Na WB-zege in Overijse zet Iserbyt ook Koppenberg naar zijn hand

De vraag zondag, na zijn overwinning in een loodzware WB cross in Overijse was: houdt hij nog iets over voor de Koppenberg op maandag? Eli Iserbyt zei: “Als ik mij niet goed voel, zal ik niet aandringen. Dan ga ik mijn ploegmaat Michael Vanthourenhout helpen.”

Michael Vanthourenhout - achtste op 3:15 - kwam maandag in het verhaal niet voor. Maar Eli Iserbyt vlamde door de modder, bocht in en bocht uit, naar boven en naar beneden. En dan nog snedig de kasseien van de Koppenberg naar boven. Iedereen weet hoe lastig dat is.

Het goot water, crossers waren de uitputting nabij toen ze over de finish sukkelden. Een kassei als houvast om uit te hijgen, een dranghekken was ook goed. Men zegt dat sommigen om hun moeder riepen. Toon Aerts? Mocht minder dan een halve wedstrijd weerstand bieden. In Overijse ging hij nog tot de slotronde mee. Voor de rest is Iserbyt de baas.

Acht overwinningen behaalde hij al dit seizoen. Het ‘crossertje’, over wie Sven Nys en Bart Wellens drie jaar geleden nog zeiden dat hij veel boterhammen zou moeten eten, is de baas geworden. Bij afwezigheid van Wout van Aert, Mathieu van der Poel en Tom Pidcock. Dat is waar. Maar dat zien we dan wel weer, hoe veel Iserbyt waard is wanneer zij drieën hun rentree maken. Dat is voor december. Twee overwinningen in één weekend, dat is nu ook niet mis.

“Ik had meteen het goede gevoel”, zei Iserbyt. “Misschien had ik in Overijse niet mijn beste dag en was ik op de Koppenberg frisser. Ik heb daar in het begin van het seizoen een discussie over gehad met mijn ploegleider Richard Groenendaal. Richard zei: ‘Je kunt op dag twee nooit beter zijn dan op dag één’. Misschien wel, zei ik.”

“Ik plaats deze zege heel hoog. Vandaag was de beste van al mijn overwinningen. Het is de eerste keer in mijn carrière dat het me is gelukt, twee grote crossen in één weekend winnen. Noem het een stap in de goede richting.”

Komende zondag strijdt hij om de Europese titel in het Nederlandse Drenthe. Na enig aandringen noemt hij zich de favoriet. “Dat klopt. Maar ik onderschat de rest niet. Als we realistisch zijn, is dat een kampioenschap dat ik moet en kan winnen. Het BK in Middelkerke is in het zand, dat ligt me niet. Op het WK is iedereen aanwezig. Ik ken het parcours, in juli ben ik daar met de mountainbike gaan rijden. De VAMberg is steil, lastig. Veel zal afhangen van het weer. En ik heb altijd mijn killersinstinct om het af te maken.”