AchtergrondTour de France
Zware valpartijen overschaduwen ritzege van Merlier: ‘We kunnen zo niet verder’
Ze vielen weer als vliegen in de derde etappe van de Tour de France. Gesink en Ewan gaven op, klassementsrenner Roglic verloor tijd maar brak niets en kan verder. Een jaar na de bijna-doodsmak van Jakobsen woedt het veiligheidsdebat weer volop.
Marc Madiot, de flamboyante manager van Groupama-FDJ, heeft er genoeg van. Hij zei na de aankomst van de derde rit in Pontivy dit: “Veel familievaders als ik kijken naar de koers. Kleine kinderen kijken. En hun mama’s kijken. Vandaag wil ik niet dat mijn kleine coureur wordt. We kunnen zo niet verder. Dit is geen wielrennen meer. Een aantal renners is naar het ziekenhuis. Er gaan doden vallen. Ik wil niet degene zijn die naar mama’s moet bellen om te zeggen dat hun zoon niet meer uit het ziekenhuis komt. Het moet dringend veranderen. Dit is onze sport onwaardig.”
De Tour is drie dagen ver en de schade is al niet meer te overzien. De woede evenmin. Rit één was niet voor gevoelige zielen, de derde etappe gisteren was dat nog veel minder.
ASO-baas Christian Prudhomme schold zaterdagavond een onvoorzichtige toeschouwer de huid vol. Die had met een kartonnen bord een half peloton ten val gebracht. Diezelfde Prudhomme legde gisterochtend voor de start van de derde rit het verzoek van rennersvakbond CPA naast zich neer om de tijdsopname voor het klassement op acht kilometer voor de aankomstlijn te leggen. Renners en hun ploegen hadden de laatste kilometers naar Pontivy verkend en problemen voorspeld. Zoals Philippe Gilbert zaterdag problemen had voorspeld in de snelle afdaling op weg naar Landerneau, waar ze ook als beesten zijn gecrasht.
Smalle bocht
De gemoederen waren erg verhit in Pontivy. Michal Kwiatkowski tweette: “In de formule 1 hebben ze testritten om te bepalen wie als eerste door de eerste bocht mag. Bij ons kan dat allemaal, 184 renners die op dag één voor de gele trui mogen vechten, en dat op een weg van slechts acht meter breed.”
Voor maar één valpartij gisteren kon naar de organisatie worden gewezen. Die gebeurde op vier kilometer voor de finish, in een snelle, smalle bocht naar links. Tachtig renners probeerden daar allemaal als eerste doorheen te komen. Een nieuwe massale valpartij in deze Tour was onvermijdelijk.
Een Belgische renner zei: “Eigenlijk moet elke dag bij het ingaan van de laatste vijftien kilometer 180 man bij de eerste twintig plaatsen zitten. Daar zijn maar twintig plaatsen, helaas.”
Het belangrijkste slachtoffer op minder dan vier kilometer voor de streep was de Australiër Jack Haig, die minutenlang roerloos op de grond bleef liggen, om niet meer op zijn fiets te stappen en op te geven. Op dat moment lag het peloton al in stukken uiteen en reed Primoz Roglic een wilde achtervolging, nadat hij op tien kilometer voor de finish zelf in de kant was gereden.
Roglic is een kandidaat voor eindwinst in de Tour. De Sloveen kreeg een duw van Sonny Colbrelli en smakte tegen het asfalt. Colbrelli maakte nog een wild armgebaar, alsof hij wou zeggen: wie denkt die Roglic wel dat hij is? Drie, vier ploegmaats probeerden de gerafelde en geschaafde kopman Roglic nog naar voren te brengen, maar bij de finish bedroeg het verschil met ritwinnaar Tim Merlier 1:21.
Schouder uit de kom
Niet Merlier maar Richard Carapaz en Tadej Pogacar zijn de grootste zorg van Roglic. Carapaz finishte in dezelfde tijd van Merlier. Pogacar, zelf opgehouden bij de val op vier kilometer van de streep, verloor 0:26.
Niets is al gespeeld, zei Roglic, nadat hij een medische check-up had ondergaan in het veldhospitaal van de Tour. “Ik ben nog in de koers en ik kan nog altijd vechten. Gelukkig is alles nog in één stuk. Ik heb niets gebroken. Ik lig voor de rest wel helemaal open. We kunnen zeggen dat het niet onze beste dag was, maar ik kan verder.”
Gingen gisteren ook neer: Geraint Thomas en Robert Gesink. Dat gebeurde aan het begin van de rit. Thomas haalde zijn schouder uit de kom, die werd door de wedstrijddokter ter plekke weer goed gezet. “Dat was erg pijnlijk”, zei ploegleider Gabriel Rasch. “Gelukkig heeft Thomas het einde van de rit gehaald.” Sterker dan dat: Thomas kon het verlies tot 26 seconden beperken. In het klassement staat de Brit nu op 1:07, maar Carapaz wordt steeds nadrukkelijker de eerste kopman van Ineos-Grenadiers.