InterviewKlaas Lodewyck en Geert Van Bondt
Ploegleiders over Evenepoels topjaar: ‘Hij neemt geen genoegen met één zege. Hij wil álles’
Vanuit de volgwagen zijn Klaas Lodewyck (34) en Geert Van Bondt (52) bevoorrechte getuigen van Remco Evenepoels nummertjes. ‘Hij rijdt de rest gewoon kapot.’ Maar niets zegt dat 2023 weer zo succesvol wordt.
Vat zijn seizoen eens samen in één rake term.
Lodewyck: “Matig.”
Van Bondt: “Kon beter, ja. (lacht) Neen, fenomenaal. In wijnjargon: een grand cru. Hij had in eerste instantie zijn zinnen gezet op Luik-Bastenaken-Luik. Daar wilde hij iets speciaals doen, dát was het grote doel.”
Lodewyck: “Hij trok ernaartoe om te winnen. Maar dat willen er natuurlijk veel. Dat het lukte, was voor hem de bevestiging van ‘ja, ik kan het’. Sinds die 24ste april zagen we een andere Remco, die onafgebroken een heel hoog niveau haalde en naast fysiek vooral ook mentaal helemaal klaar was om topkoersen naar zijn hand te zetten.”
Was het zoeken en tasten, in de maanden voordien?
Lodewyck: “Uit alle wedstrijden putte hij nuttige informatie. Wat hij goed of fout deed, waar hij moest aan sleutelen. Hoe hij moest omgaan met tegenslag ook. Toen hij in de Ronde van Zwitserland na een mindere dag wat wegzakte, bespeurde je geen greintje paniek meer. ‘Ik weet waar ik naartoe werk’, klonk het kalm.”
Van Bondt: “Vooral de extreme focus maakte volgens mij het verschil.”
Lodewyck: “Vintage Evenepoel. Alles of niets. En ‘niets’ bestaat niet voor hem. Dus is het gewoon ‘alles’. Mooiste voorbeeld was Gullegem Koerse. Velen zouden denken: ik pik mijn geld op en bol gewoon wat mee. Niet Remco. Vlammen! De hele dag, alsof het daar al een WK betrof. Zo’n impulsief sprintje tegen Bernal en co. in de Giro 2021 zul je hem niet gauw meer zien doen. Maar voor de rest zal hij altijd het beste van zichzelf geven. Er zit iets onverzadigbaars in hem. Hij neemt geen genoegen met één doel of zege. Hij wil echt álles.”
Van Bondt: “Je zou dat kunnen toeschrijven aan zijn prille leeftijd. Maar die honger, vechtlust en winnaarsmentaliteit zullen nooit verdwijnen. Misschien wel de mooiste en belangrijkste erfenis uit zijn voetbalverleden.”
Welk specifiek moment van 2022 blijft jullie bij?
Van Bondt: “De aftelfase naar de start van de voorlaatste Vuelta-etappe naar Puerto de Navacerrada. Drie weken lang had er op de teambus een prima, soms uitgelaten sfeer geheerst. Plots viel er een doodse stilte en was de spanning te snijden. Bij iedereen daagde het: we staan hier voor een unieke belevenis.”
Lodewyck: “Tot dan was de redenering geweest: oké, we kúnnen deze Vuelta winnen. Die zaterdag veranderde dat in: jongens, nu móéten we hem winnen. Dit is ons moment.”
In Luik-Bastenaken-Luik heb je Evenepoel moeten intomen.
Lodewyck (knikt): “Na de laatste verkenning ontspon zich op een van de kamers een gesprek tussen hem en de ploegmaats. ‘We gaan de koers hard maken op de Stockeu en Haute-Levée’, hoorde ik. ‘Ja maar, jongens, vanaf daar is het nog 75 kilometer!’, reageerde ik. Met het risico dat hij het hele peloton tegen zich in het harnas zou jagen en zichzelf zou tegenkomen. Geen goed plan, vond ik. ‘Rustig, Remco’, zei ik hem dus. ‘Je bent dik in orde. Eens voorbij de tweehonderd kilometer zal het verschil sowieso worden gemaakt.’”
