Woensdag 22/03/2023

InterviewEddy Merckx

Merckx: ‘Van Aert is een prachtcoureur, maar hij zal nooit een grote ronde winnen’

Michel Wuyts neemt plaats op de sofa van Eddy Merckx in Meise. Beeld Pieter-Jan Vanstockstraeten / Photo News
Michel Wuyts neemt plaats op de sofa van Eddy Merckx in Meise.Beeld Pieter-Jan Vanstockstraeten / Photo News

Met de hond op waakafstand fietsen analist Michel Wuyts (65) en veelwinnaar Eddy Merckx (77) samen door het wielerjaar. ‘Met deze ploeg kan Remco Evenepoel geen scheve situatie rechttrekken in de Tour.’

JDK

Wat was voor u het wielermoment van dit seizoen?

Eddy Merckx: “Remco Evenepoel wereldkampioen! Méér dan de Tour-zege van Jonas Vingegaard. De gele trui is belangrijker dan de regenboogtrui, maar het was tien jaar geleden dat een Belg nog eens wereldkampioen werd. Dat primeert dus voor mij.”

Was dat ook het moment dat de diepste indruk op u naliet?

“Dan denk ik eerder aan Evenepoels solo in Luik-Bastenaken-Luik. Mathieu van der Poel die zonder één koers in de benen derde werd in Milaan-Sanremo. De spectaculaire afzink van Matej Mohoric op de Poggio. En de manier waarop Tadej Pogacar in de Ronde van Vlaanderen de Kwaremont opknalde. Met die snelheid, dat zag ik nooit eerder iemand doen.”

Eén Kwaremont te vroeg weliswaar.

“Had hij dat bij de derde keer Kwaremont gedaan, dan was hij wellicht weggeweest. Maar ja, als als. (lacht) Als mijn tante een snor had, was ze mijn nonkel geweest.”

U wachtte destijds ook niet.

“Neen. Hoe harder de wedstrijd, hoe liever ik het had. Reden waarom ik ook enorm geniet van de koersstijl van deze generatie. Maar de Ronde was toen niet zo zwaar als nu. Er zaten amper hellingen in (4 in 1969, 8 in 1975, nu 19, JDK). Toen ik won in ’69 reed ik vanaf de Kwaremont zeventig kilometer alleen. Zes jaar later demarreerde ik op ruim honderd kilometer van de finish en zat Verbeeck negentig kilometer in het wiel. Je kunt geen tijden vergelijken.”

Hoe hebt u de zegerush van Wout van Aert naar Calais in de Tour beleefd?

“Indrukwekkend, zoals zijn hele Tour. Hoe hij wegging op dat laatste kaske, dat was de moeite.”

null Beeld AFP
Beeld AFP

En dan vliegend als een albatros over de finish kwam.

(lacht) “Tegenwoordig horen er gebaren bij, hé.”

Door de ‘Remcomania’ van de laatste weken zouden we haast vergeten hoe mooi het seizoen van Van Aert is geweest.

“Absoluut. Omloop, E3, drie etappes en groen in de Tour. En de manier waaróp hij daar reed: alle dagen volle bak. Dat was buitengewoon. Van Aert heeft een grote motor, hij kan dat. Vraag is: was het ook echt nodig? Zelf had ik het iets zuiniger opgelost. Ik weet niet of het daaraan lag, maar op het einde van het seizoen kwam hij toch wat tekort.”

Wordt hij niet ziek in het voorjaar en wint hij de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix, dan had hij die Tour misschien milder aangepakt. Nu droeg hij bewijslast met zich mee.

“Zou kunnen. Hij begon goed. Jammer dat covid roet in het eten gooide. Vervelend beestje toch. Een mannetje meer in steun in de finales had wel gemogen, vind ik. Dat zal in 2023 zeker het geval zijn, nu ook Dylan van Baarle erbij komt.”

Wout van Aert en zijn kopman Jonas Vingegaard kraken wittetruidrager Tadej Pogacar in de Tour-etappe naar Hautacam. Beeld Photo News
Wout van Aert en zijn kopman Jonas Vingegaard kraken wittetruidrager Tadej Pogacar in de Tour-etappe naar Hautacam.Beeld Photo News

Is het uiteindelijk Evenepoels wereldtitel die hem de Kristallen Fiets zal opleveren?

