Wetenschap
Slaapliedjes zijn overal ter wereld even slaapverwekkend
Laat een Ghanees luisteren naar een slaapliedje uit Japan en hij zou zomaar kunnen herkennen dat het een slaapliedje is. En als iemand uit Finland een Zuid-Afrikaans liefdesliedje beluistert, dan is er een aanzienlijke kans dat die Fin hoort dat het om een liefdesliedje gaat. Een groep muziekwetenschappers van Harvard toont zo met een grootschalige nieuwe studie, vandaag gepubliceerd in vakblad Science, hoe universeel muziek is.
Hoewel muziek altijd al wordt beschouwd als ‘een universele taal’ die iedereen ‘spreekt’, was het lang onduidelijk of er daadwerkelijk algemeenheden in muziek te ontdekken zijn. Een groep Amerikaanse onderzoekers analyseerde meer dan een eeuw aan antropologisch en etnomusicologisch onderzoek – een tak van de musicologie die vooral muziek in haar culturele context bestudeert. Daarnaast verzamelden ze audio-opnamen van dans-, liefdes- en slaapliedjes alsook ‘helende’ liedjes uit 315 culturen. Geen bekende nummers uit de hitlijsten, maar liedjes met zang uit (voornamelijk) kleinschalige samenlevingen.
Vervolgens legden ze de nummers langs een meetlat van eigenschappen zoals accent, maatsoort, intervallen (toonsafstanden) en functie van de liedjes. Zo konden ze de nummers omzetten naar data en ze met elkaar vergelijken. Daarnaast vroegen ze maar liefst 29.357 mensen uit verschillende landen, zowel muziekexperts als leken, te beoordelen in welke van de vier categorieën de muziekbestanden hoorden.
“Nu blijkt dat er meer overeenkomsten dan verschillen bestaan tussen muziek uit allerlei culturen”, zegt Henkjan Honing, hoogleraar muziekcognitie aan de Universiteit van Amsterdam, niet bij de studie betrokken. “Blijkbaar hoef je de cultuur en muziek niet te kennen om toch te kunnen zeggen waarvoor de muziek wordt gebruikt.” Als voorbeeld noemt hij Slaap, kindje slaap. “Dat wordt getypeerd door twee niveaus van accenten. Je voelt zowel een tweedelige als een driedelige maat. Daardoor ontstaat een soort schommelende, geruststellende cadans die typerend is voor slaapliedjes over de hele wereld.”
Biologische aanleg
Dat we die overeenkomsten herkennen in bijvoorbeeld slaapliedjes in alle culturen, komt volgens Honing door een “biologische aanleg” voor muziek in de hersenen van de mens. Die zorgen ervoor dat mensen muziek op dezelfde manier produceren en beleven. “Dat is natuurlijk wel een beetje in tegenspraak met het wijdverspreide idee dat culturen juist uniek zijn, maar blijkbaar is de biologische aanleg voor muziek in mensen dermate vergelijkbaar dat de muziek daardoor ook uit dezelfde patronen bestaat”, aldus Honing.
Hoewel hoogleraar Honing zeer te spreken is over de nieuwe studie, plaatst hij ook een kanttekening: “De wetenschappers claimen dat tonaliteit waarschijnlijk óók universeel is, maar daar ben ik niet zo zeker van.” De term ‘tonaliteit’ wordt in deze studie gebruikt voor het idee dat bepaalde tonen een centrale functie hebben en dat daaraan ook een bepaald verwachtingspatroon van de luisteraar is gekoppeld, bijvoorbeeld wanneer de laatste toon van het liedje klinkt. “Of het duiden van tonaliteit in muziek aangeleerd of biologisch bepaald is, blijft ook na deze analyses onduidelijk.”
Meer over muziekwetenschap
Aan talentenjachten op tv doen altijd amateurs mee die geen zuivere noot halen, terwijl ze er zelf van overtuigd zijn dat ze de sterren van de hemel zingen. Horen ze dan niet dat ze vals zingen?
Wie door de bossen van Noord-Australië loopt, kan iets opmerkelijks tegenkomen: mannelijke zwarte kaketoes die met stokken op bomen slaan. Denk dan niet dat deze vogels zomaar wat in de rondte kloppen – ze hebben een drumtalent vergelijkbaar met dan van een mens.