AnalyseChampions' play-offs
Union ziet opgefokte formule 1-wagen uit Brugge naderen
Union, Club Brugge, Anderlecht en Antwerp maken onder elkaar uit wie kampioen wordt. Wie kan de grootste troeven uitspelen in de Champions’ play-offs?
1. Union
De Brusselse club stond in de reguliere competitie 27 van 34 speeldagen op kop, zodat elke andere ambitie dan de titel ongeloofwaardig is. De voorsprong van twee of drie punten, naargelang de uitspraak van de bond over de stopgezette match tegen Beerschot, geeft Union een voordeel.
Mentaal weet Union dat het een zwaar programma met alle andere topclubs van de Champions’ play-offs net na de winterbreak met verve (tien op twaalf) heeft doorstaan. Intern leeft de overtuiging op de titelkansen enorm, naar buiten toe is het een taboe om die ambitie van de daken te schreeuwen.
Union start in poleposition, maar weet dat Club Brugge als een opgefokte formule 1-wagen op komst is. De onderlinge duels tegen Club in de play-offs geven wellicht de doorslag. In de reguliere competitie behaalde Union slechts één op zes tegen Club. De efficiëntie zal in de play-offs beter moeten. De laatste weken leed Union tegen mindere goden ook aan een thuiscomplex met vier gelijke spelen.
Met Deniz Undav en Dante Vanzeir heeft Union het ‘dodelijkste’ duo: 38 van de 73 competitiegoals kwamen van hun voet of hoofd. Ook leverden ze samen twintig assists. Even cruciaal als de spitsbroeders wordt Casper Nielsen, strateeg op het middenveld met een grote actieradius.
2. Club Brugge
Met minder dan de landstitel kan Club Brugge onmogelijk tevreden zijn. Zeker nu het na een inhaalrace op koers ligt om voor de derde keer op rij kampioen te worden. Club pakte 24 op 24 en heeft zijn beste vorm op het juiste moment te pakken. Dat is maar goed ook na de vroege exit in Europa en het bekerdrama in de halve finales tegen AA Gent.
Beter doen dan in de competitiematchen sinds half februari lijkt moeilijk: 8 zeges op rij, gemiddeld meer dan 3 doelpunten per wedstrijd en amper 5 tegengoals. Club zal het tegen Union beter moeten doen dan in de reguliere competitie. Op speeldag twee won de landskampioen in het Dudenpark op een diefje (0-1), ook in de thuiswedstrijd (0-0) kreeg het eigenlijk een punt te veel.
Blauw-zwart won dit seizoen lange tijd geen topwedstrijden in eigen huis, maar deed dat eind februari wel in stijl tegen Antwerp (4-1). Tegenstanders op Jan Breydel overbluffen, dat kan in de play-offs de basis zijn voor een nieuwe landstitel.
Sleutelfiguren worden zonder twijfel Noa Lang en Charles De Ketelaere. Hun ‘laatste dans’ in het shirt van Club Brugge moet een voltreffer worden. De Nederlander lijkt na een mindere periode weer helemaal de oude. Voorts rekenen de Bruggelingen op Hans Vanaken, altijd goed voor een paar beslissende goals in de play-offs, en op doelman Simon Mignolet.
3. Anderlecht
“Beter doen dan vorig seizoen.” Dat was de ambitie van Anderlecht bij het begin van deze jaargang. Lees: derde worden. Die ambitie blijft tot op vandaag overeind. Om alsnog kampioen te worden, zal Anderlecht moeten rekenen op een inzinking bij Union en Club én vooral zelf een foutloos parcours rijden. Iets wat in de reguliere competitie niet lukte: RSCA pakte slechts vijf op achttien tegen de drie concurrenten.
Bekerwinst zou de kaarten evenwel herschudden. Anderlecht start in dat geval met een mentaal voordeel aan de play-offs.
Anderlecht bewees de voorbije maanden dat het geweldig kan voetballen, maar tegelijk blijft het verval op sommige momenten groot. Ondanks de 72 competitiedoelpunten liet RSCA al heel wat punten en makkelijkere zeges liggen door kansen de nek om te wringen. Zo had paars-wit tegen Club Brugge in de reguliere competitie evengoed twee keer kunnen winnen.
Zonder blessures of schorsingen stelt Vincent Kompany al maandenlang dezelfde namen op in een herkenbaar systeem. Dat rendeert. Liefst zeven spelers scoorden al vijf of meer competitiegoals, iets wat vorig jaar enkel Lukas Nmecha en Yari Verschaeren lukte.
Toch zal voor Anderlecht de komende weken veel staan of vallen met de efficiëntie van het spitsenduo Zirkzee-Kouamé. Anderlecht won in de reguliere competitie achttien wedstrijden, amper twee daarvan waren zonder inbreng van Joshua Zirkzee of Christian Kouamé. De sleutel naar succes ligt in hun handen.
4. Antwerp
“We willen zo snel mogelijk kampioen spelen”, vertelde algemeen directeur Sven Jaecques in februari. “Maar ik denk dat we er pas volgend seizoen klaar voor zijn.”
In de tussentijd is er veel gebeurd op de Bosuil, van een donderspeech van de voorzitter tot de aanstelling van een directeur voetbalzaken. Antwerp begint als nummer vier. Mathematisch kan alles nog. Maar Antwerp heeft in de afgelopen 34 speeldagen op het veld te weinig laten zien om volwaardig titelkandidaat te zijn.
Het enige waar Antwerp dit seizoen écht tevreden over kan zijn, is de efficiëntie. Brian Priske is erin geslaagd om een ploeg met een groot strijdershart te kneden. Tegen de rest van de top vier pakte The Great Old zeven op achttien. De laatste confrontatie met Club Brugge, Anderlecht en Union ging verloren.
Doelman Jean Butez is de man van het seizoen tot dusver. Houdt de Fransman zijn goede vorm vast, dan heeft Antwerp in elke wedstrijd een kans om te winnen. Op het middenveld zijn de ogen gericht op Radja Nainggolan. Een cultheld, maar alleen door top te zijn in de play-offs zal hij straks de hoge verwachtingen hebben ingelost. In de spits hoopt Antwerp dat Michael Frey zijn vorm van het seizoensbegin terugvindt. De Zwitser zit al aan 22 competitiegoals. Een alternatief is Ally Samatta.