Van Bondt: “Dan komen de grote motoren naar voren. Remco is zo’n type dat in het laatste koersuur kan toeslaan. Zie zijn solo op het WK. Daarin schuilt zijn kracht. Hij is zo sterk dat hij de rest kapotrijdt. Hij staat ’s morgens op en weet: dit wordt mijn dag. Logisch dus dat hij eerder moet worden afgeremd dan vooruitgebrand. Als je 22 bent en barst van het talent, kun je de wereld aan. Dan wacht je niet. Dan koers je.”
Lodewyck: “Remco’s volume en capaciteit, de wattages die hij trapt: zo heb je er niet veel. Hij is ook een gevoelsmens die stilaan weet tot waar zijn mogelijkheden reiken. Als hij dan eens over de boordradio meldt ‘ik ga aanvallen’ moet je dat niet altijd tegenhouden want dan maak je je als ploegleider belachelijk. Loopt het mis? Geen man overboord. Zo heeft hij het graag.”
Is er ook maar een beetje twijfel geweest bij hem dit seizoen?
Lodewyck: “Bij mijn weten niet. Sportief liep alles vlot, privé heeft hij zijn zaken op orde. Hij is gelukkig en dat straalde hij een jaar lang uit.”
Ook niet na zijn val in de Vuelta-rit naar Peñas Blancas?
Lodewyck: “Ja, maar dat heeft niet lang geduurd omdat we daar met de voltallige entourage kort op de bal hebben gespeeld. Het tijdverlies op Sierra de la Pandera bespraken we de avond zelf nog met hem. ‘Kijk, daarom ging het even mis.’ Hij was meteen gerustgesteld. Zo vermeden we dat het in zijn hoofd zou stormen.
“Boven op Peñas Blancas kwamen al veel ploegleiders van andere teams hem feliciteren. ‘Remco, je gaat de Vuelta winnen.’ Dat is wel heel vroeg, dacht ik. Ze probeerden hem die gedachte daar al aan te praten. Maar hij gaf geen krimp. Ook op dat vlak is hij enorm geëvolueerd.”
Zorgen jullie mee voor die innerlijke rust en sereniteit?
Lodewyck: “Dat is het werk van een hele groep renners en personeel. Het moeten ook niet allemaal rustige types zijn. Op de bus is Remco trouwens de eerste om voor ambiance te zorgen. Hij speelt dj. Want als anderen dat doen is het niet hard genoeg.”
Ook de tijdrijder Evenepoel scheerde alweer hoge toppen. Was het BK in Gavere zo’n dag waarop hij ’s morgens opstond en wist: ik win?
Lodewyck: “Vier dagen na zijn tijdritzege in de Ronde van Zwitserland was dat op die smalle baantjes, waarop hij geen onnodige risico’s wilde nemen, toch geen simpele klus. Hij reed er zeker niet zijn allerbeste tijdrit ooit. Maar het was wel goed genoeg om de titel te pakken.”
Wat was dit jaar wel zijn beste tijdrit?
Lodewyck: “Alicante, in de Vuelta. Daar vloog hij. Een sterke Roglic op een zo goed als vlak parcours bijna een minuut aansmeren: wow.”
Van Bondt: “Die tijdrit was enorm belangrijk voor hem. Meer dan zijn eindklassement zou een goed resultaat daar in eerste instantie beslissen over het welslagen van zijn Vuelta.”
Vertel nog eens het verhaal van de zestig-plateau.
Van Bondt: “Bij een eerdere parcoursverkenning hadden we ondervonden dat de wind in de eerste helft van de tijdrit, waarin het 1 à 2 procent in dalende lijn liep, licht in het voordeel was en langs de kustlijn zelfs vol in de rug blies.”
