InterviewElif Shafak
Auteur Elif Shafak is persona non grata bij Erdogan en co: ‘Turkije glijdt af naar een dictatuur’
In 10 minuten 38 seconden in deze vreemde wereld vertelt Elif Shafak (48) het verhaal van een jonge vrouw die door haar afkomst tot prostitutie is veroordeeld. De Turkse staat sleepte de schrijfster prompt voor de rechter. ‘Turkije straft slachtoffers en beloont daders.’
Surrealistisch.” Dat vindt Elif Shafak van de rechtszaak die tegen haar is aangespannen. “Wat het Erdogan-regime hiermee in feite wil zeggen, is dat er maar beter niet over seksueel geweld geschreven wordt”, legt ze uit. “Net zomin als over genderdiscriminatie of lgbtq-minderheden. En dat in een land dat een groot probleem heeft met geweld tegen vrouwen. In plaats van de patriarchale wetten te veranderen en de slachtoffers te helpen, vervolgen de autoriteiten romanciers die de wanpraktijken aankaarten.”
Obsceniteit is de aanklacht tegen 10 minuten 38 seconden in deze vreemde wereld, terwijl de roman geen enkele expliciete seksscène bevat. Dit moet zowat het braafste boek zijn dat in jaren over een prostituee geschreven is, wat Shafak meteen sterkt in haar mening dat de Turkse overheid vooral over de ideologische inhoud valt.
Het boek gaat over Leila, een prostituee die op een avond in een verkeerde auto stapt en dat met de dood bekoopt. Net voor haar bewustzijn uitdooft, trekt haar leven aan haar ogen voorbij, en dat levert niet zo’n fraai plaatje op. Leila is immers de dochter van de tweede vrouw van Haroun, met wie hij alleen voor de moskee getrouwd is en die dus geen rechten heeft. Net na de geboorte wordt haar baby aan de eerste vrouw gegeven om opgevoed te worden.
Vanaf haar zesde wordt Leila misbruikt door een oom, waardoor ze geen maagd meer is en dus onhuwbaar is. Op haar zestiende loopt ze weg van huis en belandt ze in Istanbul, waar ze verkocht wordt aan een bordeeluitbaatster en alleen echte liefde ervaart bij haar vijf ongewone vrienden. Verstotenen zijn het, omdat ze niet zijn zoals de anderen, zoals de transgender Nostalgie Nalan of de slechts 1,22 meter kleine Zaynab122, de poetsvrouw van het bordeel die Leila’s toekomst leest in een kopje koffiedik. Het zijn deze vijf die, nadat Leila ver buiten Istanbul op de Begraafplaats der Vergetenen in een anoniem graf is gedumpt, het plan opvatten om haar een waardige uitvaart te bezorgen.
Een vrouw die zo uitgehuwelijkt wordt, zoals de moeder van Leila in uw boek, heeft allicht geen poot om op te staan wanneer er iets fout loopt, aangezien er geen wettelijk huwelijk is?
Elif Shafak: “Precies, vrouwen als Leila’s moeder zitten gevangen. Ze kunnen het huwelijk niet verlaten omdat ze geen alternatief hebben, en als ze dat toch doen, zijn ze ‘gebruikte’ vrouwen die nergens nog welkom zijn. Turkije is al een tijdje bezig aan een terugkeer naar het patriarchaat en het afbouwen van vrouwenrechten en de rechten van minderheden. Het land glijdt af naar een dictatuur. Ik vind dat niet verbazingwekkend. Turkije was nooit een volwassen democratie geworden. Het land deed wel een paar schijnbewegingen, maar daar bleef het bij. Door het huidige populistische nationalisme nemen seksisme en homofobie hand over hand toe.”
Is dit het gevolg van de Turkse cultuur of van de islam?
“De dominante Turkse cultuur is inderdaad patriarchaal. De islam versterkt dat, maar er is nog een derde speler actief: de politiek. Dat wordt weleens over het hoofd gezien. Vorig jaar werd een wetsvoorstel ingediend dat verkrachters van minderjarigen de kans gaf weg te komen met hun daad als ze bereid waren met hun slachtoffer te trouwen. Hier wordt het slachtoffer gestraft en de dader beloond.”
