NabeschouwingGent-Wevelgem
Licht vermoeide Wout van Aert in zijn hoofd al volop bij de Ronde
Wout van Aert (27) won eens niet. In Gent-Wevelgem liet hij de kans aan meesterknecht Christophe Laporte, die ook niet won. Jammer, vond hij. Maar niet het einde van de wereld.
Omloop, Strade Bianche, Milaan-Sanremo, E3 Saxo Bank Classic. En ja, ook Gent-Wevelgem. In een paar jaar tijd stapelt de Belgische kampioen de zeges in het klassieke voorjaar op. Nog een keer Gent-Wevelgem had best gemogen. Gekund ook. Keer op keer toonde Van Aert zijn suprematie op de opeenvolgende Kemmel-klimmen.
Na de eerste hing de hele sliert nog in zijn wiel. Na de tweede een bont gezelschap van tien, vijftien renners. Na de derde hoop en al de helft daarvan. Maar hoe steil ook, zelden profileert de bult met piek tot 22% zich in deze klassieker als meedogenloze moordenaar.
“Hij is hard, maar niet zo heel lang”, typeerde Van Aert hem. “Wat de verschillen op de top niet zo groot maakt. We reden goed samen, maar veel ploegen focusten op een sprint. Achter ons moeten ze zich razendsnel hebben georganiseerd. Een stuk sneller dan wij vooraan, in elk geval. Het maakte dat we geen schijn van kans hadden.”
Drie groepen smolten samen in de (te) vlakke finale. En daar waren ze bij Jumbo-Visma perfect op voorbereid. Het moment was het voor Van Aert om de rode loper uit te rollen voor een van zijn trouwste luitenants. De man die hij, zeer verstandig, de zege had gelaten in de openingsetappe van Parijs-Nice, die ze met zijn drieën (ook Roglic was erbij) volledig domineerden.
“We reden de finale zoals we die in gedachten hadden. Agressief en met de overwinning als inzet. Dat Christophe meesloop in dat kleine groepje, maakte deel uit van ons ‘game plan’. Al had het gerust ook Tiesj Benoot of iemand anders mogen zijn. Het was een hele mooie ‘move’. En een ideale situatie voor ons. Alleen jammer dat Laporte er net naast greep. Zo vanzelfsprekend is het dus toch allemaal niet. Alle lof voor Girmay. Echt sterk, wat die jongen doet. Hij rolde de voorbije weken al wel eens over de tongen. Maar een grote klassieker winnen? Dat is nog een andere, enorme stap vooruit voor hem. Hij lijkt wel dagelijks van die stappen te zetten.”
“Moe”, noemde Van Aert zichzelf na afloop. “‘Efkes’ toch. Heel eerlijk: ik had niet de benen van vrijdag in de E3.” Desondanks liggen de kaarten een week voor de Ronde van Vlaanderen, het Monument dat Van Aerts straffe klassieke lenteverzameling nu moet gaan aanvullen, meer dan goed.
Of hij hier nog dingen uit meeneemt naar komende zondag toe, kreeg hij toegespeeld. “Niet echt, neen. Mijn vorm is uitstekend. Maar ik heb dit nog al goed verteerd in het verleden. De waarheid is dat Gent-Wevelgem een totaal andere koers is dan de Ronde van Vlaanderen. En dat we hier niet veel moeten uit concluderen.”
Uitrusten en herstellen van dit zware tweeluik, wil Van Aert nu eerst. Dwars door Vlaanderen, woensdag, slaat hij over. “We zullen de Ronde nog wel eens verkennen. Maar ik ga vooral goed naar mijn lichaam luisteren.”