Vraag van de week
Word je minder nat in de regen als je rent?
Nee hè: het begint te regenen en je hebt geen regenkleding of paraplu bij je. Wat te doen? Er langzaam doorheen lopen of een sprintje trekken?
Door te sprinten ben je sneller op je droge bestemming en hoef je minder lang in de regen te lopen. Maar ‘vang’ je bij een hogere snelheid niet juist meer regendruppels?
Experimenten geven wisselende resultaten. Onderzoeken uit de jaren 80 kwamen tot dezelfde conclusie: het valt wel mee met dat ‘vangen’ van regendruppels als je rent. De hoeveelheid regen waar je tegenaanloopt, blijft constant en je vangt niet meer op naarmate je sneller gaat. Je blijft het droogst door zo snel mogelijk uit de regen te verdwijnen: rennen dus.
Maar kijkers van Mythbusters zagen in 2003 wat anders. In een experiment met kunstmatige regen toonde de populaire Discovery Channel-serie aan dat de kleding van de wandelende presentator aan het eind van de rit minder zwaar, dus droger was dan die van zijn rennende collega. Om de verwarring nog groter te maken: in 2005 deed het programma het experiment over met echte regen. Toen bleek dat rennen wel de beste optie is.
Hoe kunnen die experimenten telkens een ander resultaat opleveren? Franco Bocci van de Universiteit van Brescia liet in 2012 zien dat het antwoord op de vraag – wandelen of rennen? – van veel factoren afhankelijk is: windrichting, grootte van de regendruppels, of je lang, klein, dik of dun bent. Daarom is er volgens Bocci geen eenduidig antwoord op de vraag. Behalve als de wind van achter komt. “Dan kun je het beste even hard rennen als de wind: regendruppels halen jou niet in en jij haalt de regendruppels niet in. Dan zou je zo goed als droog moeten blijven”, liet Bocci de BBC weten.
Tal van factoren
Wiskundige Peter Bruin van de Universiteit Leiden vindt het onderzoek van Bocci “een mooi voorbeeld van het wiskundig modelleren van een natuurkundig probleem”. “De conclusie van Bocci is dat er factoren zijn waardoor zo snel mogelijk lopen niet altijd de optimale strategie is. Zo heeft de vorm en houding van je lichaam een grote invloed, waaraan in eerdere modellen te weinig recht was gedaan.”
Ook wiskundige Joost Hulshof van de Vrije Universiteit in Amsterdam benadrukt dat er geen eenduidig antwoord op de vraag kan worden gegeven. “Het dilemma is van te veel factoren afhankelijk. Meer experimenten zijn nodig om eenduidige conclusies te trekken.”
Wiskundige berekeningen geven dus een zeer genuanceerd antwoord. Tijdens een regenbui hebben we echter geen tijd om uit te rekenen hoe de cosinus van de hoek van je wandelroute en de windrichting elkaar beïnvloeden en kunnen we enkel ons gezond verstand gebruiken. Bocci adviseert heel dunne mensen niet op hun maximale snelheid te rennen, omdat er voor hen een bepaalde optimale snelheid bestaat. “Voor alle anderen: ren zo hard als je kunt.”