“Zonder had hij die prijs van mij evenzeer verdiend. Zo’n Belgische groterondezege was 44 jaar geleden. Je kunt zeggen: het is máár de Vuelta. Maar je bent wel winnaar over een wedstrijd van drie weken.

“Mocht Van Aert de Tour effectief hebben gewonnen, dan spraken we anders. Maar dat zal nooit gebeuren. Daarvoor rijdt hij niet goed genoeg bergop. Wel in dienst van een kopman en op voorwaarde dat hij ’s anderendaags de bus mag nemen en twintig minuten mag verliezen. Van Aert is een prachtcoureur. Polyvalent, multidisciplinair. Ik zie hem wel eens wereldkampioen worden. Maar een grote ronde winnen? Neen. Ook de Giro niet, die nog lastiger is. En de Ronde van Spanje mag dan wel op het einde van het seizoen vallen, win hem maar eens. Ik vond Evenepoel vooral in die eerste week supersterk op alle terreinen.”

Tegenwoordig dalen renners na een hoogtestage af van hun berg en winnen ze meteen.

“Het nut van hoogtestages is wetenschappelijk al meer dan voldoende bewezen. Ik heb dat ook nog gedaan, in mijn kelder, als voorbereiding op het werelduurrecord. Die trend van nu had ik toen nooit gevolgd. Daarvoor koerste ik veel te graag. Trainen, oké. Hard en lang zelfs. Maar drie, vier weken zonder competitie? Pff, dat zou mijn geduld serieus op de proef hebben gesteld. We holden van de ene wedstrijd naar de andere, omdat we daar vanuit de ploeg uit toe werden verplicht. En zo konden we af en toe wat bijverdienen. (grijnst) Met het jaarloon van Pogacar of Froome had ik ook geen criteriums gereden.”

Van Aert telt dit seizoen slechts 48 koersdagen.

“Evenepoel 68. De UCI legt renners een maximum op van 85. Ik kwam gemiddeld aan 160 of 170, met een eenmalige uitschieter van 195. Zesdaagsen inbegrepen uiteraard.”

Kon u dan nog voldoen aan uw echtelijke plichten, met 195 koersdagen?

“Dat ging. Er zijn 365 dagen in een jaar, hé.”

Kunnen de prestaties van Evenepoel als ‘merckxiaans’ worden omschreven?

“Daarvoor is het wachten tot na zijn carrière. Wat hij tot dusver deed is grandioos. Evenepoel is een geweldig coureur, extremer begiftigd door Moeder Natuur dan andere renners.”

Benoem dat eens concreet.

“Bij mij ging dat zo. In het begin van het seizoen trok ik voor tests naar de Sportschule in Keulen. Ik ging daar compleet in verzuring op de hometrainer. Tot plots het moment kwam dat mijn spieren dat melkzuur toch weer afbraken. Verwondering alom. ‘Hoe? Wat?’ Maar dat is gewoon je natuur. Je dacht toch niet dat Felice Gimondi meer trainde dan ik?”

Hebt u aan Evenepoels opgang getwijfeld na die elfde plaats in Tirreno-Adriatico?

“Hij is pas 22. Je moet hem een beetje krediet geven. Terecht, zo bleek, want nadien heeft hij zich enorm gemanifesteerd. Drie grote doelen had hij: Luik-Bastenaken-Luik, Clásica San Sebastián en Vuelta. Hij heeft er, WK incluis, finaal vier gerealiseerd. Hij kwam heel goed uit de Ronde van Spanje, dat was ideaal. Dat brons in het WK tijdrijden, amper één week later, vond ik op zich al indrukwekkend na die lange reis met die jetlag in de kleren. Straffe toer.”

Kan hij als wereldkampioen volgend jaar zeggen: ik laat de Tour links liggen?

“Waarom niet? Alles zal afhangen van het parcours. Schuilen er bijvoorbeeld opnieuw kasseien in, dan denk ik dat hij zal passen. Hoewel, in de Tour is dat nooit hezelfde als in Parijs-Roubaix. Zo’n paar stroken, dat kan hij.”

Heeft Evenepoel nu al een ploeg die voldoende sterk is om de Tour te winnen?

“Neen. Daar moet Patrick Lefevere tijd kopen. Met deze ploeg een scheve situatie rechttrekken in de Tour, dat wordt moeilijk. Ze moet eerst worden versterkt. Dat kan pas vanaf 2024.”

