NieuwsSerie A
Mourinho’s defensieve magie werkt ook in Rome niet meer
Elf jaar nadat hij als ’s werelds beste trainer was vertrokken uit Milaan trof José Mourinho zaterdagavond voor het eerst Inter als tegenstander. De harde nederlaag voor zijn huidige ploeg AS Roma (0-3) onderstreepte nog maar eens dat zijn status compleet veranderd is.
In 2010 bereikte Mourinho zijn persoonlijke piek. Waar hij bij Porto doorbrak met het winnen van de Champions League (2004) en de voetbalwereld in de daaropvolgende jaren bij Chelsea kennismaakte met zijn grenzeloze zelfvertrouwen, beleefde hij in Italië zijn fijnste dagen. Met Internazionale won hij de treble: de Serie A, de Coppa Italia en de Champions League in één jaar.
Maar nu, ruim een decennium later, zal Mourinho’s terugkeer naar Italië niet eindigen in nog een grote ereronde. Bij AS Roma wankelt de trainer al in zijn eerste maanden, net zoals bij zijn vorige werkgevers Manchester United en Tottenham Hotspur. Een eens zo revolutionaire kampioenmaker lijkt door de tijd te zijn ingehaald.
Zijn countervoetbal leverde bij Porto, Chelsea en Inter volle prijzenkasten op, maar won weinig voetbalharten. In zijn hoogtijdagen vond de grote Mourinho-show vooral ná het laatste fluitsignaal plaats. Op zijn eerste persconferentie als Chelsea-manager kwam hij zelf al met een bijnaam op de proppen. “Noem me alsjeblieft niet arrogant, maar ik heb een Europese hoofdprijs gewonnen en zie mezelf als een special one.”
Van die speelse grootheidswaanzin is bij AS Roma weinig over. Ook na de thuisnederlaag tegen oude liefde Inter (0-3) was het riedeltje van Mourinho vooraf al te raden. Hij is ontevreden over de kwaliteit van zijn selectie en insinueert vrijwel wekelijks dat hem afgelopen zomer meer en betere aankopen waren beloofd. “Wanneer wij rekening moeten houden met het coronavirus, blessures en schorsingen hebben wij een ronduit beperkte ploeg.”
Collectief drukzetten
Een magere selectie of niet, het grotere probleem adresseert Mourinho zelden. Want zijn ooit zo bewierookte countervoetbal werkt niet meer zo goed nu het topvoetbal draait om fel en collectief drukzetten naar voren en een hoog tempo aan de bal. De succesploegen onder leiding van Mourinho in de jaren 2000 en 2010 waren defensief feilloos. Zowel bij Porto als Chelsea vestigden zijn teams defensieve records die nog altijd staan. Bij Inter overtuigde hij zelfs aanvallende sterren als Samuel Eto’o en Goran Pandev om zich in defensieve rollen op te offeren voor het collectieve succes.
Maar in Rome is de defensieve magie van Mourinho uitgewerkt. Op kinderlijke wijze gaf zijn ploeg zaterdag voor rust drie goals weg. Bij de 0-1 liet keeper Rui Patrício een corner in één keer binnenvallen bij de eerste paal. Spits Edin Dzeko schoot de 0-2 binnen, nadat Inter eerst achttien achtereenvolgende passes heen en weer had gespeeld. En bij de 0-3 van Denzel Dumfries mocht verdediger Alessandro Bastoni zonder tegendruk zeventig meter opschuiven met de bal aan de voet, om met een gekrulde voorzet het hoofd van de Nederlander te vinden.
‘Zij het initiatief, wij de punten’ was vroeger de gedachtegang van de ploegen van Mourinho. Maar van zo’n dodelijke scherpte is bij zijn laatste drie clubs geen sprake meer.