WedstrijdverslagBK wielrennen
Van Aert pakt bijna tot eigen verbazing zijn eerste tricolore op de weg
De Belgische titel was een opluchting voor hem. En een eerbetoon aan een vriend, die twee weken geleden aan botkanker overleed. Wout van Aert gaf zijn eerste Belgische tricolore op de weg meteen een groot emotioneel gewicht. Hij opent ook nieuwe perspectieven voor de Tour.
Wout van Aert werd Belgisch kampioen op het einde van een prangende sprint met Edward Theuns. Het was op de Verbindingsweg in Waregem, een fantasieloze naam in een fantasieloze omgeving. En het was ook de plek waar Edward Theuns al een keer tweede was geworden in Dwars door Vlaanderen, in 2015.
Theuns werd opnieuw tweede, het scheelde een half wiel. Derde: Remco Evenepoel. Drie renners streden vanaf 22 kilometer voor de streep om de Belgische titel. Vaak is een BK niet om aan te zien, maar dit keer hing er spanning in de lucht. Van Aert en Evenepoel, dat is het beste wat wielrennen in België te bieden heeft.
Evenepoel was gestart met revanchegevoelens, voor het BK tijdrijden waarin hij woensdag door zijn ploegmaat Yves Lampaert was geklopt. Van Aert startte met een klein hartje, onzeker over zijn vorm na een harde hoogtestage in Tignes en de conditionele achterstand die hij na een blindedarmoperatie daar heeft moeten goedmaken.
“Ik had echt wel twijfels of ik zondagmorgen moest starten”, zei Van Aert. “Mijn vertrouwen was klein. Ik heb al veel beter voorbereid aan de start van een BK gestaan. In tegenstelling tot veel andere kampioenschappen waar ik echt naartoe heb geleefd, heb ik dit BK er zo’n beetje bij genomen.”
Hij reed vrijdag nog duizend kilometer met de auto naar huis. “Ideaal is dat niet. Het klinkt misschien een beetje belachelijk. Maar met meer ambitie was ik toch twee, drie dagen vroeger naar huis gekomen.”
Remco & Theuns
Maar het pakte dan toch allemaal goed uit, zoals Van Aert zei. “In het begin heb ik me weinig aangetrokken van alles wat er gebeurde. In de finale, boven aan Nokereberg, besloot ik het toch te proberen.”
Evenepoel was mee: “Het was fenomenaal hoe hij reed. Hij was de ideale metgezel.” Toen kwam Edward Theuns erbij. “We hadden het onszelf makkelijker kunnen maken, hadden we met drie goed samengewerkt tot vijf kilometer voor de streep. Theuns hypothekeerde de samenwerking.” Remco Evenepoel probeerde nog een keer. Van Aert: “Maar ik hield de snelheid altijd hoog. Als je 50 km/u rijdt, is het verrassingseffect als je met 55 km/u demarreert niet zo groot. Jammer voor Remco, maar er was niet veel anders dat hij kon doen.”
Van Aert wilde de overwinning, voor zichzelf en voor een vriend van hem, die een paar weken geleden aan botkanker overleed. Hij had graag met zijn handen naar de hemel gewezen, toen hij de sprint won, maar na de Amstel Gold Race, waar hij nipt won van Tom Pidcock, besloot hij liever op de finishfoto te wachten. Toen die hem toch als winnaar aanduidde, kwam de overwinningskreet van erg diep. En op het podium richtte hij de blik ook nog een keer naar de hemel.
“Mijn vriend Glen kreeg de diagnose botkanker”, zei Wout Van Aert. “Het nieuws kwam dat ze hem niet meer konden helpen. In plaats van nog een mooie periode in zijn leven te hebben, heeft hij de strijd heel snel verloren. Dat was voor mij en al zijn vrienden een grote klap. Ondanks het feit dat ik het de laatste weken moeilijk had op training, was ik vastberaden om te proberen een overwinning te pakken. Stiekem hoopte ik om dat te doen.”
Plots was de Belgische titel even bijzaak. “Je leeft aan 1.000 km/u. Dan is iemand die ook nog maar plots aan het leven begonnen is, er niet meer. Waanzin, vind ik dat. Zijn uitvaart was nog maar een goede twee weken geleden. Dat zet een mens toch met de voeten op de grond.”