Concertverslag
Courtney Barnett in de AB: tijd voor een extra trapje aan haar piëdestal
Niemand laat tekstregels als ‘you must be having so much fun / everything is so amazing’ zo sarcastisch klinken als Courtney Barnett. En toch was het dikke fun in Brussel met deze Australische gitaarkoningin.
Eigenlijk speelde Courtney Barnett woensdagavond twee concerten in de bijna volgelopen AB. Ze begon met een integrale opvoering van haar jongste, geweldige plaat Tell Me How You Really Feel, daarna plukte ze twee handen vol nummers uit haar debuutalbum en ep’tjes. Een ongewone aanpak, maar hij werkte: je merkte dat haar nieuwe songs qua melodie en dynamiek veel beter in elkaar zaten, en dat haar teksten zijn geëvolueerd van een serie leuke blogposts naar een heus verhaal dat een volledige plaat omspant.
Waar Barnett zich dezer dagen om bekommert, hoorde je al in opener ‘Hopefulessness’: haar – en onze? – neiging om de zaken zwarter in te zien dan nodig . “You know it’s okay to have a bad day”, zong ze over een slepend ritme dat herinnerde aan Nirvana ten tijde van In Utero.
Hetzelfde gevoel hing over ‘City Looks Pretty’. “Sometimes I get sad / It’s not all that bad”, hoorde je terwijl het tempo kantelde van voortjakkerende roadsong naar traag en introspectief. Intussen verzoop de zanglijn langzaam in gitaarlawaai – zoals ook in de tekst iemand zijn zaakjes eerst op orde had, om dan in twijfel weg te zakken.
Randdebiele vrouwenhaters
Woest en oermensachtig, zo omschreef Barnett het publiek in de AB, dat almaar enthousiaster brulde. Maar eerlijk? Tijdens ‘Nameless, Faceless’ en ‘I’m Not Your Mother, I’m Not Your Bitch’ klonk ze zelf nog veel stoerder. Het eerste nummer was een bijtend grappige, sarcastische tirade tegen alle randdebiele vrouwenhaters, het tweede deed er nog een schepje bovenop met het ruige geluid van Nirvana’s debuutplaat Bleach, toen Kurt Cobain het uitschreeuwde dat hij een “negative creep” was.
Tijdens de kalmere songs – een relatief begrip gisteravond – als ‘Need a Little Time’, ‘Help Your Self’ en ‘Walkin’ on Eggshells’ gooide ze dan weer lijntjes uit naar melodieuze indierock uit de jaren 90 als die van Lemonheads, Throwing Muses en Bettie Serveert.
Lees hier het interview met Courtney Barnett: "Kwetsbaar en provocatief: zo wil ik mijn muziek"
Maar eigenlijk zijn dat soort verwijzingen overbodig: na amper twee albums en evenveel ep’s heeft Barnett haar eigen, meteen herkenbare melodieuze stijl ontwikkeld. Ook haar gitaarsolo’s pik je er meteen uit: vuig, gruizig, een tikje psychedelisch en geen seconde langer dan nodig.
In het tweede deel van haar set, met ouder werk, weidde Barnett almaar vaker uit op gitaar, alsof ze met haar uithalen dat zinnetje uit ‘Small Poppies’ kracht wou bijzetten: “I make mistakes until I get right.” Ook in ‘Avant Gardener’ sloot het tragere, stokkende ritme aan bij de tekst, waarin Barnett haar angsten de baas trachtte te zijn: “I’m having trouble breathing in.”
Hoe meer twijfel Barnett in haar songs uitte, hoe luider het publiek meezong. Begrijpelijk: songs als ‘Elevator Operator’ en ‘History Eraser’ vatten een herkenbaar levensgevoel – “I’m scared I don’t have the motivation to make anything of my life”, schreef een fan op haar site – in catchy teksten over vertrouwde situaties, die ook nog eens vol clevere grapjes zitten. Onze favoriet? De wijze waarop ze gentrificatie fileert in ‘Depreston’: “Now we've got that percolator / never made a latte greater.”
Sonic City
Toch zaten de mooiste zinnen wat ons betreft in het nieuwe ‘Sunday Roast’. “I know all your stories/ but I’ll listen to them again”, zong ze, berustend in de wetenschap dat niemand weet hoe het leven precies in elkaar zit, maar dat liefhebben, voortdoen en gehoor geven aan de oproep Tell Me How You Really Feel al veel kunnen betekenen.
Meteen na het concert raakte bekend dat Courtney Barnett de nieuwe curator is van het Kortrijkse najaarsfestival Sonic City. Haar statement in ‘Pedestrian at Best’ – “put me on a pedestal / and I’ll only disappoint you” – hebben de organisatoren duidelijk in de wind geslagen. Terecht: in de AB toonde Barnett dat haar piëdestal gerust nog wat hoger kan.