Wetenschap
Zo zagen de eerste sterren in ons universum eruit
Het duurt 8 minuten en 20 seconden voor het licht van de zon onze aarde bereikt. Hoe groter de afstand, hoe langer het duurt, wat betekent dat je met een telescoop letterlijk terug in de tijd kunt kijken. En nu hebben astronomen voor het eerst een glimp opgevangen van het eerste licht in ons universum.
Dat ons universum ontstond met de big bang weten we allemaal, maar wist je dat er daarna niet meteen licht was? De eerste 180 miljoen jaar (ongeveer) bestond alles uit een mengsel van waterstof en helium, en was het donker en koud. Pas toen de eerste planeten ontstonden, die een ultraviolet licht uitstootten, viel er iets te zien. Astronomen van de Arizona State University hebben dat licht nu voor het eerst kunnen opvangen met behulp van een radio-antenne.
De antenne in kwestie is niet veel groter dan een koelkast en kostte 'maar' 5 miljoen dollar, een peulschil in vergelijking met de peperdure Hubble-telescoop. Twee jaar geleden kon het ding, dat opgesteld staat in een Australische woestijn, een zacht radiosignaal opvangen, waarna de wetenschappers het jarenlang analyseerden. In het resultaat van dat onderzoek, gepubliceerd in het tijdschrift Nature, vertellen ze nu dat het radiosignaal afkomstig is uit de periode van de eerste planeten.
Onze eigen oorsprong
De wetenschappers zijn enorm trots op hun ontdekking, omdat het een periode van ons universum is waar we weinig tot niets van afweten. Sommigen vinden het ontstaan van de sterren belangrijker dan de Big Bang, aangezien wijzelf ook opgebouwd zijn uit 'sterrenstof' en we dus letterlijk naar onze eigen oorsprong kijken. En dat is niet het enige opmerkelijke aan deze vondst, want het zou ook de bevestiging van donkere materie kunnen zijn.
Het radiosignaal wees immers duidelijk op het bestaan ultraviolet licht 180 miljoen jaar geleden, maar bevatte daarnaast ook enkele vreemde eigenschappen. Zo konden de onderzoekers afleiden dat de waterstof tussen de eerste planeten een stuk kouder was dan eerst werd aangenomen. "We gingen altijd uit van tien graden boven het absolute nulpunt, maar het bleek maar om vijf graden te gaan." Voor de leken, dat is -268 graden Celsius.
Een van de theorieën is dat de waterstof tussen de sterren afgekoeld werd door zwarte materie. Die materie is nog steeds een raadsel voor de wetenschappelijke wereld. We weten uit het bestuderen van de zwaartekracht dat 27 procent van het universum eruit bestaat en dat het niet opgebouwd is uit 'normale' deeltjes, maar veel verder is nog niemand gekomen. Als de radiogolf het bestaan van die materie kan bevestigen, is dat een enorme stap vooruit. "Als dit nieuws bevestigd kan worden, verdient deze ontdekking een Nobelprijs", klinkt het. "In de kosmologie is donkere materie het belangrijkste dat er is."