AchtergrondWielrennen
Voor het eerst sinds Tour 2020 staan Bernal en Roglic tegen elkaar in een grote ronde
Wint Primoz Roglic voor de derde keer op rij de Ronde van Spanje? Of wint Egan Bernal na de Tour (2019) en de Giro (2021) nu ook de Vuelta en komt hij op die manier in de geschiedenisboeken? Dat is de inzet van de Ronde van Spanje, die vandaag begint in het bloedhete Burgos. Tot een echt duel in een grote ronde is het tussen de Sloveen en de Colombiaan nog niet gekomen. Nu dan maar?
Ronde van Frankrijk: check. Ronde van Italië: chek. Ronde van Spanje: “Dat is nu het nieuwe grote doel in mijn carrière”, zegt Egan Bernal. “Als ik hem dit jaar niet win, kom ik de volgende keer terug.”
Zeven renners in de geschiedenis wonnen al Giro, Tour en Vuelta: Eddy Merckx, Bernard Hinault, Jacques Anquetil, Alberto Contador, Chris Froome, Felice Gimondi en Vincenzo Nibali. Egan Bernal kan de achtste worden, maar twijfelt: “Ik heb dit jaar de Giro gereden (en gewonnen) en ik weet niet hoe mijn lichaam reageert op een tweede grote ronde in hetzelfde seizoen. Ik voel me goed, ik wil mezelf niet te veel druk opleggen. Wat gebeurt, gebeurt. Als de kans daar is om te winnen, laat ik ze niet liggen.”
Bernal had een hobbelig parcours, na zijn eindzege in de Giro. Hij testte positief op Covid-19, ging in quarantaine in Andorra, reisde naar Colombia en keerde dan naar Europa terug voor het vervolg van het seizoen. “Ik heb de Clásica San Sebastián en de Ronde van Burgos gereden en ik kan niet zeggen dat ik nog last had van mijn covidbesmetting. Ik weet niet of dat in de Vuelta anders wordt.”
Zijn tegenstanders in Spanje dragen andere namen. Misschien is het zijn ploegmaat Adam Yates: “Die heeft zich een heel seizoen op de Vuelta voorbereid en we hebben in de ploeg nog niet uitgemaakt wie de leider wordt.”
Zeker wordt dat Primoz Roglic. Als die, zoals de Tour, niet valt tenminste.
Primoz Roglic is de nieuwe olympische kampioen tijdrijden en Bernal weet uit welke hoek het gevaar komt. “Er zijn twee tijdritten en een renner zoals ik gaat daar tijd verliezen. Zeker in de slottijdrit van Santiago de Compostela. Je kunt zeggen dat ik dan maar moet aanvallen. Maar je moet er wel de benen voor hebben. Ik moet gewoon geduld oefenen en elke kans grijpen die komt. En die komt er in een koers van drie weken.”
De eindzege in de Tour de France blijft voor Primoz Roglic voorlopig een onbereikbaar doel. Na de slottijdrit vorig jaar op La Planche des Belles Filles waren valpartijen in de eerste dagen van de Tour 2021 er dit keer te veel aan.
Roglic verzachtte de pijn met een olympische titel in het tijdrijden. En wie weet maakt eindwinst in de Vuelta zijn pijnlijke opgave in de Tour ook nog een klein beetje goed.
Het is, zegt Roglic aan de vooravond van de Vuelta, voorlopig het laatste waar hij aan denkt. “Ik focus op andere dingen. Ik ga mijn tegenstanders in de gaten houden. Hoe deze Vuelta afloopt, dat zullen we dan wel zien.”
Roglic heeft de deceptie van een vroege opgave in de Tour achter zich gelaten, zegt hij. “Ik was erg ontgoocheld. Maar hoe sneller je de dingen aanvaardt, zoveel makkelijker wordt het daarna. Ik voelde me wel leeg na mijn opgave. Ik had alles in die Tour gestoken en na mijn val probeerde ik zo lang mogelijk aan te klampen. Ik gaf op en dacht meteen aan Tokio. Maar dan zag ik dat ook niet meer zitten. Ik heb tot het allerlaatste moment gewacht om naar Tokio te reizen. Tokio is de reis uiteindelijk waard gebleken (lacht).”
Er volgde een feestje achteraf. Daarna ging de aandacht weer naar de Ronde van Spanje. “Ik heb alles gedaan wat ik kon om goed voorbereid aan de start te komen. Ik heb vertrouwen. Ik krijg een sterke ploeg mee. We gaan eraan beginnen en proberen om een beetje plezier te hebben.”
Waarnemers verwachten een duel tussen Primoz Roglic en Egan Bernal. Dat is er de voorbije jaren nog niet van gekomen.
“Een duel met Bernal is wat mensen natuurlijk graag zien. Hij is sterk, maar er is niet alleen Bernal. En ik heb op dit moment andere dingen aan mijn hoofd. Hoe ik dag na dag door de Vuelta kom en vooral hoe ik geen fouten maak is nu mijn grootste zorg.”