InterviewWielrennen
Wout van Aert: ‘Mijn grens ligt hoger dan ik dacht’
Waarom was 2020 zo goed? Wout van Aert, die nu ook de Kristallen Fiets wegkaapt, geeft zelf de verklaringen. ‘Het was mooi weer en ik was verlost van mijn revalidatie. Ik was blij.’
Ben jij op 1 januari met twijfels begonnen aan het jaar?
“Twijfel niet meer. Ik was hoopvol. Ik had net mijn eerste cross gereden en had toch wel vertrouwen op dat moment. Ik was bevrijd van de revalidatie-oefeningen die ik zo lang had moeten doen en ik voelde me profwaardig. Het hoofdstuk van de blessure was grotendeels afgesloten. Ik was overtuigd dat ik mijn talent nog had.”
Heeft de lockdown je dat extra duwtje geven om top te zijn?
“Ik denk het niet. Ik voelde me sowieso klaar voor het voorjaar dat kwam. Toen ik eind februari van Tenerife terugkeerde, was ik volgens mij ook heel goed. Alleen is dat een idee en kan ik het nooit meer bewijzen. Al heb ik in de dagen na de Omloop wel drie of vier persoonlijke records gereden.”
De indruk is toch dat jij beter met de lockdown bent omgegaan dan anderen. Niemand heeft zo’n forse stappen gezet als jij in die periode.
“Ik heb de lockdown eigenlijk heel ontspannen beleefd. Natuurlijk, dat eerste moment waarop alles werd gecanceld was voor mij ook klote. Daarna heb ik het mij niet te veel aangetrokken. Ik moest drie uur fietsen, maar ik deed er zes, zonder zot te doen, gewoon omdat ik het zo plezant vond.”
Speel eens psycholoog voor jezelf en verklaar dat.
“Ik ga goed om met wisselende omstandigheden, misschien is het dat. Ik denk dat ik minder dan anderen een gewoontepatroon nodig heb. Misschien kon ik het ook makkelijker plaatsen door wat ik had meegemaakt. In de winter had ik op de fiets gezeten en voelde ik nog vocht in mijn knie, mijn dijspier deed het ook niet helemaal. Maar in de lente waren die kwaaltjes weg. Het was schoon weer en ik was verlost van mijn revalidatie. Ik was blij.
“Ook de ploeg heeft het goed aangepakt. Eerst hebben ze ons rust gegund om dan te beslissen: oké mannen, vanaf 1 juni gaan we ons gewoon richten op het seizoen. We gaan niet langer twijfelen over hoe en wat, we doen het gewoon. Ik weet niet hoe anderen het gedaan hebben, maar van afstand heb ik er toch veel gezien die heel de tijd volle bak zijn blijven trainen. Veel jongens hebben veel mentale kracht verloren door te blijven trainen in de crisis.”
Je hebt ook jullie kindje dat op komst is genoemd als deel van de verklaring?
“Ja, ik moet Fons dankbaar zijn (Fons is de fictieve naam die Van Aert en zijn vrouw voorlopig aan hun zoontje hebben gegeven, BA). Begin mei kregen we het nieuws dat Sarah zwanger was en dat heeft ermee te maken dat ik die periode goed ben doorgekomen. Het trainen ging vlot, bijna vanzelf, en als ik thuiskwam van de training waren er leuke dingen om mee bezig te zijn.”
Ben je je ervan bewust dat je leven er in 2021 helemaal anders gaat uitzien?
“Ik houd er rekening mee dat de geboorte invloed kan hebben op begin volgend jaar. Maar ik ben niet bang: eenmaal we de routine gevonden hebben, zal het wel lukken. Het is een bewuste keuze om er nu al voor te gaan. Sarah weet hoe belangrijk koers voor me is en hoe kort mijn carrière is. Ik weet dat ik af en toe op mijn tanden zal moeten bijten, en af en toe apart zal slapen of een keer meer naar het buitenland zal gaan. Dat hebben we meegenomen in de overweging om niet te wachten tot na mijn carrière.”
In de zomer zagen we plots een Van Aert die de spiermassa in zijn bovenlichaam kwijt was. Hoeveel honger heb jij in 2020 geleden?
“Vermageren komt niet vanzelf. Ik ben dus weleens met honger in bed gekropen. Vooral op rustdagen heb je het gevoel dat je meer wilt eten, op andere dagen viel dat mee. Om heel specifiek te zijn: in juni en juli had ik zes trainingsweken boven de dertig uur. Dat is zowat de grens. Als coureurs twee weken dertig uur trainen, vinden ze het al de moeite om dat te vertellen. Per dag kom je dan aan trainingen van vijf, zes uur waarbij je 5.000 à 6.000 calorieën verbrandt. Dan mag je eigenlijk nog veel eten en val je toch af.”
Ik heb mijn lichaam herontdekt, zei je. Kun je dat eens uitleggen?
