BoekrecensiesBoeken
Deze vier nieuwe boeken zijn meer dan de moeite waard
In de jaren zestig was schrijver-journalist Roger Van de Velde een begaafde einzelgänger in de Vlaamse letteren. Toen hij na maagproblemen verslaafd raakte aan de krachtige pijnstiller palfium, verzeilde hij in psychiatrische instellingen en gevangenissen. Daar greep hij naar de pen. Op 30 mei 1970 werd hij dood aangetroffen op een Antwerps terras. Onder anderen Dimitri Verhulst en Jeroen Brouwers koesteren proza als De knetterende schedels als goudklompjes. Biografe Ellen Van Pelt brengt nu zijn turbulente leven nauwgezet in kaart, via markante brieven en beklijvende journalistieke teksten uit De Nieuwe Gazet.
De geniale Oostenrijkse mopperaar Thomas Bernhard (1931-1989) serveert een requiem voor pianist Glenn Gould, die de ik-verteller op een cursus in Salzburg leert kennen. Dat hij nooit zijn sublieme spelniveau zal evenaren, zet hem definitief op weg naar het schrijven, als ‘wereldbeschouwingskunstenaar’.
Na haar bezongen doorbraakboek Kreupelhout voert Esther Kinsky ons mee in het kielzog van een vrouw die zopas naar een Londense buitenwijk is verhuisd. Wandelend in haar buurt en langs de rivier de Lea doet ze haarscherpe observaties, mooi tussen het intieme en het openbare meanderend.
Jimmy mag plots zoveel roken als hij wil. Maar zijn geliefde Davros-sigaretten zijn niet meer verkrijgbaar. Jimmy verzwijgt zijn gezondheidstoestand tegen zijn vrouw en gaat de sloffen zelf in Armenië opsnorren. Charmante derde roman van Jonathan Robijn, over afkeer van regels en vervlogen levensgeluk.