ColumnHans Vandeweghe
Waarom de Belgische media alleen aandacht hebben voor voetbal of wielrennen? Simpel: omdat wij een land zijn van festivalsport
Hans Vandeweghe is sportjournalist bij De Morgen.
Dirk Van Tichelt vorige zondag op Twitter gelezen? “Ik zal mijn laptop maar aansluiten op de tv om de WK-finale van Matthias Casse te kunnen zien op tv. Misschien moet Matthias de volgende keer een koerstenue aandoen of een bal meenemen op de tatami. #Ongelijkheid #Respectloos #JudoWereldsport #Wereldprestatie.”
En dan iets later: “Spijtig. Maar WAT EEN FINALE! Dit is sport. Vijftien minuten spektakel. Zelfs al ken je geen kloten van judo, je zal dit nog spannend vinden. Proficiat Matthias Casse om veel mensen te laten genieten!”
Deze week verscheen op Sporza een aanverwant bericht. ‘Schaatsbond zit op droog zaad: alleen geld om Bart Swings naar WB-manches te sturen’, dat was de kop die aan duidelijkheid niets te wensen overliet.
De schaatsbond heeft geen geld, vindt voorlopig geen sponsors en kan daarom alleen Swings ondersteunen net een reisbudget naar de wereldbekermanches, te beginnen in het Noorse Stavanger half november. Daarna moeten ze naar Calgary zien te geraken en vervolgens ook naar Tomaszów Mazowiecki, dat ligt dan weer in Polen.
Derde opvallende vaststelling: toen Remco Evenepoel zijn Vuelta won, ging Sporza op bezoek bij Thibaut Courtois. De Sportman van het Jaar kwam ter sprake en vooral wie van de drie het moest worden: Evenepoel, Van Aert of hijzelf, Champions League gewonnen. Ik viel van mijn stoel van zoveel kortzichtigheid. Ook na de Vuelta had ik Bart Swings op één. Nog steeds en ongecontesteerd.
Na die wereldtitel van Evenpoel, en vooral de manier waarop, sloop de twijfel binnen. Misschien toch maar Evenepoel? Neen, Swings blijft op één. Olympisch goud, heel het veld (Amerikanen, Koreanen, Chinezen, Japanners en Europeanen) gecontroleerd en afgemaakt, overstijgt alles. Swings won op zijn Evenepoels, aldus de wielerverslaggever, maar evengoed heeft Evenepoel het op zijn Swings gedaan.
Over de verkiezing van Sportman van het Jaar kan je discussiëren. Je kan er ook alle kanten mee uit en alle begrip: Evenepoel op één zetten is niet het synoniem voor journalistieke onkunde en is best verdedigbaar.
Alleen waren we olympisch kampioen Swings alweer vergeten toen Courtois een paar keer goed in de weg ging liggen en helemaal nadien toen Wout van Aert de groene trui won in de Tour. En toen Evenepoel kwam, zag en overwon, werd Swings een fait divers.
Waarom hebben de Belgische media, om Van Tichelt te parafraseren, alleen maar aandacht voor een sport met een voetbal of op twee wielen? Waarom was de finale van Casse niet te zien op een Belgische zender? Te duur, te ver? Nederland zond die zondag wel judo uit, met een analist (ex-judoka Henk Grol) in de studio en ook niemand in Tasjkent.
Waarom Nederland wel en België niet? Wellicht omdat ze het bij Studio sport aan hun stand als sportredactie verplicht vinden om daar aandacht aan te besteden. En waarom wij niet? Het antwoord is simpel: omdat wij een land zijn van festivalsport en aan polonaisejournalistiek doen.
Onze sportmedia versterken dat nog eens door het volk te geven wat het volk wil: fastfoodsport. Als tien jongens – en hoera, de laatste tijd ook meisjes – in lycra achter elkaar op een fiets rijden komt het op tv. Idem als twee keer elf jongens (en meisjes) achter een bal aanlopen. Is het niet op de VRT (Sporza), dan wel op Play Sports, Eleven, en als die geen zin hebben of de rechten niet hebben kunnen/willen betalen, komt VTM op de proppen.
Het vervelende met fastfood is dat het zo verslavend is. Wie alleen nog fastfood krijgt voorgeschoteld, zal op den duur alleen nog fastfood eten. Natuurlijk dat een mooie voetbalwedstrijd beklijft en dat je voor een WK zoals dat van Evenepoel op het puntje van je stoel gaat zitten, maar er is zoveel meer dan voetbal en wielrennen in de topsport. Dat alles leidt tot een perverse dynamiek: geen aandacht voor (vul de sport maar in…,), geen interesse, geen geld, enzovoort en zo verder.
Hoe het komt dat de sportredacties geen evenwicht bewaren, al was het maar om de rangorde in de sportprestaties te bewaken? De verklaring is simpel: in Vlaanderen word je als sportjournalist al snel in een vakje geduwd. Je doet alleen voetbal, alleen wielrennen, of alleen de rest.
Is er dan geen leiding die op dat journalistieke evenwicht toeziet? Er is leiding. Op sommigen redacties zijn meer cheffen dan journalisten. Die worden allemaal afgerekend op clicks en hits en views en meer van die onzin, en houden alleen al daarom dat onevenwicht in stand. Bovendien is het de laatste twintig jaar de gewoonte om cheffen aan te stellen die niet gehinderd zijn door al te veel kennis van meer dan één sport waar ze supporter van zijn en nog minder door ervaring in het veld.