En toch wordt Erdogan steeds weer herkozen?
“Hij is een bijzonder polariserende man. Hij wordt door de ene zijde op handen gedragen als een nationale held en door de andere als de duivel weggezet. Het midden is weg. Dat is heel verontrustend, want bij zo’n situatie spinnen alleen populisten garen. Erdogan is inmiddels al bijna achttien jaar aan de macht. Er is een hele generatie die geen andere president heeft gekend. Dat is nooit goed. Hij kwam aan de macht met de belofte van democratische en liberale hervormingen. Zijn AKP-partij was begin jaren 2000 een heel andere partij dan vandaag. Hoe langer ze aan de macht bleef, hoe autoritairder en nationalistischer ze werd.”
En hoe religieuzer ook?
“Inderdaad. De AKP kwam op voor Turks lidmaatschap van de EU, pleitte voor verzoening met de Koerden, het erkennen van het leed van de Armeniërs en de zaterdagmoeders, vrouwen wier kinderen vermoord waren door het regime. Er was zelfs sprake van een liberale en pluralistische grondwet waarin expliciete aandacht zou zijn voor vrouwenrechten. Maar al die beloftes zijn verdwenen. Er werd net het tegengestelde gedaan van wat ooit beloofd was. En religie speelde daarin een grote rol.”
Maar is die religiositeit van Erdogan wel echt? Is het geen manier om bepaalde kiezers te lokken?
“Ik weet natuurlijk niet wat er in Erdogan omgaat, maar ik zie wel wat het resultaat is van zijn politiek. Wanneer populisten aan de macht komen, veranderen ze het staatsapparaat en de kieswet, proberen ze de rechters in hun greep te krijgen en tasten ze de scheiding tussen de machten aan. Uiteindelijk veranderen ze ook de samenleving. Je ziet dat in Polen, in Hongarije en ook in Turkije.”
Het is trouwens niet de eerste keer dat Shafak, die al jaren in Londen woont, omwille van een boek in aanvaring komt met de Turkse staat. In 2006 liep er een proces tegen haar dat bijna een jaar duurde, omdat ze het had aangedurfd over de Armeense genocide te schrijven in De bastaard van Istanbul. Toen was de aanklacht het opwekken van anti-Turkse ideeën en gevoelens.
“Niemand heeft me ooit kunnen uitleggen wat dat precies is”, lacht ze wat meewarig over dat proces. “Maar in de straten van Istanbul werd wel op foto’s van me gespuwd. En waarom? Omdat ik een taboe van de Turkse samenleving had blootgelegd. Is dat niet de taak van een schrijver, taboes blootleggen? En wantoestanden aanklagen? Neem bijvoorbeeld de recente wet die bepaalt dat imams een huwelijk kunnen voltrekken zonder dat er sprake is van een burgerlijk huwelijk en die in feite opnieuw polygamie invoert in Turkije. Alle vrouwenorganisaties hebben zich ertegen verzet, maar Erdogan lachte hun bezwaren weg. De gevolgen zijn verschrikkelijk. Net zoals vroeger kunnen families hun dochters weer heel jong uithuwelijken. Het aantal kinderhuwelijken is daardoor fors toegenomen.”
Ziet u het gebeuren dat de islam zijn autoritaire, patriarchale en antiliberale jas afgooit en een verdraagzame Europese religie wordt?
“Alle monotheïstische religies zijn gebaseerd op een collectieve identiteit. Het gaat altijd over ‘zij tegen ons’. De praktijk van monotheïstische religies is bijzonder patriarchaal. Als feministe heb ik daar een groot probleem mee. Ik hou ook niet van de zekerheid die georganiseerde religies prediken. Ik vind zekerheid gevaarlijk. Wanneer je zeker bent van je grote gelijk, word je een moordenaar.
