RecensieOpera
‘Der Silbersee’ van Kurt Weill bij Opera Vlaanderen: van expressionistisch theater tot queere show ★★★★☆
Ersan Mondtag maakt een hedendaagse lezing van Der Silbersee. Inderdaad, precies honderd jaar na de woelige première van het originele stuk.
Kurt Weills ‘wintersprookje’ Der Silbersee ging in 1933 enkele dagen na de machtsoverdracht aan Hitler in première. De nazipers sabelde het stuk neer en het werd algauw verboden. Weill, librettist Georg Kaiser en regisseur Detlef Sierck emigreerden (Sierck ontpopte zich in Hollywood als filmmaker Douglas Sirk); de dirigent van de première, Gustav Brecher, pleegde op de vlucht voor de nazi’s in 1940 zelfmoord in Oostende. Regisseur Ersan Mondtag plaatst het stuk bij Opera Vlaanderen welwillend in 2033. Honderd jaar na de première speelt een zotte groep Silbersee 2033 in Vlaanderen, waar intussen de fascisten de macht aan het overnemen zijn.
Het gezelschap probeert allerlei concepten uit om het stuk te brengen: achtereenvolgens expressionistisch theater, een ‘actualisering’ van het Israëlisch-Palestijns conflict, de nouveaux riches als Egyptische farao’s, Chinese opera, queer camp. Helaas hebben ze niet meteen door dat de machthebbers al in hun midden zijn geïnfiltreerd. Aan het einde staat de Joodse Fennymore dus met haar valies klaar om te vertrekken. Waar naartoe?
Stoorfactor
Der Silbersee is geen ‘gewone’ opera, het is meer iets als Mozarts Toverfluit: een toneelstuk met veel gesproken dialogen, gemengd met liederen, aria’s, duetten, koren en melodrama, gesproken tekst met instrumentale begeleiding. Het vraagt uitstekende acteurs die kunnen zingen en zangers die kunnen acteren. In Mondtags enscenering zorgt dat voor een bijkomende (welkome?) stoorfactor: een acteur als Benny Claessens (Olim) hou je niet in bedwang, hij stuift en buitelt met een in de opera ongeziene vrijheid doorheen zijn tekst. Maar hij zorgt, net als Marjan De Schutter (Fennymore), ook voor enkele van de ontroerendste momenten. De derde actrice, Elsie De Brauw, heeft de minder dankbare rol van de gefrustreerde intrigante Frau von Luber. Aan de andere kant doen de zangers (gelukkig) niet te veel moeite om mooi te zingen maar stappen ze, geholpen door de strakke muzikale leiding van Karel Deseure, vrolijk mee in Mondtags caleidoscoop.
Die laatste vormt – samen met de briljante partituur van Weill – de aantrekkingskracht van deze productie, maar ook haar ergernis: soms overstemt de queere show de ernstige politieke en emotionele ondertoon.
Nog voorstellingen in Gent tot 25 september; in Antwerpen van 3 tot 16 oktober