AchtergrondOlympische Spelen
Evenepoel geeft toe dat Van Aert een streep voor heeft in Tokio
Geen streepje, maar een hele streep heeft Wout van Aert straks voor in Tokio, geeft Remco Evenepoel (21) toe. Maar laat de Belgen toch maar inzetten op gedeeld kopmanschap. Daarvoor heeft hij zelf hard genoeg gewerkt. ‘Op hoogtestage in Livigno ben ik weer een paar procenten beter geworden.’
Wat een eer. Aan het stuur van de taxi, een witte Toyota versierd met de olympische ringen en Belgische kleuren: Elodie Ouédraogo, lid van het gouden 4x100m estafetteteam in Peking 2008. Onderweg had zich al een boeiend gesprek ontsponnen. Waarna ze hem net voor het afleveren in de vertrekhal van Brussels Airport nog een gouden raad gaf: “Stel dat je een medaille wint en je staat daar in Tokio op het podium: doe dan even je ogen dicht, Remco, en geniet! Met volle teugen!”
Daar kon Evenepoel wel wat mee, vergezeld van ma Agna, pa Patrick en persattaché Stefanie. Keurig uitgedost volgens de huisstijl van Team Belgium: kanariegeel trainingsjack, grijze rugzak, rolkoffer in gebroken wit met enkele familiefoto’s als geluksbrengers tussen de kleren. “Koersschoenen ook natuurlijk. Voor de rest: niets bijzonders. Sven Vanthourenhout (de bondscoach, JDK) zei me dat hij quizjes en spelletjes en andere activiteiten zou organiseren. Ik heb mijn lot dus in zijn handen gelegd.”
Opvallend nog, onder de linkerarm: een kussen. “Het wordt een nachtvlucht, dat is het grote voordeel. Ik heb net nog een zware training afgewerkt, dus ik denk dat ik rap zal slapen. Als dat een uurtje of acht lukt, blijven er maar drie meer over. Die vul ik nog wel met een film.”
Met welk gevoel hij naar Japan afzakt? “Gezonde spanning, toch wel. Maar het wordt een mooie ervaring.” De koersloze maand werkte heilzaam, zegt Evenepoel. “Mijn hoogtestage in Livigno was nuttig. Ik deed er lange duurtochten, trainde veel bergop. Zo simuleerde ik onder meer de Mikuni Pass (scherprechter in de finale van de olympische wegrit, JDK) op de Mortirolo, een col met vergelijkbare stijgingspercentages. Ik ben weer een paar procentjes beter geworden. Voel me ook frisser. Hopelijk kan ik die lijn doortrekken. Nu nog een paar goede trainingen afwerken in Tokio en dan zien we wat het wordt.”
Twee kopmannen
Van 20 juni dateert zijn laatste brok competitie. Het BK in Waregem, brons na Wout van Aert, die inmiddels een conditionele upgrade onderging. “Ik zag hem rijden in de Tour-rit over de Ventoux en dacht: die is dik in orde. In Tokio kunnen we, zeker met onze sterke ploeg, twee keer voor een medaille gaan (in weg- en tijdrit, JDK). Wout heeft daarbij een streep voor.”
Toch hoeft dat niet per se aanleiding te geven tot exclusief kopmanschap, vindt Evenepoel. Dat 2021 voor hem een transitiejaar wordt staat vast. Hij wil nu afrekenen met zijn demonen en na alle fysieke ellende die hem trof stap voor stap weer op zoek gaan naar de winnaar in zichzelf. Maar in die ‘niets moet, alles mag’-sfeer mag er nog steeds heel veel. “Als het op 24 juli met een selecte kopgroep naar de finish gaat en we zijn er alle twee bij, trek ik zeker de spurt aan voor Wout. Maar tot de voet van die laatste klim zullen we wel elk onze eigen koers rijden. Ik heb ook hard gewerkt. En zo vat de bondscoach het tactisch op. Hij zal wel zijn reden hebben om in te zetten op twee kopmannen.”
Nog dit: na de olympische tijdrit op woensdag 28 juli reist Evenepoel vanuit Tokio meteen voor een paar dagen door naar het Specialized-hoofdkwartier in Morgan Hill, Californië, voor helmtests.