Deze vier nieuwe boeken zijn meer dan de moeite waard

Dat Prix Goncourt-winnares Leïla Slimani in het Franse maatschappelijke debat een luid gehoorde stem is en knokt voor vrouwenrechten, weten we al langer. Maar ze kant zich ook fel tegen moslimfundamentalisme. Dat levert haar weleens haatmail en bedreigingen op, redenen waarom ze wegblijft van sociale media. In De duivel zit in de details zijn een zestal pamfletten verzameld waarin Slimani onder meer de hoge ongeletterdheid in de Arabische wereld tackelt. En: ‘Ik ben van huis uit moslim, en ik ben Marokkaanse en Française, en ik zeg jullie: ik ga over mijn nek van jullie sharia.’

Een ooit losbandige moeder, die amper naar haar dochter Aranta omkeek of haar wreed behandelde, begint te dementeren. Hoe moet de dochter nu schoon schip met dat verleden maken? Kan ze nog wel empathie tonen? Avni Doshi schopte het tot de Booker Prize-shortlist met dit zowel sec-komische als bitsige debuut.

In haar comebackboek neemt Jessica Durlacher als vanouds een partij morele kwesties op de slof, zij het in een be­hoor­lijk uitwaaierend verhaal. Een vrome Somalische asielzoekster komt als oppas in een Joods gezin terecht. Amal ontpopt zich als een begaafde zangeres die een spectaculaire podiumdemarche onderneemt.

In hun nieuwste samenwerking gaan jeugdauteur Edward Van de Vendel en illustrator Mattias De Leeuw aan de haal met een teder Japans sprookje uit de negentiende eeuw. In Het bamboemeisje komt de geadopteerde Jie voor het dilemma te staan: kiezen voor de liefde of voor haar ouders. Een delicate, feeërieke vertelling.