AnalyseEK-kwartfinales
Tranen van verdriet en opluchting, falende favorieten en gretige reserves: dit is het EK van de verhalen
Het EK was in de achtste finales een kwestie van het grote afscheid. Alle finalisten van het laatste WK en EK zijn uitgeschakeld. Bij de laatste acht is België-Italië de kraker, op papier dan.
Het EK is ook het toernooi van de nooit te voorspellen verhalen die de geschiedenis van het voetbal tekenen. Het verhaal van Engeland bijvoorbeeld. Van trainer Gareth Southgate, die dinsdag na het eindelijk verslaan van Duitsland vertelde dat hij het verdriet van 1996 nooit kan uitwissen, toen hij een strafschop miste in de halve finale tegen de Duitsers, op Wembley. Het land weende hete tranen, omdat het voetbal alweer niet thuis kwam. Althans, niet helemaal.
Hij kan hoogstens nieuwe herinneringen aanmaken, stelde hij. Kort voordat hij zijn verhaal deed, waren in het stadion schitterend pogoënde supporters te aanschouwen, die het begrip juichen nieuwe inhoud gaven. Alleen: het verhaal is nog niet af, want als Engeland zaterdag in Rome van Oekraïne verliest, is het voetbal opnieuw verdwaald, op weg naar huis.
Nog groter is het verhaal van Denemarken, dat op het verdriet en de opluchting van de hartstilstand van Christian Eriksen een fundament bouwde, en met wils- en geestkracht als metgezel naar Bakoe is gereisd voor het duel met Tsjechië, de overwinnaar van Nederland. Kan Denemarken opnieuw tot de finale reiken, zoals in 1992, toen het invaller was voor het door oorlog uit elkaar vallende Joegoslavië?
Of anders is daar het verhaal van Zwitserland, het land dat zonen van menig vluchteling zag uitgroeien tot topvoetballer. Versmolten met autochtone Zwitsers ontstond een mooi team dat in het spektakelstuk van het toernooi wereldkampioen Frankrijk versloeg, waar sterspeler Kylian Mbappé op sociale media zijn spijt betuigde voor zijn gemiste, beslissende strafschop.
De bondscoach van Nederland, Frank de Boer, was nauwelijks vertrokken of de hele groep des doods (Frankrijk, Portugal en Duitsland) was naar huis, net als Kroatië. De finalisten van het laatste EK (Frankrijk-Portugal) en het laatste WK (Frankrijk-Kroatië) dus. En drie nummers drie uit de groepen doen nog mee. Ze mochten verder omdat de UEFA toch iets moet met dat onhandige format met 24 landen.
Beste derdes
De groepsfase zegt niet zoveel. Er gaan na 36 wedstrijden slechts acht landen naar huis en als er een prijsvraag was geweest, hadden velen deelnemers als Hongarije, Schotland, Noord-Macedonië en Slovakije ingevuld. Het is vooral een kwestie van opletten en rekenen, en dat is best lastig soms. Portugal was vijf jaar geleden derde met drie punten en greep later het kampioenschap. Nu gingen Zwitserland, Oekraïne en Tsjechië door als derde in de groep, maar nu staan ze in de kwartfinales.
Oekraïne had een saldo van één doelpunt beter dan Finland, dat naar huis moest. Oekraïne, dat verloor van Nederland en Oostenrijk, staat nu bij de laatste acht door een doelpunt tegen Zweden in de laatste minuut van de verlenging van Artem Dovbyk, een onbekende spits met een onopvallende loopbaan. In de tweede ronde steeg het gemiddelde aantal doelpunten naar 2,81, hoog voor een EK, vooral dankzij die mooie dag met veertien doelpunten bij Frankrijk-Zwitserland en Kroatië-Spanje.
Gretige bankzitters
De kwartfinales zijn aanstaande. Engeland speelt zijn enige wedstrijd buiten Londen, in Rome tegen Oekraïne. Net als in eerdere toernooien blinkt menigeen uit die bij zijn club vaak reserve was of terug is van een blessure. De Oekraïense ster Jarmolenko speelde onopvallend bij West Ham United, als hij niet geblesseerd was. Sarabia van Spanje is bij PSG meestal reserve, de Zwitser Shaqiri bij Liverpool. Ze zijn fit en gretig.
Op een toernooi hebben verhalen weer vertakkingen. Dolberg kwam van de bank om de geblesseerde Poulsen te vervangen en scoorde met Denemarken twee keer tegen Wales, uitgerekend in de Arena waar Ajax twijfelde aan zijn instelling en de 20 miljoen euro van Nice graag pakte.
België-Italië is de opvallendste paring in de kwartfinales. Ook weer een verhaal. Het land dat met deze generatie misschien voor het laatst meedoet om de titel (België) tegen het relatief nieuwe elftal dat de aanval heeft omarmd.