Nieuwe hoofdsponsor Soudal zal het natuurlijk wel heel graag willen.

“Ja, maar heeft een sponsor alles te zeggen? Bij mij was dat het geval. Ik móést van Faema en Molteni naar de Giro. Soudal heeft zich verbonden voor vijf jaar. Ik kan me niet voorstellen dat Lefevere ze stellig heeft beloofd dat Evenepoel al in 2023 de Tour gaat rijden.”

Remco Evenepoel laat de champagne knallen op het eindpodium van de Vuelta in Madrid.
Remco Evenepoel laat de champagne knallen op het eindpodium van de Vuelta in Madrid. "Hij is extremer begiftigd door Moeder Natuur dan andere renners."Beeld AP

Vindt u het oké dat kopmannen in een nationale ploeg het voor elkaar krijgen om Waalse Pijl-winnaar Dylan Teuns thuis te laten van een WK?

“Achteraf wel natuurlijk. De winnaar heeft altijd gelijk. Maar in onze tijd was het niet waar geweest om pakweg De Vlaeminck, Godefroot of Verbeeck uit de selectie te weren. Ik zal eens iets zeggen: met Teuns erbij in de finale was Van Aert vorig jaar in Tokio zeker olympisch kampioen geworden. Teuns was de pion die ontbrak.”

Twee Belgen zijn er dit jaar in geslaagd om top tien te rijden in minstens twee klassieke monumenten: Wout van Aert en, jawel, Dylan Teuns (zesde in de Ronde en Luik). Dat is geen toeval.

“Neen. Van Aert is natuurlijk nog een ander kaliber. Maar Teuns is de betere klimmer. Hopelijk mag hij bij Israel-Premier Tech ook wat meer zijn eigen kans gaan in de Tour.”

Ook Jasper Philipsen excelleerde. In het klassieke werk lijkt hij wel wat te blijven hangen.

“Ja, maar hij is razendsnel. Wat dat betreft kan hij nergens beter zitten dan bij Alpecin-Deceuninck. Hij kan er perfect zijn ding doen. Nu Tim Merlier vertrekt zal hij nog meer vrijheid krijgen. Merlier heeft het wat laten afweten, vind ik. In de Vuelta had ik meer van hem verwacht.”

Wie een raar en moeilijk seizoen achter de rug heeft is Lotto-Soudal. Wel 25 keer gewonnen.

“Dankzij Arnaud De Lie vooral. Want Caleb Ewan heeft veel pech gekend. Knap wat De Lie presteerde in zijn eerste profjaar. Hij doet me qua type sprinter aan Philipsen denken. Al kon ook hij niet verhinderen dat de ploeg straks haar WorldTour-statuut verliest. Nochtans, hoorde ik Jannie Haek (CEO Nationale Loterij, JDK) in De tribune beweren, heeft teammanager John Lelangue goed werk geleverd. Tja.

“Ik weet niet of Axel de vrijgekomen CEO-functie bij Lotto-Dstny zal invullen. Hij had een onderhoud met een headhuntbureau. Het is maar de vraag wat ze hem precies gaan voorstellen. Hij kan zijn huidige ploeg Hagens Berman Axeon ook niet zomaar laten vallen. Ik vrees dat het een moeilijke zaak wordt.”

Kon u dit jaar ook genieten van het vrouwenwielrennen?

“Eerlijk, ik ben er niet echt in thuis. Ik volg het ook minder. Uiteraard ken ik de toppers wel: Van Vleuten, Vos, Wiebes, Kopecky uiteraard. Ze doet dat goed, ook op de piste. Maar van dat kaliber, echte winnaars op het allerhoogste niveau, zijn er te weinig.”

Zijn die, naast Evenepoel en Van Aert, wél voldoende aanwezig bij de mannen? Staan we met andere woorden sterk genoeg in de breedte?

“Dat denk ik wel. Philippe Gilbert neemt afscheid en Greg Van Avermaet zal dat op korte termijn doen. Maar er is anderzijds jong talent op komst. Uijtdebroeks, ook al is de Ronde van de Toekomst nog geen WorldTour-rittenkoers. Bij de U23 Segaert en Van Eetvelt. Wees gerust, we staan er echt niet slecht voor.”

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234