STUDIODAGBOEK
Cocaine Piss in Chicago: "Als ik groot word, wil ik Steve Albini zijn"
Wie zijn punk liefst goor en gruizig heeft, en zijn frontmannen vrouwelijk, is aan het goede adres bij Cocaine Piss uit Luik. Brulboei Aurélie Poppins en trawanten nemen momenteel hun debuut op met de legendarische engineer Steve Albini (Pixies, Nirvana, Neurosis, ...). U weet wat dat betekent: deze plaat moet een absolute aanrader worden voor fans van compromisloze, uitgebeende noise met een rauwe punkesprit. Voor De Morgen houdt dit zootje ongeregeld een studio-dagboek bij. Hieronder leest u het verslag van dag vier.
DAG VIER
Dit is het eind.
Ik voel me blij en triest, tegelijkertijd. Dit zou eeuwig mogen blijven duren.
We hebben het gedaan. De mix is klaar. Onze plaat is af, en zal morgenochtend worden verstuurd om gemastered te worden.
Maar mijn hoofd blijft de hele tijd tollen. We maakten het grootste deel van de dag zoek met het luisteren naar de plaat.
Opnieuw.
En opnieuw.
Ik blijf onophoudelijk mijn teksten meezingen, wat een beetje raar, maar tegelijk bevredigend aanvoelt. Ik kan echt niet geloven dat ik de kans kreeg om hier een deeltje van uit te maken.
Ik ben uitgeput, maar voel me diep gelukkig. Misschien is dit het gevoel, dat mensen hebben na het lopen van een marathon? Ik hou van onze plaat, en ik heb genoten van elke seconde van het proces. Ik heb zo fuckin' veel bijgeleerd, de afgelopen paar dagen. Niet alleen op vlak van muziek, maar ook over hoe je zaken moet aanpakken.
Als ik groot word, wil ik Steve Albini zijn.
Bisous,
Aurélie P.