aan de andere kant van het podium.
SX speelt nog in De Zwerver in Leffinge op 6/12 en in De Roma in Antwerpen op 7/12. De andere shows van hun najaarstour zijn uitverkocht.
‘We eten fruit en humus en poetsen onze tanden’
Backstage met Ertebrekers op Boomtown, 25 juli
Flip Kowlier en co bliezen de heetste zomerdag van het jaar aan flarden met waterpistolen en funky West-Vlaams. Maar hoe cool was het in de kleedkamer?
“We hebben Super Soakers mee om het publiek nat te spuiten, we kijken er al een hele week naar uit.” Het is 39 graden buiten en de drie Ertebrekers zitten rustig te verteren in de kleedkamer. Peter en Jeffrey hebben net een dame blanche achter de kiezen, maar Flip doet niet mee. “Voor we optreden, eet ik graag licht. Eigenlijk leven wij allemaal vrij gezond. Onze backstage is totaal niet rock-’n-roll.” Hij plukt een groene druif uit de fruitmand, en ergens staat ook nog wat hummus. Dingen die allemaal op hun rider staan. “Tien jaar geleden vroegen wij nog heel veel drank: flessen champagne, vodka, rum... En dat dronken we ook allemaal op. Nu staat er één fles rum op, die meestal niet leeg raakt.”
Af en toe valt er ook een verrassing uit de lucht. “Ooit kregen we een muis. Maar niemand van ons zat daar op te wachten, en dus heb ik ze moeten laten adopteren”, aldus Flip, die nog een druif eet. Een oord van verderf is de backstage alleszins niet. “Ik ga niet zeggen dat er nooit drugs gepasseerd zijn, maar zeer weinig. En vrouwen? Ik denk dat wij in al die jaren twee groupies gezien hebben.” Of ze van hun diensten gebruikgemaakt hebben? “Dat zijn uw zaken niet, jong! Maar nee, zeker niet. Ze waren nogal lastig.”
Er borrelen betere herinneringen op. “Als je een glimp van je helden kunt opvangen backstage, is dat altijd speciaal. Zo stond ik eens naar het voetbal op tv te kijken, tussen Sting en Lenny Kravitz.” Jeffrey schenkt zichzelf intussen een rum-cola in. “Dat drink ik altijd voor ik opga.” Hun andere vaste rituelen zijn handen wassen, tandenpoetsen en parfum sprayen. “Gij hebt een goeike, hè Flip, iets van Yves Saint Laurent. Helaas ruikt niemand dat, behalve wijzelf.” Net voor de groep het podium beklimt, gaan ze in een cirkel staan, houden elkaars arm vast en roepen iets. “Dat is vaak iets lulligs, een of ander woord”, vertelden ze even daarvoor. Die avond gaat deze kreet de lucht in: “Aappelsiensaap!”
Ertebrekers treden vanavond (31/8) nog op in Roeselare op het Trax Festival
‘Mijn moeder wil dat ik mijn kleren stoom voor ik optreed’
Backstage met Whispering Sons op Brussels Summer Festival, 16 augustus
Veel zwarte was hebben ze, dit vijftal. Hoewel frontvrouw Fenne Kuppens voor wit kiest op het podium. Dat geeft contrast. Met de anderen, maar ook met de donkerte van haar ziel.
Ze zitten diep verscholen in de gangen van zaal La Madeleine. Gelach en geknars van blikjes drank komen me toegewaaid. Fluisteren doen de Whispering Sons bijlange niet. Zangeres Fenne is de stilste en kijkt toe hoe haar mannenclubje zich amuseert met een zelfbedacht spel. “We raden de sponsors van dit festival. Wie er de meeste raadt, is de winnaar. En dat levert mooie prijzen op”, klinkt het sarcastisch. “Mja, het kan soms saai zijn backstage.”
De tijd wordt weggeknabbeld met zoutjes, zoetjes en een arsenaal aan onnozelheden en inside jokes. “We zijn het zo gewend om met elkaar onderweg te zijn, we hebben nooit anders gekend.” Fenne knikt: “Ik kan soms boos worden, maar ik vrees dat dat moet als je met vier boys op stap bent.” Vandaag is er vrede in huis. Ook van de gitzwarte storm die zich straks op het podium zal ontrollen is nog niets te merken. “Ik laad me niet echt op”, zegt Fenne. “Tot enkele seconden voor ik het podium opga, heb ik niet bijster veel energie. Dat verandert zodra de eerste noot wordt gespeeld.” Ook haar unieke, diepe zangstem – die trouwens niet baardig klinkt als ze tegen me praat – warmt ze niet op: “Want ik weet eigenlijk niet hoe dat moet.”
Wanneer het daglicht wegtrekt, komt er langzamerhand meer actie. Terwijl Kobe, Tuur en de twee Sanders hun materiaal op het podium slepen en soundchecken, heeft Fenne de kleedkamer voor zich. Er moet nog één ding gebeuren. Ze pakt een kledingstomer. “Gekregen van mijn moeder. Ze vond dat ik met te veel kreukels op het podium stond.” Fenne laat het machientje langs haar witte broek glijden. Consciëntieus. “Ik vind dat rustgevend. Pssssshhht...” Het is een voorteken. Een voorteken dat het een stomende set wordt.
Whispering Sons zijn o.a. nog te zien op het New Wave Festival in Luik (21/9)