AchtergrondGames
Giancarlo Esposito (‘Breaking Bad’) speelt schurk in videogame ‘Far Cry 6’: ‘Hij wilde er alles voor geven’
Als drugkoning Gus Fring in Breaking Bad en Better Call Saul en militieleider Moff Gideon in The Mandalorian zette Giancarlo Esposito twee van de meest geloofwaardige schurken uit de recente tv-geschiedenis neer. Met zijn rol als dictator in Far Cry 6 doet hij hetzelfde in een videogame.
Wanneer een acteur met enige renommee opduikt in een videogame, doet hij dat meestal voor de easy money. Niet zo met Giancarlo Esposito. In de nieuwe videogame Far Cry 6 speelt de 63-jarige acteur van Afrikaans-Amerikaanse en Italiaanse komaf het personage Antón Castillo, de despoot van het Caraïbische eiland Yara die door de speler en diens guerrillastrijders moet worden afgezet. Esposito zet hem neer als een ijzige, door een verknipte overtuiging gedreven, maar charismatische psychopaat.
“Ik was enorm onder de indruk van de ernst waarmee hij dit op zich nam”, zegt Navid Khavari, narrative designer van Far Cry 6, die onder meer tijdens de motion capturing-opnames nauw samenwerkte met de acteur. “Al tijdens onze eerste meeting over de game, in New York, kwam hij met een stapel notities over het scenario en het personage aanzetten. Je voelde meteen dat hij er alles voor wilde geven.”
Notities voor zichzelf
Slechteriken zijn belangrijk in de Far Cry-games. Ze moeten zeer memorabel zijn omdat ze erg weinig schermtijd hebben in het geheel: ze komen pas prominent in beeld tijdens het slot van het spel, tijdens de uiteindelijke confrontatie met het spelerpersonage. Tot dan duiken ze slechts om de zoveel uren op in het verhaal, dus moet elk van deze passages uit de band springen.
“Toen gamebedrijf Ubisoft me contacteerde voor deze rol, was ik er een beetje voor beducht dat ze me gewoon in dat keurslijf van de eeuwige slechterik zagen”, zegt Esposito. “Daar had ik weinig zin in. Ik wilde vooral een personage neerzetten dat ik kon toestaan om menselijk te zijn. Antón Castillo is iemand die steeds meedogenlozer wordt om zijn macht vast te houden. Om redenen die voor hemzelf kloppen, natuurlijk: daarom had ik voor mezelf al wat notities genomen over zijn mogelijke visie op de wereld. Niemand ziet zichzelf als een schurk: er is altijd een reden waarom iemand de persoon is geworden die hij is. Daarom schrijf ik, ook voor film- en tv-rollen, altijd een hoop mogelijke details over mijn personage op die kunnen helpen in mijn vertolking. Voor een videogame is dat extra belangrijk, merkte ik nu: je zit in een duikerspak, in een ruimte met allerlei apparatuur rondom je. Dat maakt dat je volledig los moet komen van jezelf. Zeker wanneer je, zoals Castillo, een personage moet neerzetten dat elegantie en rust uitstraalt.”
Los Pollos Hermanos
Giancarlo Esposito's cv ging tijdens de eerste dertig jaar van zijn carrière alle richtingen uit. Als twintiger speelde hij kleine bijrollen in bekende eightiesfilms als Taps (1981) en The Cotton Club (1984), en rond zijn dertigste werd hij een poulain van regisseur Spike Lee, in wiens films Do the Right Thing (1989), Mo’ Better Blues (1990) en Malcolm X (1992) hij verscheen. Daarna bleef hij bijna drie decennia lang wat in de marge van Hollywood hangen, met als belangrijkste wapenfeit een seizoen van tv-reeks Homicide: Life on the Street.
Tot hij in misdaadreeks Breaking Bad (2008-2013) zijn definiërende rol neerzette: Gus Fring, de eigenaar van fastfoodketen Los Pollos Hermanos, maar achter die façade ook een nietsontziende drugskoning. Die rol hernam hij in de recentere seizoenen van prequelreeks Better Call Saul, en in Star Wars-serie The Mandalorian zette hij met een soortgelijk aplomb een slechterik neer als militieleider Moff Gideon.
“In het echt is Giancarlo de absolute tegenpool van Gus Fring”, zegt Khavari. “Hij is energiek, charismatisch en grappig, iemand die ontzettend gracieus is tegenover iedereen in zijn buurt. Maar je moet hem bezig zien wanneer hij zichzelf mentaal heeft getransformeerd tot zijn personage: dan wordt hij het soort persoon die diep in iemands ziel kan kijken. Ik kan daarover meepraten: ik heb aan de andere kant van zijn blik gestaan.”