Lodewyck: “‘Ik denk dat het met een zestig (voorblad met zestig kroontjes, JDK) te doen zal zijn’, zei Remco na een nieuwe studieronde in de dagen na San Sebastián. Ik schrok. Zestig? Dat is wel een serieus verzet. Hij praatte erover met de mecanicien. De groepsets op onze fietsen lieten slechts voorbladen tot 58 toe. De mecanicien ging op zoek naar een zestig en liet een speciale adapter maken.”
Van Bondt: “Pas daags voor de tijdrit is hij met het materiaal overgevlogen naar Spanje. ’s Anderendaags in de ochtend heeft Remco er een eerste keer mee getest. Ik kan je verzekeren: stress bij de mecaniciens! Voor hetzelfde geld valt de ketting eraf. Maar kijk, alles liep goed. Want waar boekte Remco zijn grootste tijdwinst? Jawel, in de eerste vijftien kilometer.”
Zijn elfde plaatsen in Tirreno-Adriatico en de Ronde van Zwitserland lieten nochtans niet vermoeden dat hij die Ronde van Spanje kon winnen. Ook de Ronde van Baskenland (vierde) was op dat vlak nog niet 100 procent overtuigend.
Lodewyck: “Je moet het bredere plaatje bekijken. De voorbereiding die hij toen had, was niet die van de Vuelta. Vooral de specifiek uitgetekende hoogtestage leidde tot succes. Reden waarom we dat in 2023 willen kopiëren richting Giro. En wat het Baskenland betreft: met een andere benadering en zonder het energieverlies van de aangetrokken sprints voor Alaphilippe ben ik ervan overtuigd dat hij ook die rittenkoers wint.”
Van Bondt: “Het hele ontwikkelingsproces loopt op zijn 22ste gewoon door. De Giro zal ons opnieuw heel veel leren in functie van 2024, wanneer hij zich mogelijk aan de Tour waagt. We gaan niet naar Italië in de stellige overtuiging dat hij daar eindwinnaar wordt. Remco haalde zijn doelen zelf al heel correct aan: mikken op één of meer ritzeges. Het podium in Rome zou al fantastisch zijn.”
Wat we nog even moeten aansnijden: zijn wereldtitel in Wollongong. In welke staat hebben jullie hem na de Vuelta naar Australië zien afreizen? Was hij echt ‘total loss’, zoals Wout van Aert liet uitschijnen?
Lodewyck: “Dat viel mee. Van een zware afterparty was geen sprake. ’s Avonds na de slotrit zijn we met iedereen rustig een hapje gaan eten in Madrid. Rond een uur of één stond Remco op: ‘Jongens, bedankt allemaal, ik ga slapen.’ Ik was op dat moment niet meer zo goed, maar hij wel.”
Van Bondt: “Toch had ik eerder het omgekeerde verwacht: dat hij wereldkampioen tijdrijden zou worden en er daarna een soort decompressie zou intreden. Dat hij zich toch nog een keer kon opladen, bewijst alleen maar zijn klasse.”
Wat verwachten jullie voor 2023?
Lodewyck: “2022 was een jaar waarin zo goed als alles lukte. Niets zegt dat dat in 2023 ook zo zal zijn. Misschien wordt het wel een half seizoen wachten op zijn eerste zege.”
Van Bondt: “Hij draagt zo’n witte trui met regenboogstrepen. Dat maakt het soms lastiger om te winnen.”
Lodewyck: “Ik betwijfel of dat hem zal tegenhouden. Zonder wist de concurrentie ook al wel: als hij zijn gat opheft en we geven hem twintig meter, dan zijn we eraan. Dat wordt nu niet anders.”
Van Bondt: “Hij mag pakweg vijfde of zesde worden in Rome. Je kunt niet verwachten dat hij elk jaar een grote ronde wint.”