“Ik voel me een agnosticus met sympathie voor mystici. Dat zijn mensen die spiritualiteit bezitten, maar geen religie aanhangen. Religie wordt vandaag altijd afgezet tegen atheïsme, alsof er niets anders zou zijn. Maar dat is er dus wel: individuele spiritualiteit. Ik hou van het idee dat een mens op verschillende plekken thuis is. We hebben veel verschillende identiteiten. Een van de grootste problemen met religies is dat ze alleen maar eenduidige en gesloten identiteiten aanbrengen. En dat moet wel botsen.”
Misschien is niet Leila het hoofdpersonage van uw boek, maar Istanbul?
“Ik denk altijd aan Istanbul als een sterke en weerbarstige vrouw die tezelfdertijd ook geschramd en gekwetst is. Het is triest om te zien wat wij Istanbul aangedaan hebben: de gentrificatie, de hebzucht en het volproppen met nieuwe gebouwen zonder enig respect voor geschiedenis of stadsplanning. Het is een interessante stad voor kunstenaars en andere creatievelingen, maar we moeten ook het verlies onder ogen zien waar de stad al decennia onder lijdt.”
En dat is ook een verlies aan diversiteit, zoals u suggereert?
“Zeker. Diversiteit is een vuil woord in Turkije. Door haar af te wijzen, heeft Istanbul zijn aansluiting bij de kosmopolitische wereldgemeenschap gemist. Iedereen die er ook maar een beetje anders uitziet, krijgt het daar hard te verduren. Het kan over je huidskleur gaan of je seksuele identiteit, alle redenen zijn goed. Ik denk dat er een directe link is tussen het verlies aan respect voor diversiteit en het verdwijnen van de democratie.”
En respect voor intellectuelen?
“Turkije heeft vandaag het grootste aantal journalisten achter de tralies zitten. Vroeger waren dat Rusland en China. Iedereen die er een andere mening opna houdt, is een verrader. Het is vandaag bon ton geworden om te zeggen dat je mensen die gestudeerd hebben niet kunt vertrouwen omdat ze te westers en te liberaal zijn. Is het niet raar dat je het gebrek aan opvoeding vereert terwijl je in feite net het omgekeerde zou moeten doen: maken dat zoveel mogelijk mensen onderwijs krijgen?”
Uw diversiteit is te vinden in uw taal. U schrijft in het Turks en het Engels. Hoe beslist u wat u in welke taal zult schrijven?
“Mijn vroegste romans zijn in het Turks geschreven. Vijftien jaar geleden voelde ik dat ik in het Engels moest gaan schrijven. Ik had nood aan meer vrijheid en lichtheid, en die bieden het Engels me. Wanneer ik iets melancholisch schrijf, over eenzaamheid of verdriet, is dat makkelijker in het Turks. Wanneer ik echter iets ironisch of satirisch wil schrijven, voelt het Engels veel beter aan. Het Turks heeft niet eens een woord voor ironie. Daar doen wij niet aan.
“Ik heb dus beide talen nodig, maar dat begrijpen veel nationalistische Turken niet. Ik was de eerste Turkse schrijver die in een andere taal ging schrijven en dat vonden zij verraad. Ik ben een liberale democraat die in pluraliteit gelooft en zowel in het Turks als in het Engels droomt. Soms zelfs in dezelfde droom. Het brein kent geen staatsgrenzen.”
En schrijft u ook nog in het Turks?
“Natuurlijk, ieder boek in feite. Eerst schrijf ik het in het Engels. Daarna laat ik het vertalen in het Turks. Wanneer de vertaling klaar is, herschrijf ik ze. Dat vind ik nodig omdat ik zowel oude als nieuwe woorden gebruik. Ook dat is voor veel nationalisten een probleem, omdat zij de oude woorden willen vergeten. Het Turks is vorige eeuw gezuiverd, wat betekent dat alle woorden afkomstig uit andere talen – zoals het Grieks, Albanees, Armeens, Joods, Arabisch en Koerdisch – eruitgegooid zijn. Het Turkse woordenboek van vandaag is nog maar half zo dik als het Osmaanse van vroeger. Ik kan daardoor in het Turks ‘geel’ zeggen, of ‘rood’, maar niet wat ertussenin zit, want die woorden kwamen uit het Perzisch.”
