AchtergrondTesla
Tesla krijgt stevige kritiek na opening showroom in Xinjiang en begeeft zich in politiek wespennest
Autobedrijf Tesla ligt onder vuur in de Verenigde Staten omdat het een showroom heeft geopend in de Chinese regio Xinjiang, waar volgens de Amerikaanse overheid een genocide plaatsvindt. Voor Tesla is de winkel in Xinjiang een manier om op goede voet met Peking te blijven. De ophef toont hoe multinationals steeds meer in de knel komen door de Amerikaans-Chinese machtsstrijd.
Tesla kondigde op 31 december de opening aan van zijn eerste verkooppunt in Urumqi, de provinciehoofdstad van Xinjiang. Op Weibo, het Chinese Twitter, verschenen foto’s van een openingsceremonie en slogans over Xinjiangs “lancering op een elektrische reis”. Tesla kondigde ook de bouw van laadstations in Xinjiang aan, en een “zijderoute” van laadpalen tussen Xian en Urumqi.
Het nieuws werd in de VS ontvangen met stevige kritiek. De Republikeinse senator Marco Rubio tweette dat Tesla “de Chinese Communistische Partij helpt om genocide en slavenarbeid toe te dekken”. Burgerrechtengroep Council on American-Islamic Relations beschuldigde Tesla van “economische steun voor genocide”. Soortgelijke kritiek kwam van lobbygroep Alliance for American Manufacturing.
De Chinese overheid voert in Xinjiang een controversieel beleid van gedwongen assimilatie en buitengerechtelijke detenties. Volgens onderzoek dat door de Verenigde Naties geloofwaardig is genoemd, werden tot een miljoen leden van de Oeigoerse moslimminderheid in heropvoedingskampen opgesloten. Ook zijn er aanwijzingen van structurele dwangarbeid en gedwongen sterilisatie.
Peking spreekt alle beschuldigingen tegen en noemt de heropvoedingskampen trainingscentra voor achtergestelde bevolkingsgroepen. De buitengerechtelijke detenties worden voorgesteld als legitieme middelen in een strijd tegen islamitisch terrorisme.
Politiek wespennest
Met een showroom in Xinjiang begeeft de Amerikaanse autobouwer Tesla zich in een politiek wespennest. De VS, verwikkeld in een economische en politieke machtsstrijd met China, hebben tal van sancties uitgevaardigd in reactie op de situatie in Xinjiang. Onlangs kondigde president Joe Biden een diplomatieke boycot van de Olympische Winterspelen aan, en keurde hij een importverbod goed voor producten uit Xinjiang, tenzij die aantoonbaar vrij zijn van dwangarbeid.
Voor westerse bedrijven die actief zijn in China worden de politieke breuklijnen steeds moeilijker te vermijden. Aan de ene kant moeten zij gehoor geven aan een westerse roep om transparantie en maatschappelijke verantwoordelijkheid, aan de andere kant worden zij in China geacht in de pas te lopen van de Communistische Partij. Bedrijven die zich openlijk distantiëren van de wantoestanden in Xinjiang, krijgen in China te maken met haatcampagnes op sociale media en consumentenboycots.
Net voor de jaarwisseling kwam de Amerikaanse supermarktketen Walmart in China in de problemen omdat het bedrijf volgens consumenten producten uit Xinjiang uit het assortiment zou hebben gehaald. Een week eerder bood computerchipfabrikant Intel zijn excuses aan omdat het toeleveranciers had gevraagd onderdelen uit Xinjiang te vermijden. Kledingketen H&M werd zwaar getroffen door een consumentenboycot nadat het had verklaard katoen uit Xinjiang te weren.
Met zijn showroom in Xinjiang lijkt Tesla een imagoboost in China belangrijker te vinden dan een mogelijk negatieve impact in het Westen. In 2018 werd de wereldleider in elektrische wagens met veel bewondering binnengehaald in China. Tesla kreeg als eerste autobedrijf ooit toestemming om in China te opereren zonder lokale joint-venturepartner. In minder dan een jaar werd in Sjanghai een Tesla Gigafactory gebouwd, met dank aan versnelde procedures en goedkope leningen.
Belangrijkste afzetmarkt
Voor het bedrijf van Elon Musk is China van onschatbare waarde. Van de 930.000 wagens die het bedrijf in 2021 leverde, rolde volgens schattingen van Credit Suisse de helft in Sjanghai van de band. De productiekosten in China liggen 65 procent lager dan in de VS. Tesla verkoopt bijna een derde van zijn auto’s in China, en voorziet dat het land de VS zal inhalen als belangrijkste afzetmarkt.
Tegelijk kampt Tesla in China met moeilijkheden. Het bedrijf moest onlangs 200.000 wagens terugroepen omwille van technisch falen, en enkele militaire wooncomplexen vaardigden een parkeerverbod voor Tesla’s uit omdat de camera’s voor spionage zouden kunnen worden gebruikt. De negatieve publiciteit signaleert mogelijk een mentaliteitswijzing in Peking, dat Tesla ook ziet als een middel om Chinese makers van elektrische voertuigen naar een hoger niveau te tillen.
Met een showroom in Xinjiang probeert Tesla in de gunst te blijven van Peking. Ook andere automerken, waaronder General Motors, Volkswagen en Toyota, hebben verkooppunten in Xinjiang, uitgebaat door hun Chinese joint-venturepartners. Volkswagen heeft ook een productievestiging in Urumqi, wat in Duitsland veel kritiek krijgt. Volkswagen zegt dat er geen dwangarbeid plaatsvindt in zijn productieketen.