DM ZaptRonald Meeus
Als ‘Tiger King 2’ één ding aantoont, is het wel dat Joe Exotic de kwaadste nog niet was
Ronald Meeus zet de blik op oneindig. Vandaag: seizoen twee van Tiger King.
Gelukkig is er dat louterende slot, want anders zou je na het bekijken van seizoen twee van de Netflix-docureeks Tiger King een paar dagen je bed niet uitkomen.
De vijf nieuwe afleveringen brengen grotendeels dezelfde gewelddadige psychopaten bij elkaar die ook al in de eerste jaargang naar je scherm kwamen. Na het doorkijken van de originele reeks had je ook het einde van een mentaal proces bereikt: zodra je het hele rariteitenkabinet waarmee je toen werd bestookt wat had verwerkt, was het allemaal veel minder lollig.
Wanneer na die crapuleuze sensorische overbelasting eindelijk je linkerhersenhelft weer begon te werken, besefte je dat hun misdadige strapatsen vooral ten koste gingen van een paar exemplaren van diersoorten die we weldra misschien nooit meer over de planeet zien lopen. Of van arme lieden die hun betrokkenheid bij dit delinquente circus met hun leven hebben bekocht.
Misschien is het vooral daarom dat de vijf afleveringen van deze nieuwe reeks al vanaf minuut één een eerder ellendige vertoning zijn. Boven op de ontnuchtering van het vorige seizoen is er deze keer ook het schrijnende nihilisme dat in de vertelling zit. Het wordt, die vijf ellendige uren lang, nooit echt duidelijk waar de makers naartoe willen, en dat heeft vooral te maken met het meanderende traject dat hun lijdende voorwerpen afleggen. De nieuwe tijgerkoningen, na de opsluiting van de deze keer naar een bijrol verwezen Joe ‘Exotic’ Schreibvogel, blijven gewoon een bende foute gastjes, zonder een echt plan in hun praktijken.
Het wordt bijvoorbeeld nooit helemaal duidelijk wat het ware masterplan van Jeff Lowe is, die het rijk van de eerste Tiger King als een verraderlijke Ptolemaeër voortzet. Je ziet hem bij momenten hard werken aan de tijgerkooien wanneer de camera draait, maar tegelijk trekt hij fier een nieuw bijgebouw op waarin hij striptease-acts met tijgerwelpen plant en verkommeren de beesten na een verhuis in veel te kleine kooien.
En eigenlijk is die 53-jarige oudere jongere nog de normaalste van het stel. Ocharme de psychotherapeut die Carole Baskin moet onderzoeken, de ‘dierenrechtenactiviste’ die blijkbaar toch niet haar eerste echtgenoot heeft laten opvreten door de katachtigen die ook zij onder deplorabele omstandigheden in kooien hield. Wat haar twee decennia lang niet tegenhield om net zacht genoeg te insinueren dat ze het wél had gedaan.
Of Jack ‘Ripper’ Smith, een amateurdetective die zichzelf zodanig naar binnen werkt bij de kinderen van de genoemde echtgenoot dat ze hun advocaat voor hem ontslaan. En om te achterhalen wat er scheelt met Tim Stark, de nieuwe psychotische gek die zich aangetrokken voelde door alle media-aandacht voor Tiger King (hij scheldt eerst een handvol cameraploegen de huid vol, maar blijft vervolgens wel in de buurt van de lens) is wellicht een heel team van psychologen nodig.
Als Tiger King 2 één ding aantoont, is het wel dat Joe Exotic de kwaadste nog niet was. Faut le faire.
Seizoen twee van Tiger King, op Netflix.