✦FilmrecensieAdieu les cons
‘Adieu les cons’: ambitieus, maar vaak te flauw voor woorden ★★★☆☆
Tweemaal valt de uitroep ‘adieu les cons’ in de gelijknamige film: aan het begin en aan het einde. Telkens loert de dood om de hoek. Toch is het gewicht van de schreeuw in de laatste scène radicaal anders.
Regisseur Albert Dupontel (van het veel geprezen Au revoir là-haut) vertolkt een informaticus-ambtenaar die opzij wordt geschoven ten faveure van een jongere kracht. Ontdaan door zoveel onrecht probeert hij zich van het leven te beroven. Dat loopt helaas helemaal mis en zijn actie zet een machine in gang die niet te stuiten is, waarbij hij door de veiligheidsdiensten als terrorist wordt gebrandmerkt.
Hij kruist het pad van Suze Trappet (Virginie Efira die vier jaar geleden haar Belgische paspoort voor een Frans ingeruild heeft) die net te horen heeft gekregen dat ze ongeneeslijk ziek is. Ze beslist om als laatste daad in haar aflopende leven op zoek te gaan naar haar zoon. Die heeft ze, als tienermoeder, onder druk van haar ouders meteen na de geboorte ter adoptie moeten afstaan. Bien étonnés de se trouver ensemble blijken de twee elkaar te kunnen helpen op hun gezamenlijke vlucht annex queeste. Daarbij krijgen ze het gezelschap van een blinde man met een bloedhekel aan de politie.
Jeunisme
Op microniveau laat Adieu les cons zich soms genieten, zie bijvoorbeeld de scène waarin Suze het trieste medische nieuws krijgt van een ongeïnteresseerde arts (Bouli Lanners in een kleine, opvallende rol). Maar meestal is deze mix van buddymovie en comedy of errors te flauw voor woorden. Dupontel, tevens scenarist, is domweg vergeten om goede grappen te verzinnen. Als u een oplijsting wil van uitgeleefde guitigheden over blinden bent u wél aan het juiste adres. De wijze waarop de politie als dom en onbekwaam wordt weggezet is zo mogelijk nog meer oudbakken.
Adieu les cons is een ambitieuze film. Dupontel schiet met scherp op het welig tierende jeunisme en hekelt de kafkaiaanse bureaucratie, maar strandt in clichés. Ook visueel probeert de regisseur begane paden te verlaten, met scènes die bijna steevast baden in gelige bruintinten. Maar zijn clair-obscur heeft meer gemeen met een zondagsschilder dan met De la Tour of Caravaggio. Visueel lijkt Adieu les cons daardoor meer een derdehands Jean-Marc Jeunet dan een originele Dupontel.
Adieu les cons, vanaf morgen in de bioscoop