“Ik bedoel dat ik meer aankan dan ik dacht. Zoals ik de laatste jaren al een paar keer heb ontdekt dat mijn grens hoger ligt, had ik dat dit jaar weer. Met dat klimmen heb ik mezelf echt verbaasd. Van al die andere dingen had ik wel gehoopt dat ik ze zou kunnen. Ik hoopte om ooit Milaan-Sanremo te winnen; het verrassende daar was dat het nu al gebeurde. 2020 was ook verrassend omdat ik nooit had gedacht dat ik nog beter kon worden. Ik hoopte even goed te zijn als voor mijn val, daar zou ik echt al heel content mee geweest zijn, maar het werd nog een stuk beter. Vanaf juni heb ik echt keihard getraind, veel harder dan ooit ervoor. Op hoogtestage was het op de limiet en daar bleek ik heel goed op te reageren.”
Wat vind je de grootste opoffering: op je eten letten of de zware trainingen?
“Trainen is voor mij nooit erg. Op mijn eten letten is een grotere opgave, maar ook dat ging al bij al vlot. Ik denk dat ik daarin stappen aan het zetten ben. Het is nu mijn tweede jaar bij de ploeg en ik ben er gewoon nog in aan het groeien. Vorig jaar had ik het geen drie maanden aan een stuk gekund, terwijl ik nu van augustus tot de Ronde van Vlaanderen perfect op gewicht was. Vroeger kon ik dat regime wel volhouden op stage, maar als ik thuiskwam, moest ik die weegschaal een paar dagen aan de kant laten. Nu niet meer.”
Zegt de man die zo graag ijs eet.
“Ik heb de voorbije weken ook genoten, hé. Ik ben vandaag niet meer die magere sjarel van in de zomer. In de plaats van ’s avonds nog wat platte kaas of yoghurt te eten, kies ik nu af en toe een Magnum of een crème.”
Heb jij je wedstrijden herbekeken?
“Vroeger bekeek ik alles, sinds een jaar of twee is dat veel minder. Ik kijk liever naar iets op Netflix met Sarah. De finale van Sanremo heb ik opnieuw gezien, van de Tour niks, het WK wel maar dat was omdat ik voor mezelf wou zien wat die zever met Primoz Roglic nu eigenlijk was. Het is gewoon slecht in beeld gebracht. Het oordeel is al geveld, maar Roglic heeft wél meegereden in de achtervolging. De Ronde van Vlaanderen heb ik ook niet teruggekeken. Misschien zou ik dat eens moeten doen, want ik kan er iets van leren.”
Iets zegt ons dat jij nog spijt hebt van die dag.
“Ja. Dat heeft er zwaar ingehakt. Ik heb ervan afgezien. Het was ook de laatste koers, er kwam niets meer om de ontgoocheling te helpen verteren. Ondertussen is de bladzijde omgedraaid, maar het wringt nog.”
Wat dan precies?
“De Ronde van Vlaanderen is geen koers die je zomaar even wint. Je probeert tien jaar en hopelijk krijg je in die periode een paar echte kansen. Ik wil heel snel van het gevoel af dat ik die kans heb verknalt. Ik was niet minder, het zat in mij, maar het is er niet uitgekomen.”
Mathieu van der Poel zei dat het in zijn voordeel was om zo laat mogelijk en zo traag mogelijk aan die sprint te beginnen, omdat hij explosiever is. Jij weet dat ook. Waarom wacht je dan toch zo lang?
“Zenuwen. Ik weet anders niet waarom. Kijk naar Sanremo, daar doe ik het perfect. Ik denk dat ik in de Ronde te veel tijd kreeg om na te denken. Op 35 kilometer van het einde, op het moment dat Julian Alaphilippe valt, weet ik al dat het een sprint gaat worden. Ik wist dat ik vroeg moest aangaan en toch wacht ik iets te lang. Hoe kan dat? Ik was wat verlamd zeker. Maar het was ook moeilijk. Als ik te vroeg ga, met de wind op mijn bakkes, val ik stil en word ik ook geklopt.”
Speelt er voor jou meer emotie in de Ronde van Vlaanderen dan in Milaan-Sanremo?
“Ik denk niet dat dat op dat moment heeft meegespeeld, maar ik wil de Ronde nog liever winnen dan Milaan-Sanremo.”
Onlangs vertelde je dat je in de toekomst meer vrijheid in de Tour wilt. Hoe zie je dat precies?
“Er was dit jaar veel over te doen dat ik naar de Tour ging als helper. Ik heb dat met veel plezier gedaan en ik ga mijn ploegmaats in de toekomst zeker nog veel helpen, maar ik heb me nu echt wel helemaal ontdekt als kandidaat voor de groene trui. Ik ben niet van plan om dat uit te stellen. Als de rit me ligt, wil ik graag dat ik me in geen enkele omstandigheid moet opofferen.”
Wanneer leg je dat op tafel?
“Dat wordt nu besproken met de ploeg. Dit jaar was de prioriteit nummer één in Nice om Roglic en Tom Dumoulin uit de gevarenzone te houden, volgend jaar wil ik dat het mijn prioriteit kan zijn om in het openingsweekend voor de gele trui te gaan.”
Zo kan 2021 nog mooier worden dan dit jaar.
“Moet het mooier worden? Als ik weer een monument kan winnen, is dat dan niet goed? Of moeten het er dan twee zijn? Ik denk het niet. Ik moet najagen wat ik nog niet heb. Een titel bijvoorbeeld.”
Daarmee bedoel je een wereldtitel, juist?
“Of een olympische titel.”