Paniek bij olympische teams: ‘Zonder vaccin kunnen we niet naar Tokio’

Over minder dan vier maanden starten de Spelen. De coronapandemie woedt nog volop en veroorzaakt veel onzekerheid bij de Belgische olympiërs. Vele atleten zijn doodsbenauwd om nu besmet te raken. Dan riskeren ze tot 30 procent prestatieverlies of, nog erger, hartschade, zoals onderzoek uitwijst.

Vanuit de politiek kregen de atleten nog geen groen licht voor een vaccin. Het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC) wees al eind december op het belang ervan, omdat atleten door hun competities en reizen een grotere besmettingskans hebben. Het BOIC hoopte dat de olympiërs na het medisch en zorgpersoneel, risicopatiënten en de oudere bevolking snel aan de beurt zouden komen. Eind februari, begin maart was ideaal. Vandaag begint april. De atleten weten nog altijd van niks.

De Belgische hockeyploeg mikt in Tokio op goud. In de opbouw naar de Spelen vergelijkt bondscoach Shane McLeod zijn team met een topwagen: “De komende zes weken zijn cruciaal om van de vierde naar de zesde versnelling te schakelen. Dat is nodig om het verschil te maken met andere teams. Maar dan mag niets ons programma substantieel doorkruisen.”

En corona kan die voorbereiding verstoren. Dat ondervinden de Red Lions nu: Loic van Doren raakte twee weken geleden besmet en had een hoogrisicocontact met Antoine Kina, die later positief testte. Beiden moesten tien dagen in quarantaine. Nochtans leven de Red Lions een strikt protocol na met bubbels. Bij outdoortrainingen is het risico gering, maar indoor, zoals in de kleedkamer, leven ze in groepjes van telkens twee. Uit voorzorg zijn alle spelers deze week twee keer getest. Het besef leeft dat een grote besmettingshaard rampzalig kan zijn in de fysieke opbouw richting Spelen.

Er is niet alleen de quarantaine maar ook de meertijd om de atleet weer van 70 naar 100 procent klaar te stomen. Mocht een sleutelspeler kort voor de Spelen besmet raken, ondermijnt dat de kansen op goud.

Het vaccin kan de atleten meer beschermen voor de fysieke nadelige gevolgen. De hockeybond, coach en spelers benadrukken wel dat de gezondheid van de kwetsbare groepen de hoogste prioriteit heeft. “Maar daarna zijn we vragende partij om atleten zo snel mogelijk in te enten”, zegt Serge Pilet, CEO van de Belgische hockeybond.

Reservelijst

Eenzelfde geluid klinkt in de zwemwereld. Alleen Louis Croenen en Fanny Lecluyse zijn al officieel geplaatst voor Tokio. Nu volgen belangrijke kwalificatiemomenten: de BK in Antwerpen dit weekend, dan de Swim Cup in Eindhoven en in mei het EK. Hoofdcoach Ronald Gaastra bidt dat niemand corona oploopt: “De zwemmers trainen nu op maximale belastbaarheid en zijn dan nog vatbaarder voor infecties. Wie nu ziek raakt door corona riskeert vijf jaar voor niks getraind te hebben. Dan moeten ze wachten op Parijs 2024.”

Gaastra stelt het scherp: “Zonder vaccin kunnen we niet naar Tokio. Dat zou onverstandig zijn. Maar hoe dichter de Spelen, hoe moeilijker om het vaccin toe te dienen. Er zijn mogelijke bijwerkingen. Wie van het vaccin een week ziek is, verliest drie weken: een week ziek zijn, een week om de trainingsachterstand in te halen én een week die de concurrentie voorsprong neemt. De atleten trainen en zwijgen vier jaar. Nu ze één keer hun hand opsteken, krijgen ze geen gehoor voor een duwtje naar voren. Maar ik lees dat ze de Europarlementariërs wel al aan het inenten zijn.”

Volgens Gaastra zouden atleten op reservelijsten kunnen staan. “Zodat ze naar een atleet kunnen bellen als er ergens vaccins op overschot zijn.”

Ook marathonloper Koen Naert steekt zijn kop niet in het zand. “Eerlijk, dat vaccin mag toch gaan komen.” Zonder vaccin schuwt hij risico’s die in de ideale aanloop naar de Spelen horen. “Ik ga nu niet naar het testevent in Sapporo omdat ik niet gevaccineerd ben. Politici zien topsporters als gezonde mensen met een sterke immuniteit. Maar als ik afgetraind ben met een vetpercentage van 4 procent volstaat het dat iemand naar me niest of ik ben al ziek.”