Verstappen grijpt de macht

Monaco 2021 baarde nog meer primeurtjes. Zo was het de eerste keer dit seizoen dat Bottas over het hele weekend sneller was dan Hamilton, bij Mercedes. Was het de eerste keer dat Charles Leclerc in zijn thuisrace op poleposition stond. En was het vooral de eerste keer dit seizoen dat er geen Mercedes op de eerste startrij stond. Of ook: geen Mercedes of Red Bull op poleposition. Maar wel een Ferrari, met Max Verstappen ernaast. Zoek er niets achter voor de rest van het seizoen. Monaco is een atypisch circuit. Auto’s die elders snel zijn, kunnen het hier lastig krijgen. En omgekeerd dus. De Ferrari is bijzonder efficiënt in trage bochten, veel minder in snelle. En Monaco bulkt van trage bochten. Charles Leclerc, zaterdag al nadat hij de poleposition pakte: “Dit is dezelfde auto als twee weken geleden in Barcelona, en daar kwamen we er niet aan te pas.”

Geknoei bij Ferrari

In Monaco is de poleposition, de eerste plaats op de startgrid, al meer dan half gewonnen. Alleen verknoeide Leclerc het zaterdag: in de laatste minuten van de kwalificaties raakte hij bij het zwembad de vangrail, en dreunde daardoor beenhard in de volgende rail. Zijn Ferrari, er was werk aan.

“Ik hoop dat alles goed hersteld raakt, en dat ik die vloek eindelijk eens kan breken”, zei Leclerc. IJdele hoop. Zondag moest hij op weg van de garage naar de startgrid al uitstappen: aandrijfstang achteraan links stuk. Lees: niet goed hersteld. Knoeiwerk dus. Na 2017 (in F2), 2018 en 2019, toen hij telkens uitviel, kon Leclerc nu zelfs niet starten. De vloek op de Monegask in Monaco bladdert niet af, maar wordt groter.

Geknoei bij Mercedes

Ferrari zou niet het enige topteam aan de knoei zijn. Mercedes deed ook zijn best. Hamilton stond nergens. Bottas, de enige die Verstappen nog onder druk kon zetten en dapper in tweede positie volgde, mocht ook al uitstappen toen hij binnenging voor zijn bandenwissel: de mecaniciens kregen het rechter voorwiel niet los. Over en out. Niet dat het veel verschil maakte. Omdat voorbijsteken in Monaco moeilijker is dan het goud van de nationale bank stelen. Maar vooral omdat Max Verstappen het allemaal perfect beheerste: een kans zoals hij die kreeg, moet je hem niet geven.

In de start blokte hij meteen Bottas af, en voor de rest was het gewoon geconcentreerd blijven. Niet meer dan dat. Toen de kloof tussen Verstappen en Carlos Sainz (tweede na uitval van Bottas) na 55 ronden nog altijd maar 2,8 seconden bedroeg, vroeg de Spanjaard zijn team of hij de zweep mocht bovenhalen om Max onder druk te zetten. Ja, het mocht. Verstappen moet eens gelachen hebben onder zijn helm. Hij verhoogde meteen het ritme en had tien ronden later zeven seconden voorsprong. Klaar.

Na afloop stond de Belgische Nederlander er dan ook bij alsof hij net om broodjes was geweest. Of het hem wat deed, winnen in Monaco? Max pijnigde zijn hersenen meer dan hij op om het even welk moment in de race had gedaan om iets leuks te verzinnen: “Ja, als kind droom je daar natuurlijk van, hé.”

Tweede poging van de moderator: “Hoe speciaal is het gevoel dat je het kampioenschap nu aanvoert.” Max, geen zin meer om een spitante quote te zoeken: “Ik zal pas een speciaal gevoel hebben als ik aan het einde van het seizoen nog aan de leiding sta.” En of Hamilton een kluif aan de Belgische Nederlander zal hebben.