De Turkse cultuur heeft geen geheugen, hebt u vroeger weleens gezegd.
“Wat extra ironisch is, aangezien Turkije zo’n lange en rijke geschiedenis heeft. De Turkse samenleving lijdt aan collectief geheugenverlies. Het verleden wordt geromantiseerd en gecensureerd. Wanneer we over het Ottomaanse rijk spreken, vind ik dat we ook moeten vragen wat dit betekende als je een Armeense zilversmid of een joodse bakker was. Hoe zag je leven er dan uit?
“Wanneer je de geschiedenis terugvoert naar individuele verhalen, merk je dat zij verandert afhankelijk van wie er aan het woord is. Ik wil dat tonen in mijn boeken. Het verleden is immers belangrijk, niet om erin vast te raken, maar wel om er iets uit te leren, dat je je fouten niet mag herhalen. Een staat die dat weigert, kan geen volwassen democratie worden.”
Het verschil tussen Istanbul en westerse steden, merkt een van uw personages op, is dat deze hun doden op een bepaald moment buiten de stadspoorten zijn beginnen te begraven, terwijl Istanbul vol kerkhofjes ligt die de mensen al te veel naar het verleden en te weinig naar de toekomst doen kijken. Maar toch is er ook een kerkhof dat buiten de stad ligt: de Begraafplaats der Vergetenen waar Leila terechtkomt.
“Dat bestaat echt. Het is een kerkhof voor de verstotenen, waar mensen geen grafsteen krijgen, maar alleen een houten bordje met een nummer erop. Er liggen nogal wat aidsdoden, lgbtq-leden die door hun familie verstoten zijn, sekswerkers, baby’s die achtergelaten zijn op straat om te sterven, en de laatste jaren ook steeds meer vluchtelingen. Want waar denk je dat de verdronken vluchtelingen over wie we in de krant lezen, begraven worden? Het is een plek waar namen in nummers veranderd zijn, zodat de doden gedehumaniseerd kunnen worden. Ik wilde ten minste één van die nummers rehumaniseren door er een verhaal aan te koppelen.”
Op dat kerkhof situeert u een aantal heel grappige scènes, een soort macabere slapstick die soms toch wat onwennig aanvoelt.
“Voor mij is die humor heel belangrijk, want zonder humor kun je niet ademen. Wat mij fascineert, is de dans van het verdriet en de lach. Maar niet alle culturen kennen die. Ik merk dat de Britten er bijvoorbeeld moeite mee hebben. Ze hebben grappige boeken en serieuze, en die twee moeten altijd gescheiden blijven. Maar dat kan dus niet als je het verhaal van Istanbul schrijft. Omdat die twee daar hand in hand gaan. Samen lachen is een manier om je verbonden te voelen, en om jezelf te relativeren.”
Zonder humor is er geen hoop meer?
“Wanneer het gevoel voor humor verdwijnt in een samenleving, dreigt ook de democratie verloren te gaan. Wat verbieden dictators het eerst? Humor. En je zal ze ook zelf niet zien lachen, zeker niet met zichzelf. In Turkije zijn duizenden mensen voor het gerecht gedaagd omdat ze op Facebook een grap maakten over Erdogan. ”
En toch zegt een van uw personages op een bepaald moment dat je maar beter niet te veel kunt hopen omdat hoop gevaarlijk is.
“Ik ben geen optimist. Dat kan ik niet, omdat ik Turks ben. Als je de loop van de Donau volgt, van Duitsland tot aan de Zwarte Zee, voel je met iedere honderd kilometer je optimisme naar beneden gaan. Turkije ligt helemaal aan het einde.
“Maar ondanks alles geloof ik ook in wat de Italiaanse filosoof Antonio Gramsci zei: dat we intellectuele pessimisten en emotionele optimisten moeten zijn. Praat met Turkse vrouwen en je zult de hoop in je hart